In dit hoofdstuk wordt verslag gedaan van een opleidingstraject voor ervaringsdeskundigen uit de geestelijke gezondheids- en de verslavingszorg. De cursussen van dit Traject Opleiding ErvaringsDeskundigheid (TOED), bedoeld voor (ex-)cliënten die al werkzaam zijn in het cliëntenwerk, zijn erop gericht dat de cursisten hun ervaringsdeskundigheid kunnen uitbouwen en bruikbaar en professioneel in dit cliëntenwerk kunnen inzetten. Het opleidingstraject, dat nu drie jaar bestaat, is opgezet in een samenwerkingsverband tussen de Fontys Hogeschool Sociaal Pedagogische Hulpverlening, het Cliëntenbelangenbureau van de GGzE en het Instituut voor GebruikersParticipatie en Beleid. Naast een basiscursus zijn er vier vervolgcursussen ontwikkeld: voor kwaliteitstoetsing, training, voorlichting/consult en voor management. In het artikel wordt het begrip ervaringsdeskundigheid verkend en het waarom van de opleiding wordt uitgebreid beschreven. Doel en opzet van de verschillende cursussen komen aan de orde en worden verantwoord. De professionalisering van het cliëntenwerk krijgt een extra dimensie wanneer dit met behulp van eigen ervaringsdeskundigheid wordt uitgevoerd. Het artikel sluit af met een karakterisering van deze meerwaarde.
DOCUMENT
Onderzoeken laten zien dat hechtingsstijlen veranderbaar zijn als gevolg van psychologische behandeling. Doel was om na te gaan of hechting ook binnen een psychologische behandeling van verslaving kan veranderen. Daartoe is bij 49 cliënten in de ambulante verslavingszorg gekeken of de therapeutische relatie invloed had op de hechting van een cliënt. Op groepsniveau werd gevonden dat de hechtingsstijl niet veranderde, maar op individueel niveau werd verband gevonden tussen de therapeutische relatie en de vermijdende component van hechting na de behandeling. Ook werd, in overeenstemming met ander onderzoek, verband gevonden tussen veranderingen in de angstige component maar niet de vermijdende component van hechting met veranderingen in sociaal steunende interacties en klachten. Binnen de groep mensen met een verslaving werden geen significante veranderingen van hechting (vermijding en angst) gevonden, terwijl dit in andere populaties wel werd gevonden. Wel werd, zoals verwacht, een relatie gevonden tussen een hechtingscomponent en uitkomstmaten.
DOCUMENT
Forensisch sociale professionals hebben een cruciale rol in de trajecten van cliënten met verslavingsproblematiek. Veel onderzoek naar de effectiviteit van het forensische werk gaat over methodieken (‘what works’), er is relatief weinig bekend over de persoon van forensisch sociale professional en diens persoonlijke stijl en opvattingen (‘who works’). Wat zijn bijvoorbeeld opvattingen ten aanzien van (de behandelbaarheid van) middelenmisbruik van forensische cliënten en wanneer en hoe grijp je in als een cliënt terugvalt in middelengebruik? Hier is nog nauwelijks wetenschappelijk onderzoek naar verricht. Wel zijn er meerdere onderzoeken uitgevoerd onder (voornamelijk) medische professionals waaruit blijkt dat zij doorgaans vrij negatieve attitudes ten aanzien van (de behandelbaarheid van) verslaafden hebben. Deze attitudes hebben een negatieve invloed op de kwaliteit van de hulp die deze patiënten krijgen (o.a. minder tijd) en leiden bij hen tot meer onzekerheid en verminderde motivatie voor behandeling. Gedragsdeskundigen en professionals uit de verslavingszorg lijken positiever, hoewel gedegen onderzoek hiernaar beperkt is. Verder is er weinig bekend of er verschillen bestaan in attitudes tussen subgroepen, bijvoorbeeld mannen versus vrouwen, of minder versus meer ervaren professionals. Een relevante vraag is of professionals die specifiek met forensische cliënten met verslavingsproblematiek werken andere attitudes hebben dan professionals die meer in het algemeen met forensische cliënten werken. Ook naar de invloed van eigen middelengebruik of persoonlijke ervaringen met verslaving op attitudes ten aanzien van middelengebruik is weinig wetenschappelijk onderzoek verricht. Tot slot is er voor zover ons bekend geen onderzoek naar de invloed van attitudes op het handelen van professionals en trajecten van forensische cliënten.
MULTIFILE
In dit artikel wordt verslag gedaan van een opleidingstraject voor ervaringsdeskundigen uit de geestelijke gezondheids- en de verslavingszorg. De cursussen van dit Traject Opleiding ErvaringsDeskundigheid (TOED), bedoeld voor (ex-)cliënten die al werkzaam zijn in het cliëntenwerk, zijn erop gericht dat de cursisten hun ervaringsdeskundigheid kunnen uitbouwen en bruikbaar en professioneel in dit cliëntenwerk kunnen inzetten. Het opleidingstraject, dat nu drie jaar bestaat, is opgezet in een samenwerkingsverband tussen de Fontys Hogeschool Sociaal Pedagogische Hulpverlening, het Cliëntenbelangenbureau van de GGzE en het Instituut voor GebruikersParticipatie en Beleid. Naast een basiscursus zijn er vier vervolgcursussen ontwikkeld: voor kwaliteitstoetsing, training, voorlichting/consult en voor management. In het artikel wordt het begrip ervaringsdeskundigheid verkend en het waarom van de opleiding wordt uitgebreid beschreven. Doel en opzet van de verschillende cursussen komen aan de orde en worden verantwoord. De professionalisering van het cliëntenwerk krijgt een extra dimensie wanneer dit met behulp van eigen ervaringsdeskundigheid wordt uitgevoerd. Het artikel sluit af met een karakterisering van deze meerwaarde.
DOCUMENT
Zo worden cliënten burgers beschrijft de uitgangspunten en methodiek van het Systematisch Rehabilitatiegericht Handelen (SRH). Deze methodiek biedt professionals in de geestelijke gezondheidszorg, de maatschappelijke opvang en de verslavingszorg handvatten om cliënten optimale ondersteuning te geven. Het SRH is bedoeld om mensen te ondersteunen in hun persoonlijk en maatschappelijk herstelproces. Zij is gebaseerd op uitgangspunten van psychosociale rehabilitatie, presentie, herstel en empowerment. Het boek bevat veel praktijkvoorbeelden en praktische aanwijzingen. Het is uitermate geschikt voor opleiding en training van professionals op mbo- en hbo-niveau.
LINK
Zo worden cliënten burgers beschrijft de uitgangspunten en methodiek van het Systematisch Rehabilitatiegericht Handelen (SRH). Deze methodiek biedt professionals in de geestelijke gezondheidszorg, de maatschappelijke opvang en de verslavingszorg handvatten om cliënten optimale ondersteuning te geven. Het SRH is bedoeld om mensen te ondersteunen in hun persoonlijk en maatschappelijk herstelproces. Zij is gebaseerd op uitgangspunten van psychosociale rehabilitatie, presentie, herstel en empowerment. Het boek bevat veel praktijkvoorbeelden en praktische aanwijzingen. Het is uitermate geschikt voor opleiding en training van professionals op mbo- en hbo-niveau.
LINK
Artikel, naar aanleididng van onderzoek gedaan door studenten, over de keerzijde van het benutten van het sociale netwerk van ggz-clienten
DOCUMENT
Zo worden cliënten burgers beschrijft de uitgangspunten en methodiek van het Systematisch Rehabilitatiegericht Handelen (SRH). Deze methodiek biedt professionals in de geestelijke gezondheidszorg, de maatschappelijke opvang en de verslavingszorg handvatten om cliënten optimale ondersteuning te geven. Het SRH werkt vanuit drie inspiratiebronnen: presentie, herstel en kracht. De professional is op een specifieke manier aanwezig in het leven van zijn cliënt en steunt van daaruit het unieke persoonlijk proces waarin deze weer zelfvertrouwen krijgt, beter leert omgaan met zijn kwetsbaarheid en opnieuw sociale rollen gaat vervullen. De professional herkent en stimuleert het benutten van eigen krachten van de cliënt én van de omgeving. Het boek bevat veel praktijkvoorbeelden en praktische aanwijzingen en is bedoeld voor opleiding en training van professionals op mbo- en hbo-niveau.
LINK
Veel forensische cliënten kampen met multiproblematiek. Zo heeft een aanzienlijk deel van hen te maken met problemen op het gebied van dagbesteding (opleiding of werk), financiën, huisvesting, mentale en fysieke gezondheid, en verslaving. Deze problemen hangen bovendien samen en versterken elkaar. Ze beperken de kansen van forensische cliënten op duurzame re-integratie en vergroten het risico op terugval in criminaliteit. Tijdens het begeleiden van forensische cliënten worstelen uitvoerend professionals regelmatig met deze multiproblematiek, omdat ze beperkte tijd, kennis en vaardigheden hebben en lokaal beleid en hulpverleningsaanbod verschillen. Een integrale visie op en aanpak van multiproblematiek onder forensische cliënten is dan ook nodig om duurzame bestaanszekerheid voor hen te realiseren.
DOCUMENT
De Leefstijltraining-PLUS is een module voor behandeling en begeleiding van mensen met een Lichte Verstandelijke Beperking (LVB) en problematisch middelengebruik. De training is gebaseerd op de Achilles Leefstijltraining 2 (De Wildt, 2006) en ontwikkeld door het lectoraat GGZ-verpleegkunde van Hogeschool Inholland, Brijder Verslavingszorg, Esdégé-Reigersdaal en 's Heeren Loo Noord-Holland. De training is gedurende een half jaar getest op bruikbaarheid en uitvoerbaarheid en is geëvalueerd door het lectoraat GGZ-verpleegkunde van Hogeschool Inholland. Er zijn werkbladen beschikbaar over alcohol, cannabis, cocaïne en gamen. De cliënten kunnen deze invullen samen met de behandelaar of persoonlijk begeleider. Bij de werkbladen over gamen zijn twee versies ontwikkeld: gamen op de computer en gamen op andere manieren. U kunt de versie gebruiken die van toepassing is.
MULTIFILE