Gelijkwaardige kansen om te ontwikkelen in de samenleving Nederland ondertekende in maart 2007 het VN Verdrag voor de Rechten van mensen met beperking. Het verdrag beoogt dat de circa 650 miljoen mensen met een handicap wereldwijd op dezelfde wijze als anderen kunnen deelnemen aan het maatschappelijke leven en de universele rechten van de mens kunnen genieten. Het verdrag verplicht de lidstaten om sociale en fysieke belemmeringen weg te nemen die gehandicapten dagelijks ervaren. Nederland onderschrijft de VN Standaardregels voor Gelijke Kansen voor Mensen met beperking waarin staten worden opgeroepen gelijke kansen te bieden door alle aspecten van het maatschappelijke verkeer voor iedereen toegankelijk te maken. Ook onderschreef Nederland in 1994 de Verklaring van Salamanca van Unesco waarin staat dat ieder kind een fundamenteel recht heeft op onderwijs en in staat moet worden gesteld een acceptabel niveau van leren te bereiken en op peil te houden. Allen met speciale onderwijsbehoeften moeten toegang hebben tot reguliere scholen, welke hen opnemen in een kindgericht pedagogisch klimaat dat in staat is aan hun behoeften tegemoet te komen. In het inclusiemanifest wordt beschreven dat het Nederlandse Wetboek van Strafrecht stelt dat elke vorm van onderscheid, uitsluiting, beperking of voorkeur, die ten doel heeft of ten gevolge kan hebben dat de erkenning, het genot of de uitoefening op voet van gelijkheid van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden op politiek, economisch, sociaal, cultureel of andere terreinen van het maatschappelijke leven, wordt teniet gedaan of aangetast strafbaar is.
Een exploratie van principes voor beleid, zelforganisatie en solidariteit voor cultuur aan gene zijde van de Covid-crisis
MULTIFILE
As labour is becoming more and more knowledge controlled, it also getting closer to the individual person. We sometimes seem to forget this. To an increasing extent it is becoming a part of oneself and therefore of the personal identity. The increasing humanization of labour asks for an HRM-policy and an organizational context in which the individual is able to identify with the organization, colleagues, customers/clients and product. Heterononimous or abstract organizations, organizations in which the employees and civilians have been reduced to numbers and in which there is no real consideration for the individual differences, have to make way for organizational structures in which the individual feels (self) responsible again. The future lies with personal, tribally inspired organizations in which managers will be leaders and where employees and managers can show social commitment. Images like that of: the egocentric boss who by making swift career moves avoids responsibility for employee/co-worker and customer/client; of colleagues taking the day off without consultation or who are putting their phone through to someone else without saying so beforehand, meeting rooms which are not being cleaned up after use and the image of a Xerox machine not being refilled up with paper by anyone, are all too frequently dismissed as not being part of productivity.
De laatste jaren is er veel veranderd in het sociale domein, waar bijvoorbeeld de schuldhulpverlening onder valt. Sociale hulpverleners, hebben daardoor meer dan ooit juridische kennis en vaardigheden nodig. In verschillende onderzoeken kijken we hoe bewust sociale hulpverleners omgaan met het recht.
De laatste jaren is er veel veranderd in het sociale domein, waar bijvoorbeeld de schuldhulpverlening onder valt. Sociale hulpverleners, hebben daardoor meer dan ooit juridische kennis en vaardigheden nodig. In verschillende onderzoeken kijken we hoe bewust sociale hulpverleners omgaan met het recht.Doel Hoe bewust zijn sociale professionals, zoals wijkteamleden, zorgverleners en sociaal raadslieden, zich van de juridische gevolgen van hun handelen? Het lectoraat Toegang tot het Recht voert in de periode 2017-2023 verschillende onderzoeken uit waarin dit onderwerp centraal staat. We kijken onder meer naar hulp en recht in sociale wijkteams en sociaal werkers en mensenrechten. Resultaten De afgeronde onderzoeken hebben geleid tot wetenschappelijke publicaties, vakpublicaties en een adviesrapport voor docenten. Wetenschappelijke publicaties Social Workers as Local Human Rights Actors? Their Response to Barriers in Access to Care and Support in the Netherlands (Journal of Human Rights Practice, juli '21). Social Support and Access to Justice at the Kitchen Table? An Assessment of the Legal Capabilities of Community Social Care Professionals in the Netherlands (European Journal of Social Work, juli 2019). Tussen Burgers en Recht Lokaal? Sociaal Raadslieden over Toegang tot Zorg en Ondersteuning Tussen burgers en mensenrechten lokaal: Sociale professionals over toegang tot zorg en ondersteuning Sociaal werk: Een mensenrechtenberoep bij uitstek? Met recht een zorg: Lokale sociale professionals als poortwachters van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015. Translators, Advocates or Practitioners? Social Workers and Human Rights Localization Hulp en Recht aan de Keukentafel: De toegang tot de Wet maatschappelijke ondersteuning volgens lokale professionals Vakpublicaties Fundamentele rechten: De sociaal werker draagt een mensenrechtenbril. In: Vakblad Sociaal Werk, nummer 6, december 2017. Adviesrapport Sociaal werk en Mensenrechten Animatie VN-verdrag Handicap binnen de Wmo 2015 Deze animatie is het resultaat van interprofessionele samenwerking van het Lectoraat Toegang tot het Recht met professionals uit de praktijk en het onderwijs. Het is het afstudeerproject van Britta Bavelaar (Sociaal Juridische Diensverlening) binnen het promotieonderzoek 'Human Rights and Social Work: Challenges of local professionals at the frontline’. Het laat zien hoe de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) en het VN-Verdrag Handicap verbonden zijn en hoe dit wijkteams kan helpen bij goede besluitvorming en het realiseren van gelijke rechten voor iedereen. Looptijd 01 januari 2017 - 31 december 2023 Aanpak
In het L.INT lectoraat Stem van Kinderen in de Pleegzorg bundelen Hogeschool Rotterdam en het Nederlands Jeugdinstituut hun krachten. Het fundamentele internationale kinderrecht om gehoord te worden (IVRK, 1989) wordt in de praktijk van de Nederlandse pleegzorg onvoldoende nageleefd. Daarom heeft Stem van het Kind de hoogste prioriteit op de Landelijke Kennisagenda Pleegzorg. Samen met verschillende partners binnen de jeugdzorg en het hoger onderwijs werken Hogeschool Rotterdam en het Nederlands Jeugdinstituut aan de ontwikkeling van producten en interventies om de positie van kinderen in de Nederlandse pleegzorg te versterken. Zij verspreiden deze kennis binnen de regionale en landelijke netwerken. Zo zal er onder meer gewerkt worden aan centralisatie van jeugdparticipatie in Nederlandse pleegzorgorganisaties en laagdrempelige (digitale en analoge) manieren om kinderen te bereiken, te informeren, te horen en te betrekken bij keuzes die hen aangaan. We werken op interdisciplinaire wijze samen met universiteiten, hogescholen, jeugdzorginstellingen, belangenorganisaties, (pleeg)kinderen, (pleeg)ouders en professionals. Vanuit die perspectieven streven we naar betekenisvolle samenwerking waarbij jongeren worden gezien als volwaardige partners in onderzoek, bij keuzes die hun eigen leven betreffen en beleidsmatige keuzes. Het lectoraat werkt aan de volgende onderzoekslijnen • Inzicht in wensen van kinderen in pleeggezinnen ten aanzien van participatie in het pleeggezin en binnen pleegzorgorganisaties, en het in co-creatie verder ontwerpen van producten die aansluiten bij die wensen • Inzicht in Internationale kinderrechten die in het geding kunnen zijn bij dagelijkse keuzes voor en over pleegkinderen, zodat (pleeg)ouders, pleegzorgprofessionals en kinderen in pleeggezinnen op basis daarvan een heldere afweging kunnen maken • Op participatieve wijze begeleiden van veranderprocessen in pleegzorgorganisaties zodat kinder- en jeugdparticipatie wordt gecentraliseerd • Transfer tussen pleegzorg en andere jeugdzorgpraktijken