De parochiemonitor is een beleidsinstrument voor het opnemen van de feitelijke stand van zaken van een parochie, met het oog op de keuze van een passend profiel of parochiemodel. Het is een belangrijk instrument om de actuele situatie van een parochie in beeld te brengen, gerelateerd aan vijf parochie modellen die de hoofdkenmerken van een parochie representeren. De parochiemonitor laat tevens zien of de actuele situatie van een parochie het beste past bij een of meer van de vijf parochiemodellen. Versie 2.0 is een herziene én verbeterde versie. Verbeteringen vloeien voort uit de bestudering van de recente literatuur, maar vooral ook uit de toepassing van de Parochiemonitor, inmiddels in 36 parochies in Nederland: De waarderingen van verschillende items konden worden bijgesteld. Op grond van deze kennis hebben we bovendien items toegevoegd en geschrapt in de inhoudslagen 4 en 5 van de monitor. Naar aanleiding van reacties bij het invullen van de monitor is met name hoofdstuk IV over de 'empirische verantwoording' ingrijpend herschreven. Eveneens n.a.v. reacties is ook hoofdstuk VI 'Op weg naar het ideaal' opnieuw geschreven en uitgebreid met gedachten over de toepassing van de monitor voor samenwerkingsverbanden van parochies of grootparochies. In enkele hoofdstukken zijn daartoe nieuwe explorerende vragen opgenomen.
DOCUMENT
De parochiemonitor is een beleidsinstrument voor het opnemen van de feitelijke stand van zaken van een parochie, met het oog op de keuze van een passend profiel of parochiemodel. Het is een belangrijk instrument om de actuele situatie van een parochie in beeld te brengen, gerelateerd aan vijf parochie modellen die de hoofdkenmerken van een parochie representeren. De parochiemonitor laat tevens zien of de actuele situatie van een parochie het beste past bij een of meer van de vijf parochiemodellen. Op basis hiervan kan een beleidskoers uitgezet worden voor de parochie. Naast een ecclesiologische overtuiging en een kerkopbouw visie voor een parochie kan de parochiemonitor een belangrijke bijdrage leveren aan het bepalen van de koers van de parochie. Een koers die mee gebaseerd dient te zijn op de sociale en geloofswerkelijkheid waar de parochie in staat. Een goede en/of visionaire kijk op de parochie dient verbonden te kunnen worden met de realiteit van een parochie. Dit instrument is ontwikkeld in het kader van het vak kerkopbouw bij Fontys Hogeschool Theologie Levensbeschouwing in samenwerking met de Lector Praktische Theologie van deze Hogeschool, dr. L. W.J.M. van der Tuin en is bedoeld voor studenten theologie/pastoraal werk en beroepskrachten en vrijwilligers in het pastoraat. In het bijzonder met het oog op kerkopbouw en beleidsontwikkeling.
DOCUMENT
Getransformeerde religie in de postmoderne samenleving, haar verschijningsvormen in met name de jongeren popcultuur en de betekenis hiervan voor nieuwe vormen van religieuze en levensbeschouwelijke vorming en begeleiding.
DOCUMENT
Een goede samenwerking tussen de facilitair manager en de technische dienst is essentieel om het binnenklimaat optimaal af te stemmen op de gebruikers binnen een gebouw. Helaas laat die samenwerking in de praktijk nog veel te wensen over.
DOCUMENT
Deze openbare les beschrijft ontwikkelen van digitale diensten als een waardegevend proces. Een kernbegrip daaruit is architectuur als 'gewetensvol lanceerplatform'.
DOCUMENT
Beide hogescholen hebben twee praktijkvoorbeelden van samenwerking met de sociale dienst uitgewerkt. Beide verschillen van insteek. Het voorbeeld van Fontys Hogeschool start vanuit vernieuwingen in het werkveld, in het bijzonder het werken met de zelfredzaamheidsmatrix. Er is vanuit de hogeschool in samenwerking het werkveld een implementatieplan uitgewerkt hoe de ZRM een integraal onderdeel kan worden van het hele dienstverleningsproces. De Hanzehogeschool Groningen heeft gekozen om in te steken bij het onderwijs en vandaaruit de samenwerking te zoeken met de sociale dienst. Vier SJD-studenten van de specialisatie Recht & Multi-problem kregen als junior-medewerkers de opdracht een intake op locatie voor Groningse dak- en thuislozen te ontwerpen. Samen met een docent/onderzoeker en vijf teamleiders afkomstig van de sociale dienst en opvangvoorzieningen gingen zij in een werkleeratelier aan de slag, met als uitkomst een adviesrapport.
DOCUMENT
Sociale Diensten hebben behoefte aan vakbekwame professionals, die kennis hebben van de state of the art van het beroep. Hogescholen willen hun aanbod aanbieden bijvoorbeeld in de vorm van een gezamelijke minor (bijvak) met real life-opdrachten voor studenten, werkateliers waarin samen met lectoraten en opleidingen structureel gewerkt wordt aan innovatie in de praktijk.
DOCUMENT
De Autoriteit Consument & Markt (ACM) heeft naar aanleiding van een klacht van energiebedrijf RWE besloten dat netwerkbedrijf Alliander haar diensten op het gebied van energiebesparing en energiedata mag blijven aanbieden. Deze beslissing betekent goed nieuws voor de energietransitie en voor de consument.
DOCUMENT
EDUCAUSE 2000 heeft een grote hoeveelheid informatie opgeleverd voor het onderwerp ICT, Diensten en Beheer. In dit hoofdstuk zullen de belangrijkste ontwikkelingen geplaatst worden in het kader van het Nederlandse onderwijs. Als structuur wordt gebruik gemaakt van het 3-lagen model, zoals dit door de Gartnergroep ontwikkeld is en ook in Nederland gebruikt wordt door onder meer Compaq in de CSAM (Compaq Services Architecture Methodology) workshop. Deze workshop was bedoeld om de onderwijsontwikkelingen en de IT-ontwikkelingen gelijk op te laten gaan.
DOCUMENT
"Hulpvraagverduidelijking, de MEE(R)waarde…' is het resultaat van een onafhankelijk onderzoek naar de bijdrage van de dienst hulpvraagverduidelijking aan de doelen van de Wmo, dat de Stichting MEE Friesland heeft laten doen door het Lectoraat Sociale Interventie van het Instituut Zorg en Welzijn van de Noordelijke Hogeschool Leeuwarden. De centrale vraagstelling was ‘Op welke wijze levert de professionele activiteit “vraagverduidelijking” een bijdrage aan het realiseren van de doelen van de Wmo?’. Uit het onderzoek is naar voren gekomen dat een goede vraagverduidelijking meestal leidt tot daadwerkelijke verduidelijking van de hulpvraag. Hieruit komt een doelgerichte en doelmatige manier van werken tot stand. Ook illustreert de verscheidenheid die binnen het HVV-traject aan passende zorg- en ondersteuningsmogelijkheden wordt aangewend, zowel deskundigheid van het sociale veld als ook de onafhankelijkheid waarmee MEE zich samen met de cliënt op passende zorg kan oriënteren. Mogelijk leidt het HVV-traject ook tot minder zorgconsumptie, al kan in dit onderzoek daar geen objectief antwoord op worden gegeven. Tevens blijkt dat hulpvraagverduidelijking leidt tot het vergroten van de redzaamheid van de cliënt waardoor meer kans bestaat op participatie in de samenleving en een goede vraagverduidelijking draagt bij aan het realiseren van een passend zorgaanbod"
DOCUMENT