Deze poster geeft een samenvatting van de bijbehorende paper (De Introductie van het Eco-model; Voor Duurzaam wegtransport
DOCUMENT
Het ECO-model is ontstaan doordat er in het onderwijs nog geen model bekend was dat de verschillende verbeterinitiatieven op het gebied van decarbonisatie in transport rubriceert en het verbeterpotentieel aangeeft per initiatief. Het geintroduceerde model categoriseert verschillende verbeterinitiatieven volgens het acroniem ECO wat streeft naar een Efficient CO₂-arm Ontwerp van wegtransport. De eerste letter van het acroniem ECO bevat initiatieven aangaande het verhogen van de CO₂-efficiëntie tijdens laden en gebruik. CO₂-arm betreft de keuze voor de energiedrager. Daarom worden elektrisch rijden, biobrandstoffen en E-brandstoffen en verschillende modaliteiten onderzocht op hun verbeterpotentieel. De derde letter van het acroniem ECO, streeft naar een slim ontwerp van het distributienetwerk. Door een slim ontwerp kan de uitstoot per product naar beneden; dat kan door minder kilometers te maken, door aanpassing van het distributienetwerk en het warehouse en ook door laadinfrastructuur neer te zetten op slimme plekken.
DOCUMENT
De ontwerp-NOVI ligt er, er mag op gereageerd worden – en dat gebeurt volop. Een van de vervolgvragen is nu: hoe werkt de nieuwe visie op de ruimtelijke ordening van Nederland straks door? Bij gemeenten en waterschappen bijvoorbeeld, en in de wereld van de gebiedsontwikkeling. ROm vroeg het aan drie kenners op decentraal niveau: Flip ten Cate (Federatie Ruimtelijke Kwaliteit), Paul van Eijk (lector Duurzaam Water in de Omgevingswet, Van Hall Larenstein) en Co Verdaas (hoogleraar gebiedsontwikkeling SKG/TU Delft).
DOCUMENT
Keeping it Local is een onderzoeksproject van het Fashion Research & Technology Lectoraat aan de Hogeschool van Amsterdam. In dit ‘levend laboratorium’ wordt onderzoek gedaan naar co-creatie, lokale productie in een stedelijke omgeving en duurzaam consumentengedrag. Wij produceren 3D-gebreide truien, geïnspireerd op de traditionele visserstruien. Net zoals hun traditionele voorgangers, vertellen deze truien het verhaal van lokale gemeenschappen: de enige Amsterdamse commerciële Noordzeevisser Hendrik Kramer en bemanning, studenten Cultureel Erfgoed van de Reinwardt Academie, studenten HBO-ICT van de Hogeschool van Amsterdam en modestudenten van het AMFI.Met een mix van traditionele en computergegenereerde patronen vertellen de truien over het leven in Amsterdam en de toekomst van de visserij, de mode-industrie, ICT en cultureel erfgoed anno 2023. Ze zijn ontworpen voor en in samenwerking met de bovengenoemde gemeenschappen.Gevestigd op de Amstel Campus van de Hogeschool van Amsterdam, omvat onze productieketen ontwerp, productie en verkoop. We volgen onze consumenten om te weten te komen hoe ze hun trui 'behandelen' na het verkooppunt. Want leidt zo’n door en voor jou gemaakte trui tot een hechtere emotionele band met jouw trui en vervolgens tot duurzamer kledinggedrag?Door gebruik te maken van een geavanceerde 3D-breitechniek is het mogelijk om lokaal en op bestelling te produceren. Dit voorkomt overproductie en mogelijke verspilling door onverkochte truien. Daarom hangen er alleen pasmodellen in de winkel: consumenten kunnen binnenlopen om de truien van dichtbij te zien, te voelen, te passen en te bestellen. Vervolgens wordt de trui speciaal voor de drager gebreid.Onze productieketen wordt niet alleen volledig gerund door het project, maar is ook 'ultra lokaal'. De afstand tussen het punt van ontwerp, het 3D-Knitlab waar de truien worden geproduceerd en de University Store waar ze worden verkocht is slechts 300 meter. Dit geeft ons de kans om te experimenteren in een levensechte omgeving en 'op de knoppen te drukken' in elke fase van de keten om te zien waar en hoe we dit project duurzamer kunnen maken.
DOCUMENT
The paper describes the first implementation of the Unified Citizen Engagement Approach (UCEA), a newly developed design-oriented framework for citizen engagement in the energy transition. The preliminary testing and evaluation of several of its pathways in Groningen, the Netherlands, show that the role of design in the energy transition is not limited to the adoption of (co)design tools and methods. Instead, design should be integrated in the process in a more holistic way and on multiple levels, taking into account broader issues than energy, the maturity of local initiatives, and effective communication with stakeholders.
DOCUMENT
Energy poverty is a growing concern in the Netherlands due to the rising gas and electricity prices. There are three main contributors to energy poverty: low income, high fuel costs and energy inefficient homes. Energy poverty effects can have significant consequences, influencing both physical and mental health, increasing the chances of becoming trapped in a cycle of poverty and social isolation. Usually, policy making approaches to combat energy poverty mainly focus on financial support on a household scale or on prices regulating efforts. However, this study argues that actions on a community level could also contribute to alleviating the impacts that energy poverty has on citizens’ lives. For example, community centers in low-income neighborhoods could potentially play a catalyst role in alleviating the effects of energy poverty by exemplifying energy saving techniques, catering to the needs of residents, increasing social cohesion and inspiring collective action. This research explores strategic design interventions through a whole system’s lens; social, energy and nature, that can be applied to the new VanHouten community center in the Oosterpark district of Groningen, the Netherlands. This is a historic, former school building, under a restoration and reuse process, owned by the municipality. Literature reviews, participatory events and interviews have been used to explore the possibilities to mitigate energy poverty, within a research by design process. Beyond the local case, the findings lay the groundwork for more systematic studies on how to alleviate the impact of energy poverty on a community level.
DOCUMENT
Information about a research study on how data science and artificial intelligence can contribute to modern education aimed at identifying and developing talents of students. Het verslag is gepubliceerd onder de titel: Future skills of journalists and artificial intelligence in education
DOCUMENT
Cartoon report met Live drawings van Daniel -Danibal- Hentschel, tijdens workshop 'Co-Creating beyond green', Society 5.0 festival, Amsterdam. Een workshop georganiseerd door Marije Kanis, Astrid Lubsen, Annika Kuijper en Mark van Wees, in het kader van project Samen zichtbaar duurzaam.
MULTIFILE
Athlete development depends on many factors that need to be balanced by the coach. The amount of data collected grows with the development of sensor technology. To make data-informed decisions for training prescription of their athletes, coaches could be supported by feedback through a coach dashboard. The aim of this paper is to describe the design of a coach dashboard based on scientific knowledge, user requirements, and (sensor) data to support decision making of coaches for athlete development in cyclic sports. The design process involved collaboration with coaches, embedded scientists, researchers, and IT professionals. A classic design thinking process was used to structure the research activities in five phases: empathise, define, ideate, prototype, and test phases. To understand the user requirements of coaches, a survey (n = 38), interviews (n = 8) and focus-group sessions (n = 4) were held. Design principles were adopted into mock-ups, prototypes, and the final coach dashboard. Designing a coach dashboard using the co-operative research design helped to gain deep insights into the specific user requirements of coaches in their daily training practice. Integrating these requirements, scientific knowledge, and functionalities in the final coach dashboard allows the coach to make data-informed decisions on training prescription and optimise athlete development.
DOCUMENT