Het accent binnen het hoger beroeps onderwijs heeft de laatste decennia gelegen op het begeleiden van de zwakkere studenten naar het niveau van beginnend beroepsbeoefenaar. De aandacht voor het uitdagen van de betere studenten is daarbij naar de achtergrond verschoven. Het gevolg is dat 37% van de studenten onvoldoende uitdaging vindt in het aangeboden onderwijs (Plasterk, 2007). Om gemotiveerde en getalenteerde studenten meer uit te dagen is op de Faculteit Gezondheidszorg van de Hogeschool Utrecht een Top Class programma ontwikkeld. Studenten krijgen in dit programma de mogelijkheid te excelleren, door middel van het doen van extra inspanningen. Dit programma is in zijn oorspronkelijke vorm vier jaar geleden van start gegaan. De resultaten van de evaluatie van het oude Top Class programma vormden de aanleiding om het programma te herzien. De methode die voor het herzien van het programma werd gebruikt is eerder beschreven in O&G (Coppoolse, 2009). Het afgelopen jaar is veel geïnvesteerd in de aanpassing van het programma en voorlichting aan studenten, docenten en management over het programma. Het nieuwe Top Class programma is onlangs van start gegaan. In het eerste gedeelte van dit artikel wordt het programma gepresenteerd. Vervolgens worden de eerste ervaringen met dit nieuwe programma weergegeven. Tenslotte wordt op basis van de eerste ervaringen geschetst wat vervolgactiviteiten zijn om studenten te faciliteren hun talent in te zetten bij hun verdere ontwikkeling.
DOCUMENT
What is, exactly, an art of the working class today? Art owned by the working class? Made by the working class? Produced in the service of the working class? An art production chain owned by its workers? Art that operates within a working-class aesthetic register? This article gleans perspectives from various thinkers and discourses to build a contemporary understanding of class composition and artistic labor.
LINK
Publicatie naar aanleiding van de internationale Master Class van Stadslab European Urban Design Laboratory. Onderwerp was het ontwikkelen van een regionale ruimtelijke strategie voor deze Poolse universiteitsstad. In de publicatie, naast de resultaten van de Master Class, ook essays van Ruud Vreeman, Ewa Kipta en Didier Rebois.
DOCUMENT
Communicatieprofessionals geven aan dat organisaties geconfronteerd worden met een almaar complexere samenleving en daarmee het overzicht verloren hebben. Zo’n overzicht, een ‘360 graden blik’, is echter onontbeerlijk. Dit vooral, aldus diezelfde communicatieprofessionals, omdat dan eerder kan worden opgemerkt wanneer de legitimiteit van een organisatie ter discussie staat en zowel tijdiger als adequater gereageerd kan worden. Op dit moment is het echter nog zo dat een reactie pas op gang komt als zaken reeds in een gevorderd stadium verkeren. Onderstromen blijven onderbelicht, als ze niet al geheel onzichtbaar zijn. Een van de verklaringen hiervoor is de grote rol van sociale media in de publieke communicatie van dit moment. Die media produceren echter zoveel data dat communicatieprofessionals daartegenover machteloos staan. De enige oplossing is automatisering van de selectie en analyse van die data. Helaas is men er tot op heden nog niet in geslaagd een brug te slaan tussen het handwerk van de communicatieprofessional en de vele mogelijkheden van een datagedreven aanpak. Deze brug dan wel de vertaling van de huidige praktijk naar een hogere technisch niveau staat centraal in dit onderzoeksproject. Daarbij gaat het in het bijzonder om een vroegtijdige herkenning van potentiële issues, in het bijzonder met betrekking tot geruchtvorming en oproepen tot mobilisatie. Met discoursanalyse, AI en UX Design willen we interfaces ontwikkelen die zicht geven op die onderstromen. Daarbij worden transcripten van handmatig gecodeerde discoursanalytische datasets ingezet voor AI, in het bijzonder voor de clustering en classificatie van nieuwe data. Interactieve datavisualisaties maken die datasets vervolgens beter doorzoekbaar terwijl geautomatiseerde patroon-classificaties de communicatieprofessional in staat stellen sociale uitingen beter in te schatten. Aldus wordt richting gegeven aan handelingsperspectieven. Het onderzoek voorziet in de oplevering van een high fidelity ontwerp en een handleiding plus training waarmee analisten van newsrooms en communicatieprofessionals daadwerkelijk aan de slag kunnen gaan.
Carboxylated cellulose is an important product on the market, and one of the most well-known examples is carboxymethylcellulose (CMC). However, CMC is prepared by modification of cellulose with the extremely hazardous compound monochloracetic acid. In this project, we want to make a carboxylated cellulose that is a functional equivalent for CMC using a greener process with renewable raw materials derived from levulinic acid. Processes to achieve cellulose with a low and a high carboxylation degree will be designed.
Aaltjes: automatisch classificeren en tellen. Agrariërs laten bodemmonsters analyseren op onder meer aanwezigheid van aaltjes. Deze bodemanalyse is voor agrariërs cruciaal om de bodemgezondheid- en vruchtbaarheid vast te stellen maar behelst een grote kostenpost. Het identificeren, analyseren en tellen van aaltjes (nematoden) in een bodemmonster geschiedt in een gespecialiseerd laboratorium. Dit is tijdrovend, specialistisch en seizoensgebonden werk. Het tellen- en analyseren van aaltjes is mensenwerk en vergt training en ervaring van de laborant. Daarnaast hebben de laboratoria te maken met personeelstekort en de laboranten met sterk fluctuerende werkdruk. Derhalve is het speciaal voor dit project opgerichte samenwerkingsverband tussen Fontys GreenTechLab, ROBA Laboratorium en CytoSMART voornemens om een oplossing te ontwikkelen voor het automatisch classificeren en tellen van aaltjes. Dit project richt zich op de ontwikkeling van een proof of concept van een analysescanner. Het werk van de laboranten wordt grotendeels geautomatiseerd waarbij door de scanner de bodemmonsters middels toepassing van deep learning en virtual modeling kan worden geanalyseerd. Daarmee wordt beoogd een oplossing te bieden waarmee het personeelstekort wordt tegengegaan, de werkdruk kan worden verlaagd, mensenwerk wordt geautomatiseerd (waardoor de kans op fouten wordt verkleind) en de kosten voor agrariërs worden verlaagd.
Lectoraat, onderdeel van NHL Stenden Hogeschool