Wat zijn ervaringen van deelnemers aan de pilot WerkenaanWerk met de begeleiding en training die zij hebben gekregen in hun zoektocht naar (nieuw) werk? En hoe kunnen dit ervaringen gebruikt worden om dienstverlening rond loopbaan door de FNV verder te verbeteren? In deze rapportage geven we de resultaten van het onderzoek naar deze vragen, met name de grondpatronen die we uit 45 afzonderlijke verhalen hebben gedestilleerd evenals de daaruit volgende conclusies en resultaten
In deze bijdrage wil ik ingaan op de relatie tussen de hogeschool en haar “eigen“ stad Den Haag. De hogeschool noemt zich De Haagse en wie binnenkomt in de hal ziet meteen dat hiermee niet bedoeld wordt het Haagse in de sjieke en welgestelde betekenis (Hagenaar) en ook niet in de meer volkse en minder welgestelde zin (Hagenees). Het nieuwe Den Haag is een bonte verzameling van culturen en kleuren en we hebben de term diversiteit nodig om aan te geven dat de tijd van alleen Hagenaar en Hagenees voorbij is. In dit essay wil ik eerst ingaan op de nieuwe vragen en ontwikkelingen die vanuit de stad en de samenleving op de hogeschool afkomen, daarna zal ik ingaan op de betekenis hiervan voor de kennis en kennisontwikkeling. Deze twee redeneringen hebben consequenties voor de hogeschool zelf en de kansen om in onderwijs en onderzoek bij te dragen aan de ontwikkeling van de stad en de samenleving.
Als mensen werken, verbinden zij zich in hun handelen aan de kerntaak van de organisatie. Met hun werk helpen zij die kerntaak direct of indirect te realiseren. In de verbinding tussen werkende en organisatie is het zaak een goede balans te vinden tussen de persoonlijke ontwikkeling van mensen, het werk dat ze doen en de bijdrage die ze daarmee leveren aan de ontwikkeling van de organisatie. Dit is het werkterrein van HRM. Dit werkterrein is, zeker in de tijd waarin we nu leven, voortdurend in verandering. Niet alleen de aard van de arbeidscontracten verandert, ook de aard van het werk zelf. Werkorganisaties worden opener, en de diensteneconomie vraag om klantgericht werken. Bovendien wordt de betekenis van arbeid in het leven van mensen meer divers. Anciënniteit in de relatie tussen werkgever en werknemer hebben aan gewicht ingeboet. Van werkenden wordt tegenwoordig gevraagd competent te zijn, in staat tot het aangaan van relaties, deze te onderhouden en daarin zelfstandig, maar niet alleen, te functioneren. Maatwerk, ontwikkeling en zeggenschap zijn hierin sleutelbegrippen. Dat vraagt ook het nodige van het management. Het management werkt dan niet langer op basis van beheersing, maar op basis van vertrouwen, op gezag in plaats van macht. Deze veranderingen op het arbeidsterrein hebben grote gevolgen. Ze zijn zo drastisch, dat HRM de boot gaat missen als zij zich tot haar traditionele terrein beperkt. HRM concentreert zich nog vaak op de vaste kern van werknemers terwijl de differentiatie op de arbeidsmarkt vraagt om aandacht voor de groep werkenden als geheel. HRM moet verduurzamen. Duurzame HRM is het onderzoeksthema van ons lectoraat.