Duurzaam ondernemen, wat betekent dat in de dagelijkse praktijk van MKB-ondernemers? Wat zijn de belangrijkste uitgangspunten? En op welke wijze kun je als adviseur duurzaam handelen bij ondernemers stimuleren? Op basis van jarenlange ervaring in de praktijk is gezocht naar een antwoord op deze vragen. De ontwikkelde visie is samengevat op een beeldende poster. In dit artikel wordt de inhoud van de poster kort toegelicht. Het materiaal van de visie is gebruikt binnen de community of practice Duurzaam Inkopen van DHO.
DOCUMENT
Duurzaam ondernemen, wat betekent dat in de dagelijkse praktijk van MKB-ondernemers? Wat zijn de belangrijkste uitgangspunten? En op welke wijze kun je als adviseur duurzaam handelen bij ondernemers stimuleren? Op basis van jarenlange ervaring in de praktijk is gezocht naar een antwoord op deze vragen. De ontwikkelde visie is samengevat op een beeldende poster. In dit artikel wordt de inhoud van de poster kort toegelicht en aan de hand van concrete voorbeelden worden de essentiële punten van de visie belicht.
DOCUMENT
Met een groep van zo'n 40 studenten van Fontys Technische Bedrijfskunde hebben wij de fabriek van Rockwool in Roermond bezocht op dinsdag 9 juni 2015. Na een lezing over duurzaam ondernemen hebben we een rondleiding gekregen om te zien hoe steenwol gemaakt wordt van basalt (na verhitting).
LINK
Meervoudig intensief duurzaam ruimtegebruik is direct verbonden met het fenomeen stedelijke vitaliteit. De vitale stad als resultante van meervoudige vormen van intensief ruimtegebruik laat zich beschrijven op basis van publieke, private en gebruiksdynamiek die, indien ze tevens gestuurd worden vanuit circulaire processen, ook duurzaam kunnen zijn. De stad staat vanwege zijn kaderstellende rol centraal in vrijwel alle aanliggende fysiekruimtelijke, programmatische en technische productieprocessen voor materiële en immateriële ontwerpdisciplines. Het is een context voor stadslandschappelijke inrichting, architectuur, waterbeheer en civiele techniek. Voor waardecreatie en stedelijke economie, bouwconstructief aanpassingsvermogen en flexibiliteit. Voor dagelijks gebruik door mensen van alle gezindten, rassen, culturen, leeftijden en leefstijlen.
DOCUMENT
Publicatie betreft een reactie op een artikel op de website van MVO nieuws / ISN net. Een discussie over wat verandering in de samenleving in gang zet, de rol van ondernemers hierin en de beeldvorming over ondernemers. Ook op:
DOCUMENT
Inleiding Het tweejarige onderzoeksproject ‘Dierzaam’ richt zich op het verleiden van consumenten om duurzaam geproduceerd vlees te kopen in plaats van regulier vlees. Vlees eten is diepgeworteld in onze eetcultuur. Het veranderen van eetpatronen naar minder en beter vlees, naar geheel geen vlees of de overstap naar kweekvlees, vraagt tijd. Om op kortere termijn een verschil te maken, zal het stimuleren van de keuze van consumenten voor duurzaam geproduceerd vlees in belangrijke mate bijdragen aan de gewenste verandering richting ‘minder en beter
DOCUMENT
Vlees eten is niet duurzaam of diervriendelijk. Maar er helemaal mee stoppen, daar zijn nogal wat hobbels voor te nemen. Zoals vaak bij duurzaam gedrag, is er een voorlopersbeweging te zien ‘naar minder en beter’.
LINK
Duurzaamheidskansen en –bedreigingen, richtlijnen voor bedrijfsvoering bestaat uit drie delen. In het eerste deel wordt antwoord meegegeven op de vraag naar de inhoud van maatschappelijk verantwoord of duurzaam ondernemen. In hoofdstuk 1 gaat het over visies op duurzaam ondernemen. Concreet wordt ingegaan op de inhoud en betekenis van begrippen als maatschappelijk verantwoord ondernemen, duurzaam ondernemen en stakeholder theorie. In hoofdstuk 2 staan maatstaven van duurzaam ondernemen centraal. In dit soort maatstaven, zoals duurzaamheidsrapportagerichtlijnen, inkooprichtlijnen van de overheid, en screeninginstrumenten van duurzaamheidsrating en -research bureaus, wordt veelal uitgegaan van een impliciete definitie van maatschappelijk verantwoord of duurzaam ondernemen.Het tweede deel gaat over de macro- en stakeholdersomgeving van duurzaam ondernemen. De macro-omgeving komt aan de orde in hoofdstuk 3. Het gaat hierbij vooral om mondiale ontwikkelingen op sociaal, ecologisch en economisch gebied. Maar ook om de verbanden tussen deze gebieden. In hoofdstuk 4 staat de stakeholdersomgeving centraal. Een eigenschap van stakeholders is dat zij invloed kunnen uitoefenen op de duurzaamheidsprestaties van bedrijven. In dit hoofdstuk passeren een aantal stakeholders de revue en wordt uitgelegd op welke manier zij invloed kunnen uitoefenen op de duurzaamheidsprestaties van bedrijven.In het derde en laatste deel wordt aandacht wordt besteed aan de zogenoemde duurzaamheidsrisicobenadering. Deze benadering houdt in dat bedrijven een strategische visie bepalen ten aanzien van duurzaam ondernemen. Vervolgens wordt onderzocht welke elementen uit de macro- en stakeholdersomgeving van belang zijn. Deze elementen zijn medebepalend voor het duurzaamheidsrisico, dat de winstgevendheid en maatschappelijk acceptatie van bedrijven beïnvloedt, maar ook het commitment ten aanzien van duurzame ontwikkeling niet ongemoeid laat. Bedrijven moeten het duurzaamheidsrisico zo goed mogelijk beheersen en over de resultaten moeten ze effectief communiceren. Al deze onderwerpen komen aan de orde in hoofdstuk 5.Overigens zijn in dit boek geen verwerkingsopdrachten opgenomen. Die zijn te vinden op de site www.duurzaamondernemen.noordhoff.nl. Ook voor aanvullend casusmateriaal, artikelen en verwijzingen naar websites, wordt naar deze site verwezen.
LINK
Het meeste vlees dat Nederlanders eten wordt niet duurzaam geproduceerd. Veel productie leidt tot overbemesting, kost veel water en gaat ten koste van de biodiversiteit en het landschap, terwijl dierenwelzijn niet per se is geborgd. Hogeschool Van Hall Larenstein participeerde binnen het onderzoek ‘Dierzaam’ van de Hogeschool Utrecht. Het project zocht naar marketingstrategieën die consumenten verleiden om over te stappen naar meer duurzaam geproduceerd vlees. In dit whitepaper beschouwt Van Hall Larenstein (VHL) de kansen in de keten vanuit het perspectief van de boer. Hiervoor bestudeerden onderzoekers literatuur en inspirerende voorbeelden. Meer aandacht voor dierenwelzijn zal leiden tot extensivering van de veehouderij. De milieubelasting van vlees wordt bepaald op veel criteria, de uitkomsten verschillen per diersoort en voor traditioneel of organische houderijsystemen. Over het algemeen zijn kip- en varkensvlees minder milieu belastend dan rundvlees. Echter, varkens en kippen eten weer meer granen die wereldwijd voor mensen belangrijk zijn en rundvee kan daarentegen op grasland leven. Voor de omschakeling naar duurzame vleesvee houderij is een systeemverandering nodig waar álle partijen een rol in hebben. De boer moet voldoen aan de vele normen en heeft deskundigheid nodig. Sociale media kunnen een transparante communicatie tussen boer en consument ondersteunen. De supermarkt en de slager kunnen het eigen assortiment kiezen en meer communiceren en informeren en de consument maakt uiteindelijk de keuze in de winkel. De overheid moet zich actiever opstellen in markt- en prijsbeleid. Boeren staan onder druk door enerzijds maatschappelijke eisen en aan de andere kant de kostprijs van duurzame productie. Een eerlijk en duurzaam verdienmodel voor de boer vereist een hogere vleesprijs, gecombineerd met betalingen van de boer voor maatschappelijke (ecosysteem)diensten.
DOCUMENT
Het na de pluk koelen en bewaren van groenten en fruit is een lastig en veeleisend proces voor de ‘zelfbewarende’ telers en de centrale koelhuizen. Met name bij het bewaren van peren, een belangrijk exportproduct voor Nederland, zijn er zeer strenge randvoorwaarden ten aanzien van temperatuur en atmosfeer.De telers en koelhuizen willen investeren in nieuwe technieken om het energieverbruik te verlagen, de derving van producten te verminderen en daarmee duurzamer te bewaren. Het ultieme doel is een koelhuis dat geen externe energie nodig heeft: het ‘koelhuis van de toekomst’. In deze publicatie leest u de resultaten van het toegepast onderzoek naar Duurzaam Bewaren. Dit is één van de twee publicaties van het onderzoeksproject Sustainable Systems for Food. Het project is uitgevoerd door het CleanTech onderzoeksprogramma met behulp van RAAK-mkb subsidie van de Stichting Innovatie Alliantie. Het onderzoek richtte zich met name op duurzame koeltechnieken, bouwtechnologie en de inzet van duurzame energievoorziening. Daarnaast wordt gekeken naar de inzet van nieuwe sensoren voor een betere klimaatbeheersing om daarmee minder derving van producten te bewerkstelligen. De publicatie is bedoeld voor professionals geïnteresseerd in de mogelijkheden om koelhuizen te verduurzamen en geeft inzicht in de energetische aspecten van het bewaarproces van fruit en in de (toekomstige) technieken om het energieverbruik van bestaande en nieuwe koelhuizen drastisch te verminderen. Het boek toont fruittelers en eigenaren van koelhuizen welke technieken potentie hebben om het energieverbruik van hun koelhuis te verminderen. Aan adviseurs, installateurs en bouwbedrijven laat het zien welke mogelijkheden er zijn om een zo energiezuinig mogelijk koelhuis of installatie te ontwerpen. En het geeft bedrijven die technologische systemen ontwikkelen en leveren voor koelhuizen een blik op de toekomstige technologische mogelijkheden, als aanzet tot een strategische ontwikkelagenda. Tot slot laat deze publicatie zien wat de onderzoeksactiviteiten zijn die de HvA op dit gebied ontplooit, waaronder de ontwikkeling van een simulatiemodel, en waar voor eenieder mogelijkheden liggen voor samenwerking.
DOCUMENT