Om goede jeugdhulp te kunnen bieden is professionele ruimte essentieel. Dit onderzoek laat zien dat veel professionals in de regio Haaglanden die ruimte vaak niet ervaren. Met name de ruimte om een goede band op te kunnen bouwen met en te doen wat nodig is voor cliënten en de ruimte voor reflectie staan nu volgens professionals onder druk. We zien hierin verschillen tussen professionals van verschillende aanbieders. Terwijl met name werknemers van GI’s onvoldoende ruimte ervaren om te doen wat nodig is voor cliënten en te investeren in hun relatie met cliënten, ervaren werknemers van de gespecialiseerde jeugdhulp te weinig ruimte voor reflectie.
MULTIFILE
Vaak wordt gesproken van de kloof tussen de "systeemwereld" en de "leefwereld". Maatschappelijke instellingen zijn gericht op het leveren van een dienst volgens bepaalde kaders, criteria en procedures, terwijl de bewoners, de burgers redeneren vanuit hun dagelijkse leefwereld en van daaruit bezien wat zij met die diensten en die instellingen aankunnen. Voor veel instellingen, zoals bijvoorbeeld welzijnsinstellingen, ligt dit in het bijzonder gevoelig. Zij hebben immers als doelstelling er voor de burger en diens welzijn te zijn. In Den Haag is een aantal jaren geleden om die reden gestart met informatieshops (kortweg i-Shops) in de buurt. Met een laagdrempelige, buurtgerichte informatievoorziening kan de burger geholpen worden zich een weg te banen in een complexe samenleving met brieven, procedures en dossiers. Voor u ligt een rapport waarin Anja Berkelaar, onderzoeker van het lectoraat Grootstedelijke Ontwikkeling van De Haagse Hogeschool, de i-Shop in de Haagse wijk Transvaal heeft onderzocht. Hierbij is speciale aandacht uitgegaan naar het verschijnsel van "verkokering", een herkenbaar fenomeen in beleidskringen. In de hoogontwikkelde en complexe samenleving is er een hoge mate van specialisme gegroeid die risico's in zich heeft van fragmentatie van beleid. De i-Shops beogen het voor de burger toegankelijker en minder complex te maken. Dit rapport maakt deel uit van het programma van het lectoraat Grootstedelijke Ontwikkeling van De Haagse Hogeschool. Met praktijkgericht onderzoek wil het lectoraat achterhalen hoe partijen in stadswijken werken aan verbetering van de woon- en leefomstandigheden en wat dit betekent voor de ontwikkeling van de stad en de regio.
DOCUMENT
De vooronderstelling is dat, in het licht van deze transformatie van zorg er bij professionals en organisaties grote behoefte is aan kennis en handvatten om gerichte ondersteuning te geven aan informele zorg. Hoewel er al veel gepubliceerd is over mantelzorg, vrijwillige zorg en netwerkontwikkeling is deze kennis nog niet altijd bij uitvoerende instanties terecht gekomen. Tegelijkertijd zijn er goede praktijken waarbij de kennis niet verder reikt dan de eigen organisatie. Binnen het project Samenspel formele en informele zorg is door professionals, informele zorg en docent- en studentonderzoekers gewerkt aan het verzamelen en ontwikkelen van professionele kennis, vaardigheden en attitude om de professionele ondersteuning van informele zorg effectief te laten zijn en te weten aan welke voorwaarden voldaan moet worden. Binnen het project richten we ons op specifiek op de ondersteuning van informele zorg wanneer er sprake is van dementie, niet-aangeboren hersenletsel (NAH) of een licht verstandelijke beperking (LVB). We hebben daarbij gezocht naar overeenkomsten en verschillen tussen deze drie sectoren. In dit rapport zullen de resultaten worden beschreven. Hoewel we in het project uitgaan van een integrale benadering zullen er verschillende perspectieven worden uitgelicht
DOCUMENT
De voorliggende voortgangsrapportage betreft een weergave op hoofdlijnen van de eerste fase van het onderzoek naar de ontwikkeling van nieuwe vormen van integraal wijkgericht werken. In de onderzoeksopzet formuleerden we dat we in deze fase door middel van literatuuronderzoek en verkenningen van de actuele beleidscontext binnen vier gemeenten (Utrecht, Nieuwegein, Wijk bij Duurstede, Zeist) in kaart brengen welke uitgangspunten leidend zijn bij de ontwikkeling richting (meer) integraal wijkgericht werken. We willen in beeld brengen binnen de vier gemeenten welke opdrachten voor de teams, die hierbinnen actief zijn, nu worden geformuleerd en welke vragen en dilemma’s deze teams in de praktijk tegenkomen. We focussen daarbij ook op de gevolgen voor bestaande organisaties, op hun huidige teams van professionals en op de positie en kwaliteiten van individuele professionals.
DOCUMENT
In de regio Zuid-Kennemerland (bestaande uit de gemeenten Haarlem, Heemstede, Bloemendaal, Zandvoort, Haarlemmerliede/Spaarnwoude en Bennebroek) zijn sinds acht jaar Sociale Teams actief. Sociale Teams zijn multidisciplinaire samenwerkingsverbanden gericht op de signalering en aanpak van multiproblemsituaties. Medewerkers van de GGD, woningcorporaties, politie, GGZ, verslavingszorg, maatschappelijk werk en andere organisaties komen circa tien keer per jaar bijeen om met elkaar complexe probleemsituaties aan te pakken, situaties waarbij veelal problemen als overlast, psychische problemen, schulden, verwaarlozing en verslaving een grote rol spelen. Sturend orgaan is de stuurgroep Sociale Teams. Namens deze stuurgroep heeft de GGD aan het landelijk kennisinstituut MOVISIE gevraagd om de werkwijze en de organisatie van de Sociale Teams te evalueren en te onderzoeken of er herijking nodig is. MOVISIE heeft documenten bestudeerd, sleutelfiguren geïnterviewd, Sociale Teams bezocht en een vragenlijst verspreid. Bovendien heeft MOVISIE een bijeenkomst georganiseerd voor dertig vertegenwoordigers van de verschillende deelnemende organisaties, zowel uitvoerenden als managers. Op deze bijeenkomst werden toekomstscenario’s besproken. Uit de evaluatie is te concluderen dat zo goed als alle respondenten het bestaan van de Sociale Teams een groot goed vinden. In vergelijking met de situatie van tien jaar geleden worden veel meer multiproblemsituaties gesignaleerd, aangepakt en opgelost, zo is de overtuiging van de meeste respondenten
DOCUMENT
In deze literatuurverkenning worden de gevonden voorwaarden en condities voor het geven van online justitiële interventies1 kritisch besproken.
DOCUMENT
Geen samenvatting beschikbaar
DOCUMENT
Vier jaar na de invoering van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) verschuift de focus van de oorspronkelijke innovaties naar het overeind houden van zorgkwaliteit (en -kwantiteit), in een context van versobering van overheidsuitgaven. Er ontstaat schaarste aan formele hulpverlening. Die schaarste was al voorzien in de Wmo, maar wordt door de economische crisis van de afgelopen jaren indringender. Op dezelfde voet doorgaan is geen optie, besparen via kleine ingrepen levert weinig op. Het roer moet om, het is tijd voor fundamentele keuzes. In deze publicatie wordt gezocht naar strategieën om te komen tot duurzame zorg. Daarbij gaat de aandacht vooral naar vitale coalities tussen formele en informele zorg. Deze publicatie bevat de eerste resultaten van de Wmo-werkplaats Noord-Brabant.
DOCUMENT
Zelfhulp is wellicht zo oud als de mensheid. In alle tijden zullen er wel lotgenoten geweest zijn die elkaar opzochten en bij elkaar steun en toeverlaat zochten. Het bestaan van zelfhulp werd echter lange tijd niet onderkend, het werd niet expliciet gemaakt. Met de komst van de AA veranderde dit. In deze tekst wordt de ontwikkeling van zelfhulp in Nederland beschreven, en de relevantie van zelfhulp in de zoektocht naar betere samenwerking tussen formele en informele hulpverlening.
DOCUMENT