The central focus of this article is on the moral dilemmas that social servants face when applying the law. These moral dilemmas result from the professional’s discretionary space. Exploratory qualitative research shows that, in order to solve these dilemmas, professionals in some public organisations try to find tailormade solutions. However, this sometimes leads to a more or less denying of the discretionary space at hand, or to the creation of more rules in an effort to close the discretionary space. The question is, are these approaches effective? The answer may very well turn out to be negative. This article shows that applying a rule always leaves the professional some discretionary space. It is precisely in this free space that moral issues come up. Social servants will attain a stronger stance regarding moral issues by focussing on the development of their own moral sensitivity, both individually and as an organisation, as well as by their increasing awareness of the moral standards held by themselves, their organisation, and society at large. A social servant’s job is not inserting coins in a jukebox. He must create the music himself by interpreting the rules in a given situation. Just as it takes a person to turn a musical score into music, so it takes a person to interpret the law in order to create justice. De morele dilemma’s van publieke professionals die voortkomen uit het toepassen van de wet, vormen het voornaamste onderwerp van dit artikel. Deze morele dilemma’s ontstaan vanuit de discretionaire ruimte van professionals. Verkennend kwalitatief onderzoek laat zien dat in sommige publieke organisaties professionals deze dilemma’s proberen op te lossen door maatwerk te leveren. In de praktijk leidt dit soms echter tot het min of meer negeren van de discretionaire ruimte, of het dichttimmeren van de discretionaire ruimte door middel van meer regels en richtlijnen. Het is de vraag of een van deze strategieën effectief is. Het antwoord hierop is waarschijnlijk ontkennend. Dit artikel laat zien dat het toepassen van een regel altijd discretionaire ruimte laat voor de professional. Juist in deze vrije ruimte spelen morele kwesties. Publieke professionals kunnen moreel gesterkt worden door de ontwikkeling van morele gevoeligheid, individueel en als organisatie, en door een groeiend bewustzijn van de morele standaarden die de samenleving en zijzelf in hun organisatie handhaven. De publieke professional kan niet als bij een jukebox door een druk op de knop de machine zijn werk laten doen. De regels en de situatie interpreterend zal hij zelf muziek moeten maken. Zoals er mensen nodig zijn om van notenschrift muziek te maken, zo kunnen alleen mensen van wet- en regelgeving in een unieke situatie recht en rechtvaardigheid maken.
LINK
Lifelong learning is necessary for nurses and caregivers to provide good, person-centred care. To facilitate such learning and embed it into regular working processes, learning communities of practice are considered promising. However, there is little insight into how learning networks contribute to learning exactly and what factors of success can be found. The study is part of a ZonMw-funded research project ‘LeerSaam Noord’ in the Netherlands, which aims to strengthen the professionalization of the nursing workforce and promote person-centred care. We describe what learning in learning communities looks like in four different healthcare contexts during the start-up phase of the research project. A thematic analysis of eleven patient case-discussions in these learning communities took place. In addition, quantitative measurements on learning climate, reciprocity behavior, and perceptions of professional attitude and autonomy, were used to underpin findings. Reflective questioning and discussing professional dilemma's i.e. patient cases in which conflicting interests between the patient and the professional emerge, are of importance for successful learning.
MULTIFILE
Hoofdstuk 8 in Moresprudentie in de praktijk. Inhoud hoofdstuk: Inleiding Ervaringen van studenten op stage De context waarin morele dilemma’s ontstaan De leeftijd: ontwikkeling van identiteit Beelden en opvattingen over de rol van de hulpverlener Aanbevelingen Reflectievragen Literatuur
LINK
In steden ontstaan steeds vaker coalities waarin wijkprofessionals samen met burgers, onderzoekers en lokale ondernemers werken aan innovatieve lokale oplossingen. Onder wijkprofessionals worden professionals verstaan die op strategisch (beleid) en/ of operationeel (frontlijnwerkers) niveau vanuit de gemeente of maatschappelijke organisaties aan de stad werken. Stadslabs zijn hierbij een veel gebruikte werkvorm die tot mooie resultaten leiden en waarvan veel wordt verwacht. Maar ervaringen in de praktijk leren dat het samenwerken aan innovaties binnen een stadslab gepaard gaat met prangende vragen en lastige dilemma's. Er bestaat onvoldoende duidelijkheid over de precieze uitwerking, er is onzekerheid over de meerwaarde voor betrokken wijkprofessionals en hun organisaties en er zijn vragen over de (door)werking van gehanteerde lab-werkwijzen in de praktijk. Over deze vragen gaat dit tweejarige onderzoeksproject dat wordt uitgevoerd door de HHS, HvA, HU en InHolland. De centrale onderzoeksvraag is: Op welke manier kunnen stadslabwerkwijzen worden vormgegeven en ingezet zodat ze bijdragen aan een betere omgang met complexe stedelijke opgaven? Vragen die aan de orde komen zijn: op welke wijze en voor welke problemen worden stadslabs opgezet als oplossing? Hoe werken wijkprofessionals samen in stadslabs en wat is daarvan de doorwerking? Welke ontwerpprincipes voor stadslabs zijn uit bestaande ervaringen te destilleren? Daarbij wordt gekeken hoe samenwerking tussen verschillende partijen gestalte krijgt en hoe wordt omgegaan met de spanning tussen gelijkwaardige samenwerkings-relaties in de stad tegen de achtergrond van meer traditionele vormen van bestuur en beleid. Doel van dit onderzoek is professionals te voorzien van inzichten, ervaringen en vaardigheden die nodig zijn voor het succesvol opzetten, meewerken aan en uitvoeren van stadslabs. De uitkomsten van dit onderzoek bieden wijkprofessionals praktische tools bij het opzetten van stadslabs en levert de volgende producten op: ● Staalkaart Stadslabs ● Adviesrapport: Problemen en dilemma’s in het stadslab ● Handreiking Waardevol Samenwerken in een Stadslab ● OMOOC Stadslabs
De maatregelen tegen de Covid-19 pandemie hadden grote impact op de uitvoering van het sociaal werk. Professionals worstelden met vraagstukken rondom de praktische uitvoerbaarheid van hun werk en kregen daarnaast te maken met allerlei nieuwe ethische vraagstukken rondom noodzakelijkheid en contact. Hoe kunnen zij omgaan met deze dilemma's?Doel Het doel van dit project was om samen met professionals te inventariseren welke ethische uitdagingen zij in de coronatijd tegen kwamen. Vervolgens is er samen met professionals gewerkt aan een concreet houvast over hoe om te gaan met deze dilemma’s, ook in tijden dat het geen crisis is. Resultaten Het resultaat is een breed inzetbaar houvast in de vorm van een beknopte vragenlijst op verschillende thema’s die professionals bewust maakt van waar de knelpunten zitten en wat zij nodig hebben om hier mee om te gaan. Looptijd 01 juli 2020 - 31 januari 2021 Aanpak Via een inventariserende vragenlijst uitgezet onder professionals is een globaal beeld ontstaan van waar de knelpunten zitten. Vervolgens zijn de resultaten in interactieve sessie met professionals samen verdiept. Dit leverde een conceptproduct op wat door professionals zelf in de praktijk is getest en geëvalueerd in nog een aantal sessies. Cofinanciering Dit project wordt mogelijk gemaakt door ZonMw in het kader van de subsidie ‘COVID-19: Wetenschap voor de praktijk’.
Een duurzame bedrijfsovername van een agrarisch familiebedrijf vraagt veel van de overdrager en overnemer. In het regeerakkoord “Vertrouwen in de toekomst” is afgesproken dat jonge boeren worden ondersteund bij de bedrijfsovername. Dit project zal daaraan bijdragen door het tot stand komen van een Kenniscentrum Bedrijfsovername. Hier kunnen bedrijfsoverdragers en overnemers hun zoektraject starten naar voor hun relevante informatie en begeleidingstrajecten. De onderzoeksvraag van het project Expeditie Agrarische bedrijfsovername Living lab Noord-Nederland luidt dan ook: Hoe kan de bestaande infrastructuur voor ondersteuning van duurzame bedrijfsovername worden verbeterd en uitgebreid? Het onderzoek dat loopt van april 2020 tot april 2022 zal starten met een inventarisatie van bestaande ondersteuningstrajecten gericht op een duurzame bedrijfsovername in de Agrarische sector. Daaropvolgend zal onderzocht worden hoe ondersteuningstrajecten verbeterd en in de praktijk toegankelijker gemaakt kunnen worden voor de doelgroep. Afsluitend zullen de resultaten interactief worden weergegeven in een fictieve landschapskaart waarin bedrijfsovernemer, -overdrager en hun familieleden hun weg vinden langs relevante themagebieden. Deze landschapskaart zal specifiek in Living Lab Noord-Nederland verder worden uitgewerkt tot een prototype ‘Serious game’. Daarmee doen gebruikers in een veilige omgeving ervaringen op die relevant zijn voor het doorlopen van het bedrijfsovernameproces. Ze verkennen de route om tot een duurzame bedrijfsovername te komen in de werkelijke situatie. Dit onderzoek zal vanuit een samenwerking van hogescholen (VHL, Windesheim, NHL Stenden, Aeres) en MBO worden gedaan bij agrarisch ondernemers (toekomstig ondernemers, zij die in verschillende fases van de bedrijfsovername zitten en bij ondernemers die dit achter de rug hebben), hun families en de adviespraktijk. Door de vorm, Living Lab, zullen resultaten uit het project direct hun doorwerking in de praktijk vinden en zal het project bijdragen aan het versterken van het netwerk (onderwijs, ondernemers en adviespraktijk).