In dit rapport wordt ingegaan op het onderwerp groepswonen voor ouderen (50 plussers) in Noord-Nederland. Onder groepswonen voor ouderen wordt alle vormen van wonen verstaan, waarbij meerdere huishoudens een of meer gemeenschappelijke ruimtes gebruiken en beheren, waarbij het lidmaatschap vrijwillig is en de groep zelf beslist over de toelating van nieuwe leden. De focus van het onderzoek ligt op de locatie van de woongroepen, de ervaringen van bewoners in een woongroep en de criteria die worden gehandhaafd voor het selecteren van nieuwe bewoners. De gegevens van de woongroepen zijn weergegeven in een matrix. Hierbij is gelet op het aantal woningen in de woongroep, het aantal bewoners, de samenstelling, de ligging en de voorzieningen.Daarnaast is er ook een overzichtelijke adressenlijst van alle woongroepen in Noord-Nederland en deze zijn weer in een landkaart weergegeven.Doelstelling en Probleemstelling:Naar aanleiding van onvoldoende overzicht in de bekendheid van woongroepen, is het doel van dit onderzoek, een inzicht te geven in de locatie en de ervaringen van woongroepen in Noord-Nederland. Hier vloeit de probleemstelling uit voort. Deze is als volgt geformuleerd: Welke woongroepen voor ouderen zijn er in Noord-Nederland en hoe ervaren de bewoners het wonen in een woongroep? Door zoveel mogelijk bestaande gegevens uit eerdere onderzoeken en andere bronnen te gebruiken, wordt deze doelstelling bereikt.Studentonderzoek in het kader van het thema Werklandschappen.
Bewoners met een licht verstandelijke beperking (LVB) worden vanuit het beleid gestimuleerd zelfstandig te wonen in de wijk, met hulp van het formele en informele welzijnsaanbod in de ‘sociale basis’. Vanuit de praktijk komen signalen dat dit niet altijd gemakkelijk gaat. In dit verkennende onderzoek keken wij hoe de participatie van personen met een LVB in de sociale basis verloopt, in het bijzonder bij ontmoetingsactiviteiten. We interviewden eerst professionals en vrijwilligers die in verbinding staat met of werken in de sociale basis en vervolgens bewoners met een (vermoedelijke) LVB over hun ervaringen. Daarnaast hielden we met beide groepen een interactieve bijeenkomst. Het onderzoek laat ten eerste het dilemma zien waarvoor professionals en vrijwilligers zich gesteld zien: het beleid dat geen doelgroepenbeleid voorschrijft en het ongemak rond het label LVB, maar tegelijkertijd de behoefte aan specifieke kennis over de doelgroep. Specifieke deskundigheid zit vervangen in schijnbaar alledaagse, maar cruciale handelingen om de doelgroep goed te kunnen ondersteunen in de sociale basis. Geïnterviewden geven aan dat in de sociale basis een gebrek is aan de benodigde deskundigheid om bewoners met een LVB goed te kunnen begeleiden. Daarbij is ook een tekort aan professionele inzet.
Bent u iemand die zich inzet voor het groen in uw omgeving? Dan weet u ongetwijfeld hoe belangrijk het is om samen te kunnen werken met professionals uit de groensector. Dit boek helpt u om die samenwerking goed in de vingers te krijgen. Alle belangrijke thema’s rond samenwerken aan groen komen aan de orde, zoals het sluiten van coalities, omgaan met verwachtingen, eerste hulp bij conflicten en de inrichting van de eigen organisatie. Met treffende praktijkvoorbeelden en theoretische achtergronden krijgt u de kans eens goed naar uw eigen situatie kijken. U wordt vervolgens op weg geholpen met praktische aanbevelingen per thema. Hiermee kunt u als bewoner(sorganisatie) uw inzet voor een groenere leefomgeving naar een hoger en effectiever plan tillen. Dit boek kan ook veel nieuwe inzichten bieden aan gemeentemedewerkers die regelmatig met bewonersorganisaties te maken hebben. Aangezien de groene studenten van nu de professionals van de toekomst zijn, is dit boek ook geschikt als leer-reflectieboek op hogescholen. Uiteraard kunnen ook de groenprofessionals hun voordeel doen met de theorie en praktijk uit dit boek.
MULTIFILE