De PLG (Professionele Leergemeenschap) bestaat uit academische leerkrachten die naast hun werk in de klas graag worden uitgedaagd door het doen van onderzoek. De afgelopen anderhalf jaar hebben zij onderzoek gedaan naar motiverende factoren die helpen om Utrechtse onderwijsprofessionals te behouden voor het basisonderwijs. Uit het onderzoek komen vier thema’s naar voren die bijdragen aan de motivatie van leerkrachten én schoolleiders. De groep doet enkele duidelijke aanbevelingen richting schoolleiders en bestuurders
Stulz onderscheidt zes factoren, waardoor het maken van een risico-inschatting bepaald geen futiliteit is. Zij gelden ook voor onze ICT-organisaties.
Van de vakleerkrachten bewegingsonderwijs kiest 80% “plezier in bewegen” als belangrijkste doelstelling van het bewegingsonderwijs. Zij gebruiken plezier als graadmeter voor kwaliteit van de gymlessen. Maar hoe ze de mate van plezierbeleving tijdens de gymles kunnen inschatten is nog onduidelijk. De zes ALO’s werken gezamenlijk aan de ontwikkeling van een monitoring tool om beweegplezier inzichtelijk te maken. De eerste stap was het achterhalen van factoren die bijdragen aan beweegplezier.RelevantiePlezier in bewegen is een belangrijke factor voor een leven lang bewegen.MethodeBij 90 leerlingen uit 18 klassen (groep 5 en 7) is tijdens focusgroepen uitgevraagd welke factoren bijdragen aan plezier tijdens het bewegingsonderwijs. Daarnaast is een vragenlijst naar die factoren en naar de plezierbeleving (middels de PACES) afgenomen bij 309 leerlingen. Door middel van Spearman correlaties is er gekeken of er een verband is tussen de factoren en de plezierbeleving.ResultatenUit de focusgroepen kwamen 63 factoren die bijdragen aan plezier in de les bewegingsonderwijs, die konden worden onderverdeeld in 10 clusters, wetende eigenaarschap, beweegactiviteiten, beweegtijd, groeperen, leerproces, regels en afspraken, samenwerken, uitleg, verbinding en veiligheid. 65% van de uitgevraagde factoren had een significante correlatie met plezierbeleving (Spearman’s rho=0.16-0.59), waarbij factoren over competentie (0.53) en verbinding met de docent (0.54) hoog scoorden, evenals de activiteiten leuk vinden (0.59) en een duidelijke uitleg (0.54), terwijl eigenaarschap niet gecorreleerd was aan beweegplezier.Discussie en conclusieDe 63 factoren laten zien dat plezier in het bewegingsonderwijs een breed en veelzijdig concept is. De meerderheid van de factoren liet een verband zien met de plezierbeleving. Het ontbreken van correlaties tussen de overige factoren en plezierbeleving kan komen doordat een aantal factoren voor slechts een deel van de leerlingen als belangrijk wordt bevonden. Dit onderstreept het belang van een meetinstrument om plezierbeleving en de diverse factoren goed in kaart te brengen bij alle leerlingen.
In het KIEM-project “Long-run Gaming Start-ups” is onderzoek gedaan naar de factoren die de continuïteit van bedrijven in de videogame industrie beïnvloeden. De ondervraagde ondernemers gaven aan dat het omgaan met veranderende omstandigheden hun belangrijkste uitdaging is. De recente ontwikkelingen rond het Coronavirus hebben aangetoond dat het kunnen omgaan met veranderingen meer dan ooit een belangrijke ondernemerscompetentie is. Dit werd al geconstateerd door de Kennis- en Innovatie Agenda van CLICKNL, die stelt: “Om die uitdagende rol op te pakken en verder te brengen is een veerkrachtige sector nodig, [...], een sector die gedreven wordt door kennis en zich laat ondersteunen door methoden” (TKI CLICKNL, 2020, p. 2). Dit onderzoeksproject wil hieraan een bijdrage leveren en beantwoord de volgende onderzoeksvraag: Welke factoren dragen bij aan de veerkracht van bedrijven in de creatieve industrie in Nederland en welke middelen zijn inzetbaar om de veerkracht en daarmee de overlevingskans en doorgroeimogelijkheden te vergroten? Middels een methodiek aanbevolen door Slavec & Drnovesek (2012) worden bestaande modellen aangepast middels literatuuronderzoek, groepsgesprekken en diepteinterviews. Het resulterend model wordt gebruikt voor een grootschalig kwantitaief onderzoek. Op de resultaten wordt een factoranalyse gedaan, om een online benchmarktool te ontwikkelen. Vervolgens wordt in jaar 2 van het project op basis van literatuurstudie naar succesvolle HRM interventiemethodieken instrumentarium ontwikkeld ter verbetering van veerkracht. Beoogde resultaten voor de creatieve industrie zijn een (online) instrument om de veerkracht van ondernemingen in de creatieve industrie te benchmarken en een instrumentarium dat ondernemers helpt hun veerkracht te versterken. Het project draagt tevens bij aan de Strategie & Organisatie wetenschap. Terwijl het verschijnsel veerkracht in toenemende mate de interesse van wetenschappers heeft, zijn nog veel vragen open: het meten van veerkracht, de contextafhankelijkheid van het begrip, veerkracht in het midden- en kleinbedrijf en onderzoek naar effectiviteit van instrumenten om veerkracht te verbeteren.