Meertalige maatschappij vraagt om onderwijs gericht op meer brontalen en doeltalen (ook minderheidstalen en immigrantentalen). Leeropbrengsten in meer talen in systeem ter vergelijking van bijvoorbeeld Fries-Nederlands-Engels. Bekwaamheid leraren betreft eigen taalvaardigheid en reflectie, toepassing differentiatie en transfer. In opleidingen extra aandacht in minor tweetaligheid en master multilingualism
DOCUMENT
Dit interview leidt tot een aantal vragen. Allereerst de vraag naar de primaire taak van de leraar. Ligt die in de klas, in het bevorderen van het leren en de ontwikkeling van de leerlingen. Of moet die ontwikkeling breder gezien worden, gekoppeld aan de pedagogische opdracht van het onderwijs? En de vraag of reflectieve bekwaamheden niet explicieter beschreven moeten worden als een van de eisen die aan een startbekwame leraar gesteld mogen worden.
DOCUMENT
Bijdrage van Marco Snoek aan de jubileumbundel ‘Professionals over leren en laten leren‘ van het Centrum Nascholing Amsterdam. Hierin gaat hij in op het feit dat het lerarenbeleid gedomineerd wordt door de behoefte aan onzekerheidsreductie. In het debat over lerarenkwaliteit komen leraren zelf echter maar nauwelijks aan het woord. Het wordt hoog tijd dat leraren zelf de regie krijgen over het debat over hun beroepskwaliteit. Het vraagt echter wel specifieke kwaliteiten van leraren om dat debat te kunnen voeren, kwaliteiten waar nu binnen lerarenopleidingen en bekwaamheidseisen weinig aandacht voor is. Zowel in Nederland als in andere Europese landen is veel aandacht voor de kwaliteit van de leraar. Overheden bemoeien zich meer dan voorheen met de kaders voor en de bewaking van de beroepskwaliteit van leraren. Die aandacht voor lerarenkwaliteit wordt gemotiveerd vanuit de overtuiging dat de leraar de allerbelangrijkste factor is die het leren van de leerling beïnvloedt. Hoewel leraren dus niet te klagen hebben over gebrek aan aandacht is het toch de vraag of die aandacht en goede intenties altijd tot de juiste acties leiden. De aandacht voor leren lijkt namelijk vooral ingegeven door de behoefte om onzekerheid bij overheid en samenleving te reduceren, terwijl de leraren weinig inbreng in het debat hebben. Dat kan en moet anders
DOCUMENT
In de lerarenopleiding wordt aandacht besteed aan het ontwikkelen van pedagogisch handelen waarbij aangesloten wordt bij de ‘bekwaamheidseisen voor leraren basisonderwijs’. Het gaat dan om de ontwikkeling van pedagogische kennis en kunde en het stimuleren van bewustwording van het eigen handelen. Het expliciteren van het pedagogisch handelen van leraren is vaak nog lastig en blijft impliciet. Aanstaande leraren lijken zich wel bewust van het belang van hun pedagogische opdracht, maar kunnen hun pedagogisch handelen soms lastig verwoorden, onderbouwen of expliciteren. Zo ook bij het creëren van een oefenplaats voor burgerschapsvorming. Het ontbreekt hen aan taal om situaties te herkennen en hun pedagogisch handelen te duiden, terwijl ze er wel degelijk vorm aan geven. Dit onderzoeksproject heeft als doel om (aanstaande) leraren te ondersteunen bij het expliciteren van hun pedagogische opdracht bij het creëren van een oefenplaats voor burgerschapsvorming. Met behulp van de centrale vraag: “Op welke wijze kunnen alledaagse ervaringen – gericht op pedagogisch handelen bij het creëren van een oefenplaats voor burgerschapsvorming – benut worden om het handelen van (aanstaande) leraren te verstevigen?” wil de postdoc inzicht creëren in: - de manieren om alledaagse pedagogische ervaringen tot uitdrukking te brengen; en - de manier waarop deze ervaringen gebruikt kunnen worden om (aanstaande) leraren te ondersteunen bij de bewustwording van hun pedagogisch handelen en het zodoende te verstevigen. Het startpunt voor bewustwording is het expliciteren van alledaagse pedagogische ervaringen, zogenaamde lived experiences. Deze zijn de basis voor reflectie, dialoog met anderen en daarmee bewustwording. Het delen van verhalen over praktijkervaringen wordt gezien als een belangrijk startpunt bij het ontwikkelen van pedagogisch handelen . Bovenstaande sluit aan bij het instellingsplan 2017-2022 genaamd ‘Le(ra)ren met Lef’ en het onderzoeksprofiel van het onderzoekscentrum. De hbo-postdoc besteedt 50% van haar tijd aan onderzoek, de andere 50% wordt besteed aan het geven van onderwijs.