Hoofdstuk 31 in Politie, studies over haar werking en organisatie 31.1 Inleiding 31.2 Brandweerzorg in Nederland 31.2.1 Taken 31.2.2 De regionale brandweer en de veiligheidsregio’s 31.2.3 Vermaatschappelijking van de brandweer 31.3 Politie en brandweer: contacten, overeenkomsten, verschillen 31.3.1 Contacten 31.3.2 Brandweer, politie en de veiligheidsregio: toenadering 31.4 De toekomst: met of meer langs elkaar?
DOCUMENT
Vlak voor het slapen gaan borrelen mijn gedachten nog even op. Het klimaatprobleem vereist snelle actie. Parijs stelt zware eisen. Geen woorden, maar daden. En het schiet niet erg op. Oké, de overheid heeft met miljarden subsidies een flink aantal windturbines laten plaatsen. Maar vorig jaar steeg onze CO2-emissie met 5%. En het vliegverkeer op Schiphol groeit in 2016 met 10%. Erg weinig mensen lijken zich daar zorgen over te maken.
LINK
Short YouTube video about the Firefighters project. Recent increase in wild fires in France, and around the world, are an unfortunate example of the current challenges firefighters face nowadays. Data science can provide a solution for such challenges. Through various visualizations, we can empower our public services to react faster and more efficiently to extreme situations. The firefighter project aims to empower fire departments and provide them with the tools necessary for data based decision-making.
VIDEO
We bouwen hoger, dieper, groter en complexer, met nieuwe materialen, meer elektronica, meer smart en ook nog eens dichter op elkaar. Voor hulpverleners worden gebouwen steeds ontoegankelijker in geval van een calamiteit. Brandweerlieden lopen het meeste gevaar als ze onder tijdsdruk een gebouw in moeten om te verkennen of te blussen. Juist op dat moment is de situatie nog niet goed te overzien en lopen hulpverleners de nodige risico’s. Omvallende muren, instortende plafonds of gewoon gestruikeld over door de rook onzichtbare brokstukken leiden tot vermijdbare letsels of zelfs slachtoffers. Het inzetten van onbemande voertuigen voor verkenning en bluswerk is een oplossing die momenteel in een breed gedragen landelijke proeftuin getest wordt. Maar hoe staat de brandweer daar zelf in? Brandweerlieden werken vanuit hun gevoel, vanuit ervaring, intuïtie. Ze ‘zien’ de brand en weten direct hoe te acteren, merken wat wel en niet gevaarlijk is en bepalen zelf hoe ver ze daarin willen (mogen) gaan. Een robot-op-wielen moet dat dan overnemen? Er is redelijk wat weerstand bij de professionals merkbaar tegen de introductie van dit soort robottechnologie. In dit project gaan Saxion, De Brandweeracademie, het bedrijfsleven en vijf veiligheidsregio’s onderzoeken waar die weerstand, dat gebrek aan vertrouwen vandaan komt en hoe daar, door training én (kleine) productaanpassing, op ingespeeld kan worden. Een verkennings- of blusrobot kan letselschade en slachtoffers voorkomen, mits goed ingezet en mits vertrouwd door de mensen die daarvan afhankelijk zijn. Het vak van brandweer, als beroeps of vrijwilliger, is een van de gevaarlijkste die er is. Laten we er samen voor zorgen dat het iets veiliger kan worden.
In het RAAK PUBLIEK project FireBot wordt onderzocht hoe brandweerlieden blusrobotica optimaal kunnen inzetten in situaties waarbij de brandweer geen brandweermensen meer wil inzetten. Denk hierbij aan nauwe gebouwen en ruimtes zoals parkeergarages onder bijvoorbeeld woontorens in drukke steden, of tunnels. Deze ruimtes worden gevaarlijk om binnen te treden wanneer er brand uitbreekt en de ruimte snel gevuld is met dikke, hete rook. Tegelijkertijd ontwikkelt het lectoraat Mechatronica van Saxion nieuwe sensoren om de brandweer middelen te geven om beter in zo’n ruimte te kunnen navigeren met een blusrobot, terwijl de brandweerman/-vrouw veilig buiten het pand staat. In het project is een aantal oefeningen met de brandweer uitgevoerd om te onderzoeken waar de knelpunten zitten betreft het gebruik van de robot, en op basis van deze ervaringen heeft Saxion een state-of-the-art sensormodule (op basis van 3D Thermische Stereo Vision) ontwikkeld om de onbekende ruimte te kunnen weergeven in 3D. Dit is essentiële informatie voor de brandweer om veilig en snel de situatie te kunnen inschatten. Op dit moment wordt er nog gewerkt aan de data-interpretatie van sensormodule en dient de module in de praktijk te worden getest met de brandweer en hun blusrobots. Door de maatregelen rond Corona was er sprake van langere levertijd van de camera’s en konden we niet altijd in het lab werken of elkaar ontmoeten. De doorlooptijd van een aantal taken heeft daardoor langer geduurd dan oorspronkelijk gepland. In het RAAK IMPULS 2020 project FireBot Systeem Testen gaan we de sensormodule klaar maken voor de verificatietesten van het systeem en de validatietesten met de eindgebruiker. De test rapportage geeft dan ook een reflectie op het aan het begin van het project opgestarte gebruikersonderzoek. Met deze Impuls kunnen we tevens de uitloop door onvoorziene omstandigheden opvangen en het project succesvol afronden.
Voor veel risicovolle beroepen ontbreken duidelijke definities of onderbouwingen van veilige grenswaarden voor het visueel functioneren, zoals bijvoorbeeld contrastgevoeligheid of kleurenzien. Afhankelijk van de functie is naast visus (gezichtsscherpte), kleurenzien ook een belangrijk onderdeel van de keuringscriteria. Kleurenzien is bij de luchtmacht voor piloten en luchtverkeersleiders onder andere essentieel bij het gebruik van cockpitinstrumenten en elektronische displays met kleur coderingen, navigatiesystemen, signaallampen, radarschermen en weerkaarten. Kleurenzienstoornissen kunnen worden onderverdeeld in verworven (als gevolg van oogheelkundige pathologie) en aangeboren (congenitale) stoornissen. Potentiële kandidaten met een congenitale kleurenzienstoornis komen niet in aanmerking voor een functie als piloot of luchtverkeersleider. Hierdoor vallen geschikte kandidaten af op basis van het kleurenzien, waarbij onvoldoende duidelijk is of dit terecht is. Uit onderzoek is duidelijk dat congenitale kleurenzienstoornissen in verschillende mate aanwezig kunnen zijn. Voorbeelden van kleurenzientesten die ook een waarde aan de mate van kleurenzien geven zijn de Colour Assessment and Diagnosis (CAD) test, en de ColorDx CCTHD test. De CAD test wordt vooral gebruikt binnen keuringen voor de civiele luchtvaart, terwijl de ColorDx CCTHD test vooral wordt ingezet bij de keuringen voor de luchtmacht. In dit project wordt een verkennend onderzoek uitgevoerd om veilige grenswaarden voor kleurenzien vast te stellen, en te onderzoeken hoe deze gemeten kunnen worden met bestaande of nieuwe technologieën. Het uiteindelijke doel is het ontwikkelen van een testmethodiek die specifieke grenswaarden voor kleurenzien bepaalt, gericht op de luchtmacht. Deze grenswaarden zullen worden gebruikt om te beoordelen of kandidaten geschikt zijn voor kritieke functies zoals piloot of luchtverkeersleider. Medische adviseurs binnen de luchtmacht zullen hiermee beschikken over duidelijke, betrouwbare criteria voor de beoordeling van kleurenzien bij kandidaten. Daarnaast wordt onderzocht of, en op welke wijze, deze methodiek en technologie ook bij andere (risicovolle) beroepen, zoals andere defensieonderdelen, politie, brandweer en gezondheidszorg, toegepast kunnen worden.