Hoofdstuk 6 in Sociale innovatie in de praktijk. In dit hoofdstuk beschrijven we twee Utrechtse sociaal innovatieve initiatieven in het sociale domein die zijn ontwikkeld om de handelingscapaciteiten van sociaal kwetsbare burgers te versterken. Het ene initiatief is een gemengde woon-werkgemeenschap met opvangvoorzieningen voor dak- en thuislozen ('t Groene Sticht), gerealiseerd in 2003. Het tweede is een stadslandbouwinitiatief van meer recente datum (2010) met dagbesteding en re-integratietrajecten voor mensen met een meervoudige problematiek (De Volle Grond).
Sociale innovatie gaat om de bundeling van menskracht met als doel uiteenlopende maatschappelijke kwesties aan te pakken. Sociale innovatie heeft betrekking op nieuwe arrangementen van burgers, overheden en/of bedrijven die ‘maatschappelijke energie’ opwekken om bijvoorbeeld armoede of sociale ongelijkheid tegen te gaan, arbeidsparticipatie te bevorderen of ‘alternatieve’ initiatieven te ondersteunen. Het gaat daarbij om het scheppen van publieke meerwaarde. De verwachtingen over sociale innovatie als oplossing voor hedendaagse maatschappelijke problemen zijn vaak hooggespannen. In Sociale innovatie in de praktijk vragen auteurs zich af of en in hoeverre deze verwachtingen in de praktijk worden waargemaakt. Wat wordt onder sociale innovatie verstaan? Hoe werkt ze en wat is de praktische betekenis ervan? Vragen als deze worden van diverse, en soms ook ontnuchterende, antwoorden voorzien. In deze essaybundel wordt vanuit twee disciplinaire perspectieven (sociologie en bestuurskunde) en drie praktijkgerichte perspectieven naar sociale innovatie gekeken. Terwijl de eerste twee perspectieven in belangrijke mate conceptueel zijn, richten de praktijkgerichte perspectieven de blik op het sociale, het beleids- en het onderwijsdomein. Sociale innovatie in de praktijk is een boek voor mensen die werkzaam zijn in het sociale domein, in de beleidspraktijk evenals voor zowel docenten als studenten in het hoger onderwijs. Sociale innovatie in de praktijk is meer in het algemeen een boek voor iedereen met belangstelling voor maatschappijvraagstukken en hoe daarop innovatieve reacties zijn te geven. De auteurs zijn verbonden aan verschillende hogescholen. De redacteuren hebben alle drie een werkrelatie met Hogeschool Inholland.
Deze handleiding “Evidence-based ontwikkelen van business modellen voor het valoriseren van innovatieve sensortechnologie” kunnen studenten tijdens hun stage- of afstudeerproject kunnen gebruiken om onderbouwde business modellen te ontwikkelen. Deze handleiding is ontwikkeld in het kader van het ID3AS-project.De handleiding is geïnspireerd op meerdere afstudeer-onderzoeken aan de Hanzehogeschool Groningen waarin een business model ontwikkeld is voor de toepassing van innovatieve technologie. Het eindproduct was steeds een relevant een business model dat mede gebaseerd is op actuele ondernemersinitiatieven, expertise en inzichten uit de praktijk.In de instructieparagrafen van deze handleiding staat daarom centraal hoe de studenten een projectconsortium kunnen informeren en laten meedenken, adviseren en meebeslissen in alle fasen van business model development. De studenten worden, als eerste doelgroep van deze handleiding, daarom aangesproken in hun rol als business developer voor een projectconsortium.Terwijl dit bedoeld is om de relevantie voor een projectconsortium van het business model te vergroten, hebben de studenten echter ook te maken met eisen van methodologische grondigheid van hun business model.Aan de Hanzehogeschool ontwikkelen veel studenten een business model voor bijvoorbeeld een ID3AS-project als stage- of afstudeeropdracht. Aangezien zij dan aan kwaliteitscriteria uit de methodologie van toegepast praktijkgericht onderzoek moeten voldoen, beschrijven de paragrafen met theoretische uitleg welke theorieën, modellen, methoden, begrippen en criteria relevant zijn per fase van business model development.Deze handleiding beoogt daarom de studenten te leren hoe zij in hun business model ontwikkeling kunnen voldoen aan zowel “relevance and rigour”. De rapportage over het business model moet twee doelgroepen kunnen bedienen: projectconsortia van bedrijven die op zoek zijn naar een kansrijk business model in de praktijk, en docenten en beoordelaars vanuit de Hanzehogeschool die eisen stellenaan het eindproduct, de onderbouwing en rapportage van een business model als produkt waarmee getoetst kan worden of studenten bepaalde competenties bezitten, zoals onderzoekend vermogen, creativiteit en innovativiteit.
Binnen het huidige muziekaanbod voor ouderen zijn veel praktijken gericht op woonzorg- en verpleeghuizen. Het grootste deel van de kwetsbare ouderen woont echter thuis. Vanuit de gedachte dat muziek een katalysator kan zijn voor welzijn en welbevinden, wordt met Dichtbij met Muziek een nieuwe innovatieve muziekpraktijk geïnitieerd waarbij professionele musici op maat muziek maken voor kwetsbare ouderen die (nog) thuis wonen en hun mantelzorgers. De uitbraak van de corona-pandemie zorgde ervoor dat de praktijk uiteindelijk virtueel tot stand is gekomen.Voorziene uitkomsten van het onderzoek naar de (virtuele) praktijk zijn:-Een nieuw ontworpen virtuele vorm van persoonsgericht musiceren met kwetsbare ouderen die (nog) thuis wonen en hun mantelzorgers, mogelijk inzetbaar in diverse situaties van isolatie;-Beter begrip van de bijdrage die (virtueel) persoonsgericht musiceren kan leveren aan het welzijn van kwetsbare ouderen, hun mantelzorgers en hun directe omgeving.Professionele musici ontwikkelen steeds vaker praktijken in ouderenzorgcontexten. De afgelopen jaren heeft het lectoraat Lifelong Learning in Music in samenwerking met (inter)nationale partners uit de muziek- en zorgsector nieuwe intramurale persoonsgerichte muziekpraktijken ontwikkeld: in verpleeghuizen voor mensen met dementie (Muziek en Dementie 2010-2014) en in het ziekenhuis (MiMiC - Meaningful Music in Healthcare 2015-heden). Gemeenschappelijk bij al deze praktijken is de persoonsgerichte aanpak, waarbij musici (gearrangeerd) repertoire spelen of een nieuw stuk improviseren, ‘in het moment’ en op maat van mensen. Binnen het huidige muziekaanbod voor ouderen zijn veel praktijken gericht op woonzorg- en verpleeghuizen. Het grootste deel van de kwetsbare ouderen in Nederland woont echter thuis. Dichtbij met muziek wil onderzoeken hoe persoonsgericht musiceren kan worden ingezet op maat van een groeiende groep thuiswonende kwetsbare ouderen en hun mantelzorgers. Als gevolg van de coronapandemie is de ontwikkeling van de praktijk gestart op virtuele wijze.Het doel van dit onderzoek is de ontwikkeling van een virtuele vorm van persoonsgericht musiceren voor kwetsbare ouderen en hun naasten, cq. mantelzorgers, waarbij wordt gedoeld op het versterken van bestaande relaties en gevoel van menselijke waardigheid.
Vanuit de gedachte dat muziek een katalysator kan zijn voor welzijn en welbevinden, wil Dichtbij met Muziek een nieuwe innovatieve muziekpraktijk initiëren waarbij professionele musici op maat muziek maken voor thuiswonende kwetsbare ouderen. Binnen het huidige muziekaanbod voor ouderen zijn veel praktijken gericht op woonzorg- en verpleeghuizen. Het grootste deel van de kwetsbare ouderen woont echter thuis. Veel van hen hebben een zorgindicatie. Van mensen met dementie, bijvoorbeeld, leeft 85% op zichzelf, vaak met beperkte hulp. Voor deze ouderen is de druk op kwaliteit van leven groot. Risico op eenzaamheid en isolement is groot, wat bovendien ook voor mantelzorgers geldt. Met de schat aan ervaring uit eerdere innovatieve muziekpraktijken in de zorg wil het lectoraat Lifelong Learning in Music (Hanzehogeschool Groningen), in samenwerking met ouderenzorgorganisatie Dignis Lentis en musicicollectief Stichting Mimic Muziek, middels het project Dichtbij met muziek antwoord bieden op de vraag op welke manier persoonsgericht musiceren succesvol kan worden ingezet op maat van een groep thuiswonende kwetsbare ouderen. Persoonsgericht musiceren houdt in dat musici muzikaal improviseren dan wel bestaand (gearrangeerd) repertoire spelen op maat van en geïnspireerd op contact met mensen. Hoewel muziek geen concrete oplossing kan bieden voor aandoeningen zoals dementie, kan persoonsgericht musiceren wel een gevoel van welbevinden faciliteren, en kan het relaties versterken. De kracht van persoonsgericht musiceren is reeds bewezen in andere ouderencontexten. Uitbreiding naar deze groeiende groep is daarom een logische vervolgstap. In co-creatie met bezoekers van dagbestedingsgroep Goudvink (Groningen), wordt een nieuwe overdraagbare werkvorm ontwikkeld waarbij persoonsgericht wordt gemusiceerd voor thuiswonende kwetsbare ouderen en eventuele mantelzorgers, zodat er doorwerking ontstaat naar de thuissituatie. De vorm en onderliggende principes zullen uitgebreid worden beschreven en daarna via publicaties vrij toegankelijk worden gemaakt voor collega’s in de zorg en muziek, alsook de opleidingsinstituten van deze beroepsgroepen
Het onderzoek Meaningful Music in Health Care (MiMiC) biedt kansen voor interprofessionele samenwerking van musici en verpleegkundigen. Daarnaast blijkt MiMiC ook tot een versterkt contact tussen patiënten en verpleegkundigen te leiden en tot een toename van compassie van verpleegkundigen. Wat houdt deze interprofessionaliteit precies in en hoe kan deze worden verder vorm krijgen?In Professional Excellence in Meaningful Music in Healthcare (ProMiMiC), beoogt een internationaal consortium van partners uit de muziekwereld en de gezondheidszorg de bestaande live muziek praktijk van MiMiC steviger te verankeren in ziekenhuiszorg. De partners bestaan uit instellingen voor muziekvakonderwijs en ziekenhuizen uit Groningen, Den Haag, Londen en Wenen.Samen hebben alle partners de expertise om praktijkgericht onderzoek naar professionalisering van deze muziekpraktijk uit te voeren. Daarmee kan een bijdrage geleverd worden aan ontwikkelingen als uitkomstgerichte zorg, positieve gezondheid, en een bredere maatschappelijke inzet van musici.Live muziek in het ziekenhuis? MiMiC - Meaningful Music in Health Care – is precies dat: een kleine groep musici die persoonsgerichte improvisaties voor patiënten en verpleegkundigen speelt. De musici maken op de patiëntenkamers muziek ‘op maat’, in interactie met de patiënten, op basis van hun voorkeuren, herinneringen, etc. Dit levert waardevolle momenten van esthetische ervaring en zingeving op, voor zowel patiënten als verpleegkundigen en musici.Sinds 2015 heeft het lectoraat Lifelong Learning in Music van de Hanzehogeschool Groningen samen met het UMCG de MiMiC-praktijk ontwikkeld en onderzocht voor patiënten van chirurgische afdelingen. Persoonsgericht musiceren blijkt goed te realiseren in een medische setting en voor alle betrokkenen zeer betekenisvol te zijn. Patiënten ervaren minder pijn en voelen zich beter. Daarnaast biedt deze innovatieve praktijk musici en verpleegkundigen nieuwe mogelijkheden om zich professioneel verder te ontwikkelen. Daartoe willen we ProMiMiC uitvoeren.ProMiMiC speelt in op de behoefte van musici en verpleegkundigen om beter samen te werken en daarin van elkaar te leren, alsook om persoonsgerichte live muziek te kunnen gebruiken als katalysator voor een compassievolle patiëntrelatie. Met de verdere professionalisering van musici en verpleegkundigen is de MiMiC praktijk geschikt voor brede toepassing in de ziekenhuiszorg. Daarmee kan een bijdrage geleverd worden aan ontwikkelingen als Uitkomstgerichte Zorg, positieve gezondheid, en bredere maatschappelijke inzet van musici.In het consortium zijn uit drie landen hooggekwalificeerde kennisinstellingen op het gebied van muziek en van zorg gebundeld. Samen hebben zij de expertise om in een rijke context toegepast onderzoek naar professionalisering in MiMiC uit te voeren. Dit leidt tot een verbeterde uitvoering van de MiMiC praktijk en hierop aansluitende scholing van studenten en professionals in muziek en zorg. Dit zal musici en verpleegkundigen in staat stellen excellente professionals te zijn m.b.v. gepersonaliseerde live muziek in de zorg.