The World Rowing Championships (WRC) took place at Amsterdam’s Bosbaan from 24 to 31 August 2014. In organising this event, the World Rowing Federation (FISA) raised the bar for world class rowing events. Athletes, spectators, sponsors and rowing fans around the world followed the event on different media platforms. Those who were able to attend in person enjoyed an exciting sporting competition, as well as Amsterdam’s scenic sites and festive atmosphere. Behind the scenes, hundreds of volunteers worked to make this event possible.
DOCUMENT
Economische impact World Rowing Championships 2014 Van 24 tot 31 augustus 2014 vond op de Bosbaan in Amsterdam de World Rowing Championships (WRC) plaats. Met het oog op de verdere ontwikkeling van het evenement wil de World Rowing Federation (FISA inzicht krijgen in de economische impact van dit evenement. Zij heeft de Hogeschool van Amsterdam in samenwerking met Hogeschool Inholland en Sport2B gevraagd hier onderzoek naar te doen. Daarnaast heeft de FISA enkele aanvullende vragen geformuleerd over de tevredenheid van bezoekers en vrijwilligers. Bezoekers Het bezoekersaantal wordt geschat op 40.000, waarvan 30.000 unieke bezoekers. Buitenlandse bezoekers besteedden gemiddeld 77 euro per dag, Nederlandse bezoekers 27 euro en Amsterdamse bezoekers 20 euro. De bezoekers waren goed voor 28.500 overnachtingen in de dagen rondom het evenement. De totale bestedingsimpuls gerealiseerd door bezoekers bedroeg 3,1 miljoen. Deelnemers In totaal namen 1.800 atleten en begeleiders deel aan het evenement. Conservatief geschat gaven de deelnemers gemiddeld 25 euro per dag uit. De totale additionele uitgaven van atleten en begeleiders komen daarmee op 534.000 euro. In totaal waren de atleten goed voor 19.500 overnachtingen. De totale uitgaven voor de accommodatie komen daarmee op meer dan 2 miljoen euro. Zes nationale teams hebben als voorbereiding op WRC in juni deelgenomen aan de International Rowing Regatta Amsterdam (IRRA), dit genereerde een lokale economische impact van 149.000 euro. De totale bestedingsimpuls gerealiseerd door deelnemers bedroeg 2,7 miljoen euro. Organisatie en media Het saldo van in- en uitgaande geldstromen veroorzaakt door de organisatie en de media bedroeg 0,8 miljoen euro. De totale directe en indirecte economische impact: 9,2 miljoen euro.
DOCUMENT
Als een bank beweert de bank van sportend Nederland te zijn, dan moeten zij dit ook waarmaken. Al sinds enkele jaren loopt Rabobank voorop binnen de sportwereld met de website Rabosport.nl. Daar richten zij zich voornamelijk op de sporten wielrennen, hockey en paardensport. Maar Rabobank is niet alleen online actief bezig met het vergroten van de zichtbaarheid voor haar sporten, ook mobiel timmeren zij aan de weg. Omdat drie centrale sporten van de bank hun evenementen vooral in de zomer plaatshebben. Ook in de winter wil Rabosport dicht bij de Nederlandse atleten blijven. In navolging op de succesvolle Rabo iTour App van afgelopen zomer, die ruim 80.000 keer werd gedownload, introduceert Rabobank een app voor de Olympische winterspelen. Met de Rabo Sport App kunnen sportliefhebbers de prestaties van alle Nederlandse deelnemers aan de Olympische Spelen van Vancouver op de voet volgen. Na elke rit (schaatsen), run (bobsleeën en snowboarden) of heat (shorttrack) kunnen liefhebbers de tijden bekijken, ongeacht waar zij zich bevinden.
LINK
Blessures zijn één van de grootste problemen in de paralympische sport. Niet alleen is het aantal blessures hoog, maar ook de impact in het dagelijks leven is groot. In gesprekken met de beroepspraktijk (sporters, coaches, Embedded Scientist) komt de urgentie van dit probleem met name naar voren bij rolstoelsporters. In dit geval kan een blessure namelijk een acute bedreiging vormen voor de zelfredzaamheid, omdat zij in het dagelijks leven ook afhankelijk zijn van de rolstoel. Helaas is het voorkomen van blessures op dit moment moeilijk door de verscheidenheid aan blessures en onduidelijkheid over wat de oorzaken van deze blessures zijn. Hierbij speelt de complexiteit van het probleem een grote rol omdat allerlei factoren belangrijk kunnen zijn, zoals onder andere de belasting in het dagelijks leven, mentale aspecten en de slaapkwaliteit van de atleten. In dit project willen we de eerste stappen zetten om te achterhalen wat de risicofactoren zijn voor het oplopen van een overbelastingsblessure in rolstoelsporten. Om dit bereiken stellen we een integrale en data gedreven aanpak voor, waar Artificiële Intelligentie en Data Science een essentiële rol spelen. Op deze manier willen we de invloed van alle aspecten tegelijk bekijken en ook de mogelijke wisselwerkingen tussen de potentiële risicofactoren. In samenwerking met praktijkpartners, kennisinstellingen en bedrijven willen we verkennen wat noodzakelijk is voor onze integrale aanpak van blessurepreventie in rolstoelsporten. De opbrengst van dit project is een ingediende vervolgaanvraag met een goed afgebakende onderzoeksvraag en een sterk consortium. Ook zal een data-infrastructuur worden ontwikkeld, die gebruiksvriendelijk is voor de rolstoelsporter en de data gedreven aanpak naar blessurepreventie mogelijk maakt.
De prestatie in rolstoelsporten wordt voor een groot deel bepaald door de ‘Wheelchair Mobility Performance’ (WMP), de prestatiemaat voor de atleet-rolstoel combinatie. Binnen het project ‘de perfecte sportrolstoel’ is een methode ontwikkeld ‘de Wheelchair Mobility Performance Monitor’ (WMPM) om mobility performance te meten en uit te drukken in een aantal objectief goed te kwantificeren uitkomstmaten zoals snelheid, versnelling en wendbaarheid. Deze maten geven inzicht in de relatie tussen atleet, rolstoel en sport. Door middel van de WMPM is het mogelijk inzicht te verkrijgen in de fysieke eisen die in rolstoelsport gesteld worden, feedback te geven aan atleten en coaches, het evalueren van training en wedstrijden en het kan rolstoelexperts ondersteunen in het optimaliseren van de rolstoel. Binnen het RAAK-project is de WMPM ontwikkeld en ingezet als onderzoekstool bij verschillende rolstoelsporten. De WMPM biedt echter ook goede kansen voor het gebruik door coaches in de beroepspraktijk. Echter, de WMPM is nog niet eenvoudig toepasbaar voor zelfstandig gebruik door coaches en atleten voor het continue monitoren van prestaties. Met deze aanvraag willen we de implementatie van de WMPM in de beroepspraktijk faciliteren, door het verder ontwikkelen van het systeem naar een praktijkapplicatie en door NL-team coaches en embedded scientists in de rolstoelsporten tennis en basketbal op weg te helpen in het gebruik. Daarbij zal er zowel aandacht zijn voor de technische vervolmaking, maar vooral ook voor de implementatie van het systeem in de sportpraktijk. Samen met coaches, atleten en onderzoekers zal een live feedback tool naar een voor de praktijk toegankelijk platform worden omgezet, zodat deze direct inzetbaar is in de voorbereiding op de Paralympische spelen van 2020 en verder. Hierbij zullen onderzoekers en studenten van meerdere opleidingen als ICT en media en mechatronica betrokken worden.
Open Source Load Monitor heeft als doel om de resultaten van het Raak-Publiek project ‘Big data technologie voor detectie overbelasting sporters’ beschikbaar te maken voor een groter publiek. Tijdens het project is er een softwareprototype ontwikkeld van een monitor die de belasting van sporters in kaart brengt. Deze tool helpt trainers en sporters om snel inzicht te krijgen in mogelijke over- en onder-belasting van de sporters om zo een optimaal trainingsprogramma op te stellen waarmee de kans op blessures wordt geminimaliseerd en de fitheid wordt gemaximaliseerd. Hierbij wordt gebruik gemaakt van machine learning om voorspellingsmodellen te maken op basis van de aangeleverde data van de respectievelijke consortiumpartners. Omdat de sportclubs verschillende sensoren gebruiken voor de bewegingsdata en verschillende vragenlijsten gebruiken voor well-being en trainingszwaarte moeten de modellen geschikt gemaakt worden voor elke club apart. De Top-Up subsidie zal gebruikt worden om een opensource omgeving te creëren waarbij belangstellenden het algemene deel (de gebruikersinterface en de methodiek voor machine learning) kunnen gebruiken, waarbij ze voor het datadeel een aanpassing kunnen maken voor hun eigen organisatie. Op deze manier willen we de in het project opgedane kennis verder verspreiden en de mogelijkheid bieden om dit door te ontwikkelen.