Kleding vormt de interface tussen het menselijk lichaam en de leefomgeving. Kleding geeft mensen de mogelijkheid om hun identiteit en culturele achtergrond uit te drukken. Daarnaast heeft kleding vaak een beschermende rol, vooral tegen extreme weersomstandigheden zoals hoge en lage temperatuur, neerslag, wind, zonnestraling, maar ook tegen vuil, gifgas, kogels (zogenaamde ballistische bescherming), stoten, extreme druk, explosies e.d. Soms is kleding juist nodig om de omgeving af te schermen tegen vuil dat de mens produceert, zoals bij de productie van computerelektronica. Onder kleding wordt in deze verhandeling al het materiaal verstaan dat het menselijk lichaam omhult. Globaal betreft het voor het hoofd een hoofddeksel, voor de handen handschoenen of wanten, voor de voeten sokken en schoenen. Voor het boven- en onderlijf is meer keuze beschikbaar zoals een hemd, bh, Tshirt, polo, overhemd, trui, jas, onderbroek, broek en rok. Er zijn ook kledingstukken die boven- en onderlijf omspannen zoals een jurk, overall en lange jas. Bovendien is er een grote variatie binnen een categorie kledingstukken; hierbij kan onderscheid gemaakt worden in vorm, materiaal en kleur. In het lectoraat is gekozen voor drie speerpunten van onderzoek voor kleding/mode. Deze speerpunten zijn tot stand gekomen op basis van aanwezige expertise in de kenniskring van het lectoraat, analyse van kennislacunes en een inschatting van potentieel relevante maatschappelijke ontwikkelingen.
DOCUMENT
Protective clothing is designed to protect humans against risks like fire, chemicals or blunt impact. Although protect¡ve clothing diminishes the effects of external risks, it may hinder people in functioning and it may also introduce new (internal) risks. Manufacturers are often not aware of the seriousness of those risks. Prof. Daanen, human movement scientist, postulates that knowledge on human physiology must be part of protective clothing design. After a career in protective clothing research that started about 25 years ago at TNO (NL) he is entitled to say things like that.
DOCUMENT
Humans can easily generate more than 1000 W of heat during heavy exercise. This heat has to be transferred to the environment to stay in thermal equilibrium. During exercise in extreme cold, heat loss may exceed heat production, and clothing is necessary to prevent hypothermia. It will be shown how ISO standard 11079 can be used to assess the necessary clothing insulation. In the heat, clothing is necessary in sports for identification, ethical reasons, and to protect our body against impact. Guidelines and examples will be supplied on factors to consider to prevent discomfort and optimize performance during exercise in the heat.
DOCUMENT
In the Dutch armed forces clothing sizes are determined using 3D body scans. To evaluate if the predicted size based on the scan analysis matches the best fit, 35 male soldiers fitted a combat jacket and combat pants. It was shown that the predicted jacket size was slightly too large. Therefore, an adjustment was proposed. The predicted and preferred pant size matched rather well. We further investigated discrepancies between predicted and preferred sizes using virtual fitting analysis. Colour maps showing the difference between garment and body circumference illustrated that some soldiers selected a garment size that was obviously too small or too large. In order to minimize the effect of personal preference and maximize standardize ease, we recommend to maintain the current size prediction (with minor corrections for jackets) and use virtual fitting selectively as a control measure.
DOCUMENT
Uit de Vijfde Landelijke Groeistudie is gebleken dat jonge kinderen nog steeds dikker worden (Schönbeck et al., 2011; Van Dommelen, Schönbeck, Van Buuren, & HiraSing, 2014). Overgewicht en obesitas nemen inmiddels schrikbarende waarden aan. Minder eten en meer bewegen zijn de simpele remedies, maar gedragsverandering is moeilijk te bewerkstellingen. Dit door KIEM gelden van NWO gefinancierde voorstel behelst een inventarisatie van de mogelijkheden om met een geïnstrumenteerd vest waarmee de veranderende lichaamsdimensies van de scholier eenvoudig te bepalen tijdens de lessen lichamelijke oefening. De docent krijgt op deze manier goede informatie over de puberteitstoestand van de scholier en kan op basis hiervan in het kader van het Athletic Skills Model (ASM: Wormhoudt, Teunissen,& Savelsbergh, 2012) de oefenstof optimaal afstemmen op de scholier. Het ASM is een talentontwikkelingsmodel voor zowel de breedte- als de topsport. Het ASM heeft als speerpunt het ontwikkelen van het atletisch vermogen met aandacht voor welzijn, gezondheid en prestaties. Het kent een holistische visie over bewegen, onderbouwd door praktische- en wetenschappelijke kennis. Bewegen wordt gezien als basis voor een betere gezondheid en daarmee als basis voor een betere sportieve prestatie. Gezondheidsaspecten vinden we terug bij hedendaagse lifestyle problematiek als obesitas, diabetes maar ook blessures. Blessures doordat de huidige generatie kinderen minder basisvaardigheden ontwikkelt, veroorzaakt door meerdere factoren. Voor de prestatieve kanten binnen de talentontwikkeling is het natuurlijk ook van belang dat de kansen op blessures verkleinen. Voor de specifieke groeispurt fase van jongens en meisjes heeft het ASM in zijn programma’s veel aandacht. Het te ontwikkelen vest c.q. meetinstrument zal het inzetten als het verloop van de groeispurt op een eenvoudige en frequente manier kunnen meten (wekelijks) waardoor doormiddel van ASM programma’s de kans op blessures en overtraining voorkomen kunnen gaan worden.
DOCUMENT
Bij hittegolven wachten ouderen vaak lijdzaam af tot de hitte komt. In dit onderzoek is nagegaan of drie dagen acclimatisatie aan hitte bij oudere vrouwen helpt als voorbereiding voor als hitte toeslaat. Een groep jonge vrouwen heeft als controlegroep gefungeerd. Uit het onderzoek is gebleken dat drie dagen te kort is om fysiologische veranderingen te bewerkstelligen. De oudere vrouwen kunnen aanzienlijk minder zweten dan jonge vrouwen en dit is een nadeel in de hitte.
DOCUMENT
Three-dimensional (3D) body scanning becomes increasingly important in the medical, ergonomical and apparel industry. The SizeStream 3D body scanner is a 3D body scanner in the shape of a fitting room that can generate a 3D copy of the human body in a few seconds. The Poikos modeling system generates a 3D image of a person using a front- and side photo. This study evaluates the repeatability and validity of both systems with human subjects. Hundred fifty-six participants were included in this study, of whom 85 were scanned twice by the SizeStream Scanner and 139 by the Poikos modeling system. The repeatability is assessed by calculating the intra-class correlation coefficients (ICC) and standard error of measurement (SEM), and the validity of 6 Sizestream and 4 Poikos measurements is evaluated by comparing these measurements with collected tape measurements. The ICC and the SEM results indicate that 79 of the 163 SizeStream measurements are repeatable enough to use for fashion purposes, since they had an ICC above 0.80 and a SEM below 10mm. Fifty-one measurements give a good indication but are not accurate enough for pattern making. The waist, chest and hip circumferences are valid after a correction of the over- or underestimation of the measurements. The Poikos modeling system is a promising, but is as expected, less repeatable and valid than the SizeStream scanner. Although the Poikos modeling system can give a good estimation of the body shape, the measurements are not accurate enough (SEM > 10mm) to use in the fashion industry. Future studies have to be performed to validate more Poikos and SizeStream measurements and to assess the usability of these measurements for the fashion industry.
LINK