In "Collectief leren in schoolorganisaties" wordt het belang van collectief leren voor schholontwikkeling en professionele ontwikkeling beschreven. De condities voor collectief leren in schoolorganisaties worden uitgebreid en modelmatig weergegeven. Tenslotte wordt collectief leren in de context van professionele leergemeenschappen geplaatst en wordt het ontwerpen en ontwikkelen van colellectief leren getypeerd als participeren in een leergemeenschap.
DOCUMENT
In dit boekje staat samen leren centraal. Door samen te leren kunnen mensen zichzelf en de context waarvan zij deel uitmaken, veranderen of verbeteren. Een groep mensen die samen leren noemen we een leergemeenschap. Er zijn verschillende soorten leergemeenschappen. Zo kan een team van basisschoolleraren of opleiders een leergemeenschap vormen. Ook een groep leerlingen of studenten kan, samen met de groepsleraar dan wel met de opleider een leergemeenschap zijn. Er is nog weinig bekend over hoe dat samen leren in leergemeenschappen verloopt en hoe er concreet vorm aan gegeven kan worden. In deze lacune wil dit boekje voorzien. Overigens gebruiken we de termen 'samen leren' en 'collectief leren' door elkaar. De inhoud van deze publicatie is tot stand gekomen op basis van het onderzoek naar collectief leren dat door het lectoraat Kantelende Kennis van de Educatieve Federatie Interactum in de periode 2008-2011 is uitgevoerd in basisscholen en lerarenopleidingen. In een lectoraat wordt praktijkgericht onderzoek gedaan, onderzoek dat nadrukkelijk als doel heeft een bijdrage te leveren aan de ontwikkeling van de onderwijspraktijk. In het lectoraat Kantelende Kennis werkten drie lectoren en een 'kenniskring' van vijftien lerarenopleiders (de kenniskringleden) uit vijf pabo's samen. Het lectoraatsonderzoek laat zien hoe motiverend maar ook hoe weerbarstig collectief leren soms kan zijn. Door middel van collectief leren kun je samen belangrijke opbrengsten tot stand brengen, maar succes is niet vanzelfsprekend. Deze publicatie bestaat uit drie delen. In het eerste deel wordt collectief leren in een theoretisch kader geplaatst. Vervolgens formuleren we in het tweede deel op basis van het onderzoek een aantal conclusies ten aanzien van het samen leren van leerlingen en leraren, van studenten en hun opleiders en van teams in scholen en lerarenopleidingen. Aan deze conclusies worden overwegingen gekoppeld, die bij het vormgeven van samen leren in de onderwijspraktijk van belang kunnen zijn. Ten slotte wordt in het derde deel stilgestaan bij het effect van samen leren op de motivatie van de deelnemers en de toepasbaarheid van de in het lectoraat ontwikkelde cyclus voor collectief leren. In de teksten zijn geanonimiseerde voorbeelden verweven uit de school- en opleidingspraktijk.
DOCUMENT
De gemeente Utrecht zet de komende jaren in op het versterken van collectief werken in de ondersteuning voor kinderen en gezinnen met opgroei- en opvoedvragen (Gemeente Utrecht, 2024). De reden hiervoor is de toenemende druk op de jeugdzorg. Veranderingen in het zorgaanbod zijn nodig om kosten, werkdruk en wachtlijsten te beperken. Verder is er sprake van een cultuuromslag in het denken over het jeugddomein, die mogelijk versneld is door de druk op de jeugdzorg. Deze cultuuromslag wordt gekenmerkt door een focus op de pedagogische basis (versterken van het eigen netwerk) en normaliseren (niet meer direct labelen en diagnosticeren, maar proberen het binnen het normale te blijven, accepteren dat een zekere lijdensdruk bij het leven hoort).
DOCUMENT
Op 1 januari 2021 is Amaryllis, in samenwerking met Incluzio, gestart met de uitvoering van de opdracht Basisondersteuning Wmo. Uitgangspunt bij het bieden van basisondersteuning door Amaryllis is “collectief tenzij…’. Hierdoor zou er gedurende vier jaar een verschuiving zichtbaar moeten worden van individuele ondersteuning naar groepsgerichte ondersteuning. Om het effect van de groepsgerichte ondersteuning te laten zien, zijn er naast de cijfermatige resultaten ook verhalen van bewoners opgehaald. In samenwerking met het Lectoraat Sociale Kwaliteit van NHL Stenden Hogeschool heeft Amaryllis in het vierde kwartaal van 2021 onderzoek gedaan naar deze transformatie van de Basisondersteuning in de gemeente Leeuwarden.
DOCUMENT
Op 1 januari 2021 is Amaryllis, in samenwerking met Incluzio, gestart met de uitvoering van de opdracht Basisondersteuning Wmo. Uitgangspunt bij het bieden van basisondersteuning door Amaryllis is “collectief tenzij…’. Hierdoor zou er gedurende vier jaar een verschuiving zichtbaar moeten worden van individuele ondersteuning naar groepsgerichte ondersteuning. Om het effect van de groepsgerichte ondersteuning te laten zien, zijn er naast de cijfermatige resultaten ook verhalen van bewoners opgehaald. In samenwerking met het Lectoraat Sociale Kwaliteit van NHL Stenden Hogeschool heeft Amaryllis in 2022 onderzoek gedaan naar deze transformatie van de Basisondersteuning in de gemeente Leeuwarden.
DOCUMENT
Het ontwikkelen en verzorgen van kwalitatief hoogwaardig onderwijs is een teamopgave en collectief handelingsvermogen is een voorwaarde voor die opgave. In dit rapport presenteren we de resultaten van twee jaar onderzoek naar dat collectief handelingsvermogen in zes docententeams in twee mbo-instellingen. We onderzochten met een mixed method actieonderzoek in en met deze teams hoe dit handelingsvermogen tot stand komt en hoe via interventies team- en organisatiecondities kunnen worden versterkt. De interventies waren gericht op het versterken van het onderwijs en de samenwerking in het team. De zes teams ervoeren relatief veel collectief handelingsvermogen rond het verzorgen van het eigen onderwijs, maar veel minder rond het realiseren van verbeterdoelen of het beïnvloeden van condities in de organisatie. Het onderzoek en de interventies leidde niet tot een structurele versterking van het collectief handelingsvermogen in de zes teams. De oorzaak daarvan ligt in een combinatie van team- en organisatiecondities. In teams waar de basiscondities voor effectief teamwerk of de sociale veiligheid niet op orde waren, is het zeer lastig tot onmogelijk om teams tot ontwikkeling te brengen. Veel teams ervaren daarnaast weinig tot geen tijd om met elkaar te reflecteren op het eigen handelen en functioneren en komen dan ook niet of zeer beperkt zelfstandig tot die reflectie. Leiderschap blijkt een belangrijke organisatieconditie, met name voor de realisatie van verbeterdoelen. In de prioritering van doelen en planning en structurering kan een leidinggevende een belangrijke rol spelen. Een ondersteunende rol van een teamcoach was hierin ook positief, terwijl bij de invloed van de organisatiecondities de afstand tussen team en afdelingen in de meeste teams opvalt. Op organisatieniveau valt daarnaast de constant veranderende context op waarin de teams opereren, die een negatieve invloed lijkt te hebben op het functioneren van de teams. De teamcondities en organisatiecondities beïnvloeden elkaar en zijn voor elk team anders. Dit maakt het versterken van team- en organisatiecondities die het collectief handelingsvermogen bepalen een ‘wicked problem’. De reflecties en aanbevelingen in dit rapport zijn gericht op de vraag hoe team- en organisatiecondities en daarmee het collectief handelingsvermogen van teams versterkt kunnen worden, binnen deze complexe context.
DOCUMENT
Het lectoraat Kantelende Kennis houdt zich bezig met processen rondom 'samen leren'. In deze sessie presenteren we de resultaten van ons onderzoek naar de kritische factoren voor samen leren. In welke mate spelen (theoretische) begrippen zoals eigenaarschap, vitaliteit en complexiteit een rol bij het succesvol samen leren? context Samen met leraren en lerarenopleiders is een methode ontwikkeld waarmee teams of groepen opleiders (SLB-ers, mentoren) samen met hun studenten op een onderzoekende manier hun onderwijspraktijk verbeteren. De maakbaarheid van de lerarenopleiding als krachtige leeromgeving wordt vergroot door samenspraak tussen studenten en opleider. De methode is ontwikkeld vanuit theoretische inzichten over collectief leren. Belangrijke aspecten daarbij zijn invloed, belang, samenwerking,vitaliteit en complexiteit. Met bijvoorbeeld invloed refereren we aan Lundy (2005) en Guba & Lincoln (1989): wie is stakeholder en wiens stem wordt gehoord? Kunnen studenten en opleiders hun invloed doen gelden? Vitaliteit gaat over de energie in het samen leren (Wielinga 2001, 2008). En met complexiteit doelen we op de manier waarop de groepsleden hun proces afronden: kijken ze terug op het proces én de opbrengst? (double loop-leren, zie Argyris & Schön, 1978). De methode om samen onderzoekend te leren is in de praktijk tot stand gekomen door het uitvoeren van negen pilots op pabo's. Onze onderzoeksvraag is: 'in welke mate vindt collectief leren in groepen studenten en/of opleiders plaats en hoe wordt het proces door de deelnemers ervaren?' Elke pilot is intensief gevolgd en beschreven. Casusverslagen vormen de input voor het onderzoek. Er is een analysekader ontwikkeld waarin elk theoretisch begrip is geoperationaliseerd (rubrics). Met behulp van het analysekader is bepaald in welke mate er in de casussen sprake was van collectief leren. De resultaten laten zien dat de kritische factoren voor collectief leren een belangrijke rol spelen bij de mate waarin het proces door de deelnemers gewaardeerd wordt. Verder levert het onderzoek een uitgebreide lijst op van de 'do's en don'ts' voor samen leren in de lerarenopleiding. Deze lijst wordt gepresenteerd. We zien mogelijkheden om het analyse-instrument toe te passen als monitorings instrument waarmee groepen binnen de lerarenopleiding aan hun collectieve leerproces richting kunnen geven. Het toepassen van onze methode voor collectief leren kan een krachtig middel zijn voor lerarenopleiders om samen hun onderwijspraktijk te verbeteren. De methode is ontwikkeld vanuit theorie (wetenschap) en is toepasbaar in allerlei situaties in de praktijk.
LINK
Netwerken zijn populair, maar zijn ze ook effectief? Zijn ze vruchtbare werkplaatsen of veredelde babbelboxen? In deze bijdrage worden netwerken bekeken vanuit het perspectief van collectief leren. Vanuit dat standpunt kunnen condities voor het leren in netwerken geformuleerd, en enige handreikingen gegeven worden voor het functioneren van netwerken. Vooraf worden enkele voorbeelden van netwerken gegeven. Dit laat toe enkele soorten netwerken te onderscheiden.
DOCUMENT
In de bundel (On)voorstelbaar (on)voorspelbaar: Leerpraktijken in 2020 van IVLOS en SURF, gaat Marco Snoek in op de rol die toekomstscenario’s kunnen spelen als instrument voor leren en reflectuie in het onderwijs. Scholen en leraren moeten hun leerlingen voorbereiden op een toekomst die nog niet bekend is. Dat vraagt een grote mate van ‘toekomstgevoeligheid’ van leraren. Het maken van toekomstscenario’s kan daarbij helpen. Toekomstscenario’s kunnen helpen om bestaande vooronderstellingen en mogelijke alternatieven met betrekking tot de dagelijkse werkpraktijk en werkroutines zichtbaar te maken. Op die manier draagt het ontwikkelen van toekomstscenario’s binnen teams of binnen de opleiding bij aan de 'veranderingsbekwaamheid’ van professionals
DOCUMENT
Ontwikkelingen in de maatschappij, in het bijzonder de ontwikkeling richting een kennismaatschappij, vereisen voor het onderwijs de ontwikkeling van een praktijkgericht en vraaggestuurd onderwijsmodel (Meijers, 2006). Studieloopbaanbegeleiding (slb), gericht op het realiseren van een loopbaangerichte leeromgeving waarin zelfsturing centraal staat, is in het hoger beroepsonderwijs (hbo) sectorbreed ontwikkeld en ingezet als een belangrijk middel hierbij. Landelijk, kwantitatief onderzoek (Kuijpers & Meijers, 2009) heeft laten zien dat het realiseren een dergelijke leeromgeving geen sinecure is. Middels nader kwalitatief onderzoek is inzicht verkregen in de manier waarop drie best practice academies invulling hebben gegeven aan slb. Uit de resultaten, samengevat in dit artikel, blijkt het belang van continu leren door studenten én docenten. In vervolg hierop hebben we literatuuronderzoek verricht naar het begrip 'collectief leren' als een belangrijke vorm van het leren van docenten. Met behulp van vragenlijstonderzoek zijn we nagegaan in welke mate hbo-docenten deze vorm van leren herkennen in hun dagelijkse praktijk. ABSTRACT Developments in society, in particular the development towards a knowledge economy, require educational institutes to develop an educational model that is both practice- and inquiry-based (Meijers, 2006). In order to support this process, Career Guidance, aimed at creating a career-oriented learning environment where students have a say in their own learning processes, is widely introduced in the higher vocational education sector. However, results from national, quantitative research (Kuijpers & Meijers, 2009) have shown that it is difficult to realize such learning environment. In a follow-up qualitative study we gained insight in the way three 'best practice' academies, as identified in the study by Kuijpers and Meijers (2009), have successfully developed and organized their Career Guidance program. Results, summarized in the current article, point to the importance of continuous learning by both students and teachers. Sequel to this study we have performed a review of relevant literature in order to explore the concept 'collective learning' as an important form of teacher learning. By means of a questionnaire we have verified the extent to which teachers in higher vocational education teacher teams recognize this type of learning in their daily work practice.
DOCUMENT