In dit hoofdstuk wordt het Nederlandse beleid geschetst van het tegengaan van radicalisering en het voorkomen van terroristisch geweld. Hierin neemt het ‘Actieprogramma integrale aanpak Jihadisme’ een belangrijke plaats in. Besproken wordt wat er goed gaat en wat de ontwikkelingsvragen zijn. Het hoofdstuk eindigt met een beschouwing over de behoefte aan sociale innovatie. Aangezien een aantal preventieve interventies behoorlijk ingrijpend kunnen zijn, is het zaak om bij de uitvoering te letten op eenduidigheid en adequate rechtsbescherming.
MULTIFILE
Het Europese sociaal werk gaat gelijktijdig bezorgd én blijmoedig om met bezuinigingen. De moed erin houden en blijven zoeken naar kansen zijn belangrijke codes binnen het werk. Toch is inzicht in de problemen die door financiële schaarste veroorzaakt worden hard nodig.
MULTIFILE
De beroepsgroep van diëtisten staat voor de uitdaging om de bijdrage van diëtistische zorg in de behandeling transparanter te maken. Het aantonen van (kosten)effectiviteit van de behandeling wordt door de beroepsgroep gezien als een urgente en noodzakelijke voorwaarde voor de continuïteit van de bedrijfsvoering en als wapen tegen dreigende bezuinigingen door overheid en zorgverzekeraars. Diëtisten hebben bovendien te maken met de toegenomen marktwerking in de zorg. De afgelopen jaren hebben steeds meer organisaties voor Thuiszorg afdelingen diëtetiek afgestoten en zijn diëtisten als zelfstandig ondernemer verder gegaan. Meer dan ooit wordt de noodzaak gevoeld om de toegevoegde waarde van de diëtist inzichtelijk te kunnen maken in onderhandelingen met zorgverzekeraars en zorggroepen. Zoals een diëtist het verwoordt: ?Zorgverzekeraars zullen in toenemende mate eisen stellen aan het aantonen van meerwaarde van dieet-behandeling en willen resultaat zien.? Van daaruit ontstaat vanuit de beroepspraktijk de vraag: ?Hoe kunnen we de meerwaarde van de diëtist aantonen op het niveau van de eigen praktijk én als beroepsgroep als geheel?? Eenduidige registratie en evaluatie van doelen van dieetbehandeling is een voorwaarde om uiteindelijk de (kosten)effectiviteit van de dieetbehandeling te kunnen aantonen. Op dit moment wordt binnen diëtistenpraktijken niet eenduidig geregistreerd, gemeten en geëvalueerd. Diëtisten zijn zich hiervan bewust en hebben de wens geuit op niveau van eigen praktijk, groepspraktijk en zelfs landelijk te willen komen tot een afstemming over registratie van data (welke data, op welk meetmoment en op welke manier). In diverse kleine voortrajecten hebben diëtisten uit het werkveld, samen met het lectoraat Voeding in relatie tot Sport en Gezondheid (VSG) van de HAN, toegewerkt naar een keuze voor doelen, meetinstrumenten en meetmomenten voor dieetbegeleiding bij cardiovasculair risicomanagement (CVRM). Een belangrijke en nog te beantwoorden vraag is of de gekozen methoden werkbaar en inpasbaar zijn in de dagelijkse praktijkvoering.
Vitaal oud worden en daar zelf regie over voeren is een uitgangspunt van ouderenbeleid. Voor veel ouderen valt dat niet mee. Zo kan eenzaamheid ontstaan door overlijden van familie en kennissen terwijl niet iedereen in staat is het sociale netwerk op sterkte te houden. Ruim 62% van de ouderen boven 75 jaar voelt zich (ernstig) eenzaam (volksgezondheideninfo.nl). Oplossingen bestaan vaak uit het aanbieden van gezelschap of het beïnvloeden van verwachtingen over gezelschap. Veel medische consumptie berust op eenzaamheidsproblematiek. Met Kletsbot willen we betaalbare technologie inzetten om eenzaamheid bij ouderen te voorkomen of verminderen. Een nieuwe technologie die voor een echte doorbraak kan zorgen en in kan spelen op het toenemend aantal eenzame mensen, het grote tekort aan vrijwilligers, de druk op mantelzorgers, bezuinigingen en tekorten in de sociale en maatschappelijke hulpverlening. Kletsbot is een empathische chatbot voor ouderen. Deze is aantrekkelijk om tegenaan te praten doordat technieken van empathische gespreksvoering (Adriaansen & Caris, 2011) worden toegepast. Met Tessa – een robotje dat wordt ingezet voor structurering van de dag en gezelschap – is al gebleken dat ouderen zich er snel mee verbinden en daardoor dagelijkse activiteiten beter uitvoeren. Kletsbot biedt primair een actief luisterend oor. Ook voelt deze de gebruiker aan en nodigt met de juiste vragen uit tot een praatje. De gesprekken moeten er toe leiden dat eenzaamheid vermindert. Indien gewenst wordt ook een zorgverlener betrokken. Deze aanvraag richt zich op het uitwerken van het concept Kletsbot en het toetsen van dit concept bij ‘ouderen met eenzaamheidsgevoelens’ uit de gemeente Ede. Dat doen we met een ‘Wizard of Oz’ aanpak die middels simulatie de werking van Kletsbot goedkoop en snel toetst bij de doelgroep thuis. Met deze proof of concept dragen we bij aan de topsector Life Sciences & Health.
Aanleiding De somatische zorg voor patiënten met een ernstige psychische aandoening (EPA) schiet in de Nederlandse gezondheidszorg op een aantal punten ernstig tekort. Dit leidt ertoe dat deze patiënten eerder ziek worden en een beduidend kortere levensverwachting hebben dan gemiddeld. In navolging van de groeiende aandacht binnen de gezondheidszorg voor dit thema, zijn er landelijk twee multidisciplinaire richtlijnen ontwikkeld. De eerste richtlijn is voor somatische screening bij patiënten met EPA en de tweede voor de toepassing van leefstijlinterventies ter bevordering van de gezondheid van deze patiënten. De interventies vinden o.a. plaats op voeding, bewegen, roken, alcoholgebruik, middelenmisbruik, slaap en seksueel risicovol gedrag. In dit RAAK-project worden de twee richtlijnen aan de praktijk getoetst. Doelstelling Het RAAK-project beoogt implementatie en evaluatie van de reeds ontwikkelde richtlijnen in twee GGZ-instellingen bij een groep van 750 patiënten. De (post-)hbo-opgeleide verpleegkundig specialisten vervullen een spilfunctie bij de uitvoering van de screening en de leefstijlinterventies en hebben een coördinerende functie naar andere betrokken disciplines (arts, psychiater, diëtist, fysiotherapeut, etc.). Bij gebleken gezondheidsproblemen wordt effectieve behandeling ingezet, gemonitord en geëvalueerd. Ter ondersteuning van de verpleegkundigen zijn de belangrijkste aanbevelingen uit de richtlijnen vertaald in twee methodieken: de Verpleegkundige Monitoring bij Somatiek en Leefstijl (VMSL-GGZ) en Leefstijl in Beeld. Hierbij horen e-healthtools en een e-learningmodule. Een uitgebreide evaluatie zal uitwijzen of de richtlijnen rond somatiek en leefstijl effectief geïmplementeerd kunnen worden in de GGZ-beroepspraktijk. Boogde resultaten Het project brengt tot op het niveau van de patiënt de resultaten in beeld van het werken met richtlijnen en methodieken bij: 1) screening van patiënten met een ernstige psychische aandoening op dreigende gezondheidsproblemen; 2) toepassing van interventies als de gezondheid in gevaar is. De bij de methodieken horende e-healthtools en e-learningmodule zijn doorontwikkeld en breed inzetbaar. Verspreiding van kennis en ervaring die is opgedaan in het project vindt plaats via de netwerken van het consortium. Borging van de inzichten in het onderwijs is eveneens een primaire doelstelling.