Bij Sport en Bewegen leven verschillende vragen rondom studiesucces. Een van de vragen die de opleiding heeft is gericht op de werking van drempels en de mogelijke invloed daarvan op het aantal langstudeerders. Sport en Bewegen geeft aan dat het lukt om langstudeerders te laten uitstromen, maar doordat er nieuwe langstudeerders bij blijven komen, de totale groep niet afneemt. Een factor die op de instroom van langstudeerders van invloed zou kunnen zijn is de aanwezigheid van drempels in het curriculum. Binnen het programma van Sport en Bewegen zijn er verschillende drempels in het curriculum ingebouwd. Ten eerste zijn er bepaalde eisen waaraan studenten moeten voldoen voordat zij aan de stage in het 3e jaar mogen beginnen. De opleiding biedt de studenten die nog niet met hun stage mogen beginnen de optie om alvast de vakken te volgen die ze anders ná de stage zouden krijgen. Deze vakken worden twee keer in het jaar aangeboden. Een andere optie is dat studenten het 2e jaar opnieuw doen. Door deze twee opties aan te bieden kunnen studenten die nog niet aan hun stage mogen beginnen hun achterstand wegwerken, actief met de studie bezig blijven en blijven ze in contact met de opleiding en klasgenoten
Sport in de stad gaat aan de hand van nieuw empirisch onderzoek in op de verschillende rollen die sport kan spelen in de context van stedelijke ontwikkeling. Zowel maatschappelijke, ruimtelijke als economische betekenissen krijgen de aandacht.
Wat is de kracht van sport?’ Dat was de uitdagende, prikkelende vraag die wij aan 25 studenten hebben voorgelegd. Het beantwoorden van deze vraag bleek een complexe en soms frustrerende exercitie. Tijdens de zoektocht naar het antwoord moest steeds de balans tussen breedte en diepte van de vraag in de gaten gehouden worden. Daarnaast bleken de studenten soms onzeker over wat zij, als ‘slechts’ studenten, konden bijdragen aan het beantwoorden van deze moeilijke vraag waar vele wetenschappers zich op stuk hebben gebeten. Naar onze mening is de bijdrage van deze studenten heel groot. Zij hebben een compleet en actueel beeld gegeven van hun perceptie over de kracht van sport.
De belangstelling voor auto-racing is groot. Zo bestaat er de Formule-1, maar zijn er ook professionele cupraces zoals de Ford Fiesta cup. De meeste van deze cups gebruiken fossiele brandstof als energie drager. Verschillende race-teams hebben aangegeven aan de KNAC Nationale Autosport Federatie (KNAF) dat zij graag zien dat de cupraces gaan verduurzamen zodat ook volgende generaties kunnen genieten van de kart- en autosport. Dit voorstel heeft als doel om de haalbaarheid van een duurzame Ford Fiesta cuprace te onderzoeken. Hierbij is als voorwaarde gesteld dat waterstof als brandstof wordt waarbij deze direct geïnjecteerd wordt in een gasverbrandingsmotor. Om een uitspraak te kunnen doen met betrekking tot de haalbaarheid, worden zowel de technische als organisatorische haalbaarheid onderzocht. Tijdens het technische haalbaarheidsonderzoek wordt gekeken hoe een Ford Fiesta veilig omgebouwd kan worden naar een auto met waterstof verbrandingsmotor. De organisatorische haalbaarheid richt zich op de voorwaarden rondom de races die noodzakelijk zijn om duurzaam racen mogelijk te maken. Als uit beide onderzoeken de conclusie volgt dat een duurzame Ford Fiesta cup haalbaar is, dan zal het consortium uitgebreid worden met andere stakeholders van de Ford Fiesta cup zodat een vervolg project gestart kan worden.
De terugkeer van de Dutch Grand Prix naar Zandvoort in 2021 brengt veel te weeg. In opdracht van de gemeente Zandvoort en de organisatie van de Dutch Grand Prix onderzoekt BUas de economische en sociaal maatschappelijke impact van het evenement. Wat levert het evenement op en hoe beleven bezoekers, bewoners en ondernemers de DGP? Het onderzoek bespreekt en vergelijkt de DGP edities in 2021, 2022 en 2023.