In deze aflevering staat het belang van een goede business case en financiering centraal. Simon Smedinga is directeur van Leger des Heils ReShare en vertelt Daan er alles over. Hij heeft namelijk een circulair sorteercentrum laten bouwen op bedrijventerrein A1 in Deventer, dat is ontworpen met oog voor de toekomst.
LINK
Nu door de ruimteclaims vanuit verschillende sectoren, waaronder wonen, landbouw, natuur, recreëren én werken, elke m2 zo efficiënt mogelijk moet worden benut, is ieder bedrijventerrein relevant. Het is goed om in Overijssel aandacht te hebben voor topwerklocaties, maar ook het bedrijventerrein om de hoek telt mee. Dit is belangrijk vanwege de woon-werkafstand, de leefbaarheid op het platteland, voor lokale energiesystemen en als werkplek voor maakbedrijven en industrie, met zowel praktisch als theoretisch geschoolde werknemers. Dit advies van de SER Overijssel heet dan ook ‘Elk bedrijventerrein telt!’.
LINK
Den Haag heeft duinen en paleizen, heeft een hofvijver en een tribunaal. Maar naast dit alles is er meer. Er staat zo'n kwart miljoen woningen, er zijn winkels en er zijn bedrijventerreinen. Over het grootste bedrijventerrein van Den Haag, de Binckhorst, gaat dit rapport. Het is een centraal gelegen gebied in Den Haag, zo'n 130 hectare groot. Het gebied mag zich de laatste jaren verheugen in veel aandacht van stedelijke beleidsmakers. De Binckhorst is een grote toekomst toegedicht met een groot aantal nieuwe woningen, een park, kantoren, winkels, verbetering van de verkeersverbindingen en nog veel meer. Ook is er reden om bij vernieuwing van het gebied te zoeken naar verbetering van duurzaamheid (waaronder CO2-uitstoot en energievoorziening). Met een groot accent op binnenstedelijke woningbouw kan ook de druk op verdere stadsuitleg worden verzacht. In het lectoraat Grootstedelijke Ontwikkeling van De Haagse Hogeschool willen we meer weten hoe in Den Haag de maatschappelijke vraagstukken leven en aangepakt worden. Eerder (2000) was het lectoraat betrokken bij de vraag hoe de Binckhorst zich zou kunnen ontwikkelen tot een duurzaam bedrijventerrein. In de publicatie 'Zeker in de stad'(2008) keken we naar de vernieuwing van Den Haag Zuidwest. In de aanpak van Haagse krachtwijken (zoals de Schilderswijk en Transvaal) speelt de vraag wat de lokale overheid in het samenspel met andere partijen vermag om vraagstukken in de wijk op te lossen. In dit rapport wordt de maakbaarheid van de stad nader onderzocht aan de hand van de Binckhorst. Louis Kanneworff, lid van de kenniskring van het lectoraat, gaat in op de planontwikkeling van de Binckhorst. In tweede instantie levert hij in dit rapport ideeën en suggesties hoe de Binckhorst, 'het best bewaarde geheim van Den Haag', een duurzame stadswijk kan worden. Met dit rapport wil het lectoraat bijdragen aan het debat over de ontwikkeling van de stad in het algemeen en van Den Haag in het bijzonder. Reacties zijn welkom.
DOCUMENT
De binnenstad is een omgeving waar geld wordt uitgegeven, maar het is omgekeerd ook een plaats waar inkomen wordt verdiend. Dit facet van zijn economische functioneren blijft in het actuele discours over de binnenstad soms helaas nog onderbelicht. Wanneer het slecht gaat met het centrum dan heeft dit niet alleen gevolgen voor de aantrekkelijkheid van het straatbeeld en de omzet van grote (winkel)bedrijven, er staan concrete banen van inwoners op het spel. Niet vreemd dus dat gemeenten de binnenstad tot een belangrijke pijler van hun ruimtelijk-economische beleid maken.
DOCUMENT
Om in de komende decennia te kunnen voldoen aan de ruimtevraag van circulaire bedrijven is het belangrijk dat circulaire economie hoger op de agenda van het omgevingsbeleid komt. Anders dreigt de ontluikende circulaire economie vast te lopen door ruimtegebrek en onomkeerbare keuzes, bleek tijdens een seminar over de toekomst van bedrijventerreinen in een circulaire economie, dat het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) op 20 april organiseerde.
LINK
Nóg een logistiek terrein op een plek waar de ontsluiting niet goed is, terwijl er veel concurrerend aanbod ligt rond Tilburg en Venlo: niet doen, stelt lector Cees-Jan Pen. Hij suggereert om de plannen voor de ontwikkeling van bedrijventerrein Heesch-West, die tot nog toe 55 miljoen hebben gekost, definitief af te blazen.
LINK
Nederland -en daarmee ook Groningen- is mede door uitvoering van het Klimaatakkoord en de Regionale Energie Strategie haar energieopwekking en -afname aan het verduurzamen en elektrificeren. Doordat gelijktijdigheid in de afname van elektriciteit toeneemt en er meer duurzame elektriciteit wordt toegeleverd neemt het risico op netcongestie toe. Netcongestie belemmert bedrijven in hun groei en verduurzaming, wat het vestigingsklimaat onder druk zet. Het doel van dit onderzoek is om te voorkomen dat netcongestie de ontwikkeling van bedrijventerreinen in de regio schaadt en om bedrijven de mogelijkheid te bieden om te blijven uitbreiden en verduurzamen.Binnen dit project is een methodiek ontwikkeld waarbij aan de ene kant door bedrijfsbezoeken wordt gekeken naar de potentie tot groei van individuele bedrijven. Dit gebeurt door bedrijfsactiviteiten, toekomstplannen en energiebesparingsmogelijkheden te analyseren en deze te koppelen aan energieprofielen van netbeheerders. Daarnaast worden op gebiedsniveau scenario’s uitgewerkt om vanuit een systeemintegratieperspectief te onderzoeken hoe verschillende energie-opwek-, opslag- en vraagsturingstechnologieën gecombineerd kunnen worden om capaciteit vrij te maken op het elektriciteitsnet.Een case-study op een bedrijventerrein in Groningen toont aan dat een geïntegreerde toepassing van windenergie, zonne-energie, batterijopslag en slimme aansturing ruimte kan creëren voor nieuwe bedrijven. De praktische uitvoering van dergelijke oplossingen stuit echter op uitdagingen, zoals de noodzaak van een groepsaansluitingsovereenkomst (TO) en beperkingen in regelgeving omtrent windenergie.Dit onderzoek biedt waardevolle inzichten voor beleidsmakers, netbeheerders en ondernemers over hoe bedrijventerreinen op duurzame wijze kunnen blijven groeien binnen de beperkingen van het huidige elektriciteitsnet.
DOCUMENT
Het gebied tussen Groningen en Leek dat bestemd was om rustig en leeg te blijven werd snel overgenomen door een bedrijventerrein, hoogspanningsleidingen en grondbergingsgebieden, zag Kim van Dam. Nu ligt er een nieuwe gebiedsvisie klaar.
LINK
Artikel over het bedrijventerrein Werkspoorkwartier in Utrecht dat ‘circulair herontwikkeld’ wordt. Wat is dat en welk effect dat op het gebied heeft, blijkt lastig in kaart te brengen, merken onderzoekers van de Universiteit Utrecht en Hogeschool Utrecht. (bron: https://www.gebiedsontwikkeling.nu/artikelen/hoe-meet-je-het-effect-van-een-circulaire-herontwikkeling)
LINK
Bedrijventerreinen zijn vanwege hun verharde inrichting extra gevoelig voor klimaatverandering. Effecten van hitte, droogte en intensieve neerslag hier zijn groter dan elders in de stad. Dit impliceert risico’s voor de aanwezige bedrijven. Bovendien dragen bedrijventerreinen sterk bij aan de klimaatgevoeligheid van andere delen van de stad. Lokale overheden willen graag integrale maatregelen doorvoeren om bedrijventerreinen naast klimaatadaptatief, tevens natuurinclusief, CO2 neutraal en aantrekkelijk te maken. Ondernemers zijn sleutelactoren bij het nemen van maatregelen, maar reguliere adaptatiestrategieën van overheden lijken niet direct aan te sluiten bij hun manier van werken. Om tot een meer duurzame en toekomstbestendige bedrijventerrein-inrichting te komen, hebben gemeenten en waterschappen behoefte aan een nieuwe aanpak waarmee effectieve samenwerking met ondernemers op die terreinen kan worden bereikt. Op verschillende bedrijventerreinen in Friesland, Groningen en Drenthe is via participatief onderzoek de situatie in kaart gebracht m.b.t. (ervaren) klimaatrisico’s, biodiversiteit en economische vitaliteit. Op basis daarvan hebben we knelpunten en kansen voor maatregelen en samenwerking geduid. Integrale oplossingen zijn uitgewerkt in co-creatie, en via verschillende methoden hebben we de voorwaarden voor effectieve samenwerking tussen overheden en ondernemers onderzocht. De uitkomsten vormen de basis voor een werkwijze voor overheden (gemeenten en waterschappen) om met ondernemers(verenigingen) te komen tot klimaatadaptieve maatregelen.Projectnummer: RAAK.PUB07.025
DOCUMENT