Decentralised renewable energy production in the form of fuels or electricity can have large scale deployment in future energy systems, but the feasibility needs to be assessed. The novelty of this paper is in the design and implementation of a mixed integer linear programming optimisation model to minimise the net present cost of decentralised hydrogen production for different energy demands on neighbourhood urban scale, while simultaneously adhering to European Union targets on greenhouse gas emission reductions. The energy system configurations optimised were assumed to possibly consist of a variable number or size of wind turbines, solar photovoltaics, grey grid electricity usage, battery storage, electrolyser, and hydrogen storage. The demands served are hydrogen for heating and mobility, and electricity for the households. A hydrogen residential heating project currently being developed in Hoogeveen, The Netherlands, served as a case study. Six scenarios were compared, each taking one or multiple energy demand services into question. For each scenario the levelised cost of hydrogen was calculated. The lowest levelised cost of hydrogen was found for the combined heating and mobility scenario: 8.36 €/kg for heating and 9.83 €/kg for mobility. The results support potential cost reductions of combined demand patterns of different energy services. A sensitivity analysis showed a strong influence of electrolyser efficiency, wind turbine parameters, and emission reduction factor on levelised cost. Wind energy was strongly preferred because of the lower cost and the low greenhouse gas emissions, compared to solar photovoltaics and grid electricity. Increasing electrolyser efficiency and greenhouse gas emission reduction of the used technologies deserve further research.
DOCUMENT
Voorraden delen? Dat vraagt om data alignment.
DOCUMENT
De afgelopen decennia is er heel veel veranderd in het koopgedrag van de Nederlander. Met name de technologie heeft grote veranderingen teweeg gebracht, maar ook zaken als vergrijzing, welvaartsniveau en mobiliteit spelen een belangrijke rol bij de veranderde functie van de binnenstad. Winkelen doe je niet meer vanzelfsprekend in de binnenstad omdat er veel alternatieven zijn, zonder al het gedoe zoals parkeren, pashokjes en jouw kledingmaat die niet op voorraad is. De vraag is: welke toekomst er is voor het (traditionele) winkelaanbod in het stadscentrum?
DOCUMENT
BrabantAdvies roept op om het leegstandsvraagstuk te koppelen aan de verduurzaming van de gebouwenvoorraad. Met de energietransitie staan overheden voor de opgave om op grote voet te verduurzamen en energie te besparen. Door de voorraad aan leegstaande gebouwen grondig langs te lopen, kan een afweging gemaakt worden welke panden zich lenen voor de verduurzaming. Daarbij zal ook dienen te worden afgewogen bij welke panden verduurzaming een overbodige ingreep is, aangezien ze geen toekomstperspectief hebben en voor sloop in aanmerking komen. Om dat mogelijk te maken zijn nieuwe instrumenten nodig. BrabantAdvies richt zich met haar boodschap niet enkel tot de provincie, maar juist ook tot gemeenten. Het onderstreept de uitgangspunten van de provinciale aanpak: het herbestemmen en transformeren van panden geldt als het ‘nieuwe bouwen’ en eigenaren en gemeenten zijn als eerste aan zet om de leegstand aan te pakken.
MULTIFILE
Nieuwe materialen zijn gemaakt door plastic van biologische oorsprong te mengen met textielafval. Dit nieuwe materiaal is recyclebaar en biologisch afbreekbaar. Het is CO2 neutraal, vermindert de afvalstroom en draagt niet bij aan de uitputting van de voorraad fossiele grondstoffen. De textielvezels versterken het plastic en verlagen de kostprijs. Door de unieke eigenschappen kunnen van het materiaal designproducten gemaakt worden die niet alleen duurzaam zijn, maar ook een geheel eigen uitstraling hebben.
DOCUMENT
Jan Veuger, lector Maatschappelijk Vastgoed aan de Hanzehogeschool, deed onderzoek naar economische ontwikkelingen, maatschappelijk vastgoed, leegstand en herbestemming in Drenthse gemeenten. Wat is de verbindende kracht? Waarom kunnen gemeenten privaat en maatschappelijk niet binnen één object zouden combineren, vraagt hij zich af? Liggen hier geen kansen voor een haalbaar exploitatieresultaat dat ook op termijn houdbaar is?
LINK
Data-gebruik is voor projectmanagers in het sociale en ruimtelijke domein onontkoombaar. Data zijn niet alleen voorradig en beschikbaar, het zijn er ook steeds meer. Tegelijk weten projectmanagers niet goed hoe ze data kunnen gebruiken in hun werk. Aan de hand de voorbeelden van vuilnisophaaldiensten (halen) en bezorgdiensten (brengen) lees je in dit artikel hoe je als stad met data om kunt gaan en hoe je deze services efficiënter kunt laten verlopen. Weten wat je wilt weten is daarbij weleen keiharde voorwaarde.
MULTIFILE
Hoe kunnen we een rekenles beter laten aansluiten bij een kwalificatiedossier en het rekenexamen? Welk lesmateriaal is er al?
DOCUMENT
Toeleverende bedrijven in de Brainport regio zijn veelal te typeren als high mix low volume (HMLV) productieomgevingen. Deze bedrijven kenmerken zich door een breed aanbod aan mogelijke producten (grote variëteit in producten), die veelal in lage volumes geproduceerd worden. Vaak zijn dit klantspecifieke producten die eenmalig, of incidenteel geproduceerd worden. Deze bedrijven focussen zich traditioneel op efficiënt gebruik van resources, waarbij bezettingsgraad en kostendekking relevant zijn. De toenemende klantvraag in de regio leidt tot druk op de productiecapaciteit. Een eerste intuïtieve reactie van deze bedrijven is om de bezettingsgraad van machines verder te verhogen. Om de kosten (Cost) beheersbaar te houden, wordt niet direct geïnvesteerd in extra capaciteit. Een ongewenst neveneffect is dat tijdigheid (Delivery, zoals levertijden, leverbetrouwbaarheid, flexibiliteit) en kwaliteit (Quality) verder onder druk komen te staan. De ogenschijnlijke tegenstrijdigheid tussen kosten en tijdigheid in deze HMLV-productieomgevingen, is een vaak terugkomend vraagstuk bij praktijkgerichte onderzoeken die door Fontys Technische Bedrijfskunde studenten uitgevoerd worden. Dit resulteert in de volgende onderzoeksvraag: Welke subaspecten zijn mogelijk relevant voor de prestatie met betrekking tot Quality, Delivery en Cost (QDC) van een HMLV-productieomgeving?
DOCUMENT