Het digitaal portfolio is zeker niet nieuw, maar staat de laatste jaren weer sterk in de belangstelling. Dit komt onder andere door de behoefte van het onderwijs om meer ontwikkelingsgericht te toetsen, het beroepsgericht handelen centraler te stellen, studenten meer zelfregie te geven en door de belangstelling voor het concept programmatisch toetsen. In dit artikel lees je de voordelen, hoe je een digitaal portfoilo kunt toepassen en waar je op moet letten.
DOCUMENT
Rapport dat een overzicht biedt, wat portfolio is en wat het zou kunnen zijn. Een handreiking voor opleidingen die met portfolio's willen gaan werken en het biedt een overzicht van aandachtspunten en een theoretische basis van uit de literatuur tot en met december 2000. Rapportnummer 20365.655-CA/IH.
DOCUMENT
Programmatisch toetsen is een holistische benadering waarbij wordt gekeken naar de gehele ontwikkeling van de student en toetsing het leerproces stimuleert (Baartman, Van Schilt-Mol en Van der Vleuten, 2020). Studenten verzamelen hierbij bewijsmaterialen, feedback en reflecties in bijvoorbeeld een digitaal portfolio. Verschillende opleidingen binnen Inholland oriënteren zich, net als in de rest van het hoger onderwijs, op het concept programmatisch toetsen. Genoeg reden voor het lectoraat Teaching Learning & Technology (TLT) om een nulmeting te doen en te inventariseren wat de huidige ervaringen zijn.
DOCUMENT
Bij de pabo van de Hogeschool Utrecht zijn twee cursussen ontworpen op basis van de principes van programmatisch toetsen. In de voltijd jaar 1 van de propedeuse is dit experiment in het studiejaar 2022-2023 gestart. Met het experiment wil de opleiding onderzoeken of de principes van dit onderwijsconcept passend zijn bij de pabo. In de twee nieuw ontworpen cursussen wordt gewerkt met negen leeruitkomsten als ruggengraat. Er zijn lange leerlijnen gecreëerd door het onderwijs te roosteren over een half jaar. Er is ruimte gekomen om ontwikkelingsgerichte feedback toe te passen en het leerproces van de student centraal te stellen. Er wordt gewerkt met een digitaal portfolio in Scorion waarin de focus ligt op de feedback die is gegeven op datapunten. Er is leerteambegeleiding ingericht om studenten optimaal te begeleiden in kleinere groepen dan een klas. Studenten worden getraind in hun feedbackgeletterdheid. Met een portfolio assessment worden beide cursussen afgesloten. Studenten nemen bewijsmateriaal op in een portfolio systeem en verschillende feedbackgevers geven daar feedback op. Na het geven van feedback wordt zo’n bewijsstuk een datapunt. Een datapunt is niet meer dan 1 brokje informatie die iets zegt over het functioneren van de student. De examinator beoordeelt in het portfolio niet het bewijsmateriaal zelf, maar integreert de feedback die is gegeven door experts (vakdocenten en praktijkopleider) en combineert dit met de feedback van de student zelf en zijn medestudenten. Tijdens de workshop zijn de ervaringen met dit experiment gedeeld met de deelnemers aan de workshop. Hoe beoordelen onze examinatoren het programmatische portfolio. Vervolgens hebben de deelnemers zelf een portfolio beoordeling uitgevoerd enkel op basis van feedback van anderen. Lukt het zonder inhoudelijk expert te zijn om tot een holistisch oordeel te komen van de leeruitkomsten die centraal staan.
DOCUMENT
Verbetering van de aansluiting tussen het VSO (VMBO en Havo) en het MBO. Een onderzoek naar de competenties die voor het MBO relevant zijn en de ontwikkeling van een onderwijsaanbod in het VSO die jongeren met een beperking ondersteunen bij het verwerven en versterken van deze competenties. Verbetering van de intake door een betere afstemming tussen VSO en MBO, een versterking van de loopbaanbegeleiding in het VSO, het vroegtijdig inschakelen van de ambulant begeleider, de ontwikkeling van een competentiegricht portfolio en het opstellen van een Individueel transitieprofiel en -plan voor elke leerling.
DOCUMENT
Voor onderwijs dat competentiegerichtheid, leren leren en de student centraal stelt, is zoeken naar passende wijzen van toetsing een actueel vraagstuk. Gebruiken we portfolio en performance assessment en is daarmee het probleem opgelost? Nee, er rijzen dan alleen maar meer vragen. In dit artikel wordt een stappenplan toegelicht, om op een verantwoorde manier een toetsplan te ontwikkelen.
DOCUMENT
De Hogeschool Utrecht heeft een experiment uitgevoerd om het curriculum van de Pabo te flexibiliseren, zodat het beter aansluit op de leerbehoeften van studenten. Dit project richtte zich op het verbeteren van zelfregulatie door middel van ontwikkelingsgerichte feedback. In twee nieuw ontworpen cursussen werd programmatisch toetsen toegepast, waarbij feedback centraal stond dat werd vastgelegd in het digitale portfolio Scorion. Studenten verzamelden bewijsmateriaal in dit systeem, waarop verschillende feedbackgevers feedback gaven. Daarnaast werden studenten in kleinere leerteams begeleid en getraind in feedbackgeletterdheid, wat hen hielp om feedback beter te begrijpen, te gebruiken en erop te reageren. De resultaten van het project toonden aan dat het mogelijk is om onderwijs en toetsing zodanig te ontwerpen dat studenten meer regie krijgen over hun leerproces. Het project biedt een solide basis voor verdere ontwikkeling en verbetering van het onderwijsprogramma.
MULTIFILE
In september 2001 is het rapport Toetskader en prototypen gemeenschappelijke toetsvormen: performance assessments, portfolio en itembank uitgebracht door de ontwikkelgroep Assessment Pabo s. In het project Performance Assessment P-fase en K-fase Fontys-pabo s zijn pilots uitgevoerd. Verder is een prototype ontwikkeld voor informatie en communicatie rond de assessments in de elektronische leeromgeving. In het rapport staat hoe de pilots bij de verschillende pabo s zijn uitgevoerd. Vervolgens wordt ingegaan op de resultaten van de uitgevoerde onderzoeken. Aan het einde van elke paragraaf worden conclusies geformuleerd. Tot slot worden adviezen voor het vervolg gegeven.
DOCUMENT
De voorliggende zelfevaluatie van het lectoraat Welzijn van Dieren (2007-2012) dient als input voor het beoordelen van de onderzoekskwaliteit van het lectoraat door een externe, onafhankelijke visitatiecommissie. Om de kwaliteit van het onderzoek van het lectoraat Welzijn van Dieren inzichtelijk te maken is de input (mensen, middelen, portfolio, samenwerking, netwerken en processen) afgezet tegen de output (kennisontsluiting, kennisontwikkeling en belangrijkste opbrengsten). Vervolgens zijn de sterktes, zwaktes, kansen en bedreigingen in kaart gebracht en geëvalueerd in het licht van de gewenste strategische ontwikkeling van het lectoraat.
DOCUMENT
De publieke sector is in digitale transformatie en biedt haar diensten in toenemende mate digitaal. Tegelijkertijd hebben publieke dienstverleners te maken met de uitdaging om de dienstverlening 'persoonlijk' bij individuele burgers aan te laten sluiten. Hogeschool Utrecht deed de afgelopen twee jaar samen met Belastingdienst, Vitens, RET en een aantal andere publieke organisaties onderzoek naar hoe die twee zaken te combineren. In deze whitepaper bieden wij op basis van een groeimodel vier aanbevelingen die publieke organisaties helpen hun dienstverlening succesvol te digitaliseren en tegelijk persoonlijk te laten aansluiten bij hun burgers.
LINK