Eindrapportage Smart Industry Hub Noord Nederland
DOCUMENT
Relatief kleine, gespecialiseerde bedrijven in de maakindustrie hebben behoefte aan flexibele assemblageprocessen en productielogistiek. Digitalisering biedt veel mogelijkheden om productieprocessen efficiënter en duurzamer te maken, innovatieve producten te fabriceren en over te schakelen op andere businessmodellen. Dit moet dan wel werken voor kleine series en enkelstuks. ‘Kunnen wij het maken?’ verwijst naar onderliggende vragen over: ‘Hoe beheersen we risico’s in complexe maakprocessen?’, ‘Hoe werken we samen in de keten?’ en ‘Wat moeten huidige en toekomstige engineers weten over ‘Industry 4.0’ en circulaire maakindustrie?’. Bijgaand essay, in verkorte vorm uitgesproken als Intreerede, legt uit hoe de onderzoekers van Smart Sustainable Manufacturing aan de slag gaan om een antwoord te vinden op deze vragen, door middel van cocreatie met de beroepspraktijk en het onderwijs in het Re/manufacturing lab.
DOCUMENT
In de Smart Industry –ook wel aangeduid als Industrie 4.0- staat Machine2Machine (M2M) communicatie centraal: door machines in productieprocessen, assemblagelijnen en opslagsystemen te verbinden wordt verbeteringen verwacht. In de Smart Industry wordt per definitie veel slimme software systemen gebruikt. Dit zijn vaak autonome, en min of meer intelligente systemen, waarbij internet connectiviteit direct of indirect nodig is. Cyber security is daarmee een belangrijk aandachtspunt voor Smart Industry. De risico’s op security incidenten worden immers groter naar mate steeds meer systemen op het internet zijn aangesloten. We zien op dit moment beperkte aandacht voor robot security, ondanks het feit dat iedereen het belang van cyber security onderschrijft. Dit project richt zich op exploratief onderzoek rondom de cyber security bedreigingen van robots als onderdeel van Smart Industry. Hierbij kijken we naar de technische aspecten van sensoren, communicatie en het geprogrammeerde gedrag van robots. Daarnaast wordt gekeken ook naar de keten waarin Smart Industry/robot toepassingen tot stand komen en worden gebruikt.
De textielindustrie behoort tot de grootste milieuvervuilers wereldwijd en de overstap naar een circulaire economie is cruciaal om de milieubelasting te verlagen. Er ontstaan grote afval stromen tijdens productie en maar weinig afgedankt textiel wordt circulair gerecycled [1]. New Industrial Order (N.I.O.) ontwikkelt slimme, lokale on-demand productiesystemen voor 3D gebreide wollen truien, waardoor overproductie wordt verminderd. Echter, het recyclen en verwerken van pre-consumer reststromen tot hoogwaardige knitwear blijft een uitdaging vanwege de afnemende kwaliteit van gerecyclede vezels. Het Knit2last project streeft ernaar dit probleem aan te pakken door de wol uit pre-consumer reststromen te recyclen en verwerken tot hoogwaardige producten en daarnaast verwerkbaarheid van gerecyclede materialen te voorspellen. De producten worden geanalyseerd op mechanische eigenschappen, deze data levert input over verwerkbaarheid van het materiaal en de eigenschappen van de breisels, en zal bijdragen aan het voorspellen van de product eigenschappen vóór het breien. Dit betekent dat het productieproces wordt geoptimaliseerd en zo kan naar het verwerken van het materiaal uit de pre-consumer reststroom ook de toekomstige pre-consumer reststroom verminderd worden. Verder stelt deze data ons in staat om slijtagepatronen te analyseren, de levensduur van kledingstukken te voorspellen en het recyclingproces te verbeteren, wat bijdraagt aan de transitie naar Industry 4.0. Door de afhankelijkheid van nieuwe wol te verminderen en gerecyclede vezels optimaal te benutten, draagt dit project bij aan een intelligente, schaalbare, efficiënte en innovatieve knitwear-productie met minimale ecologische impact, volledig in lijn met het Europese beleid voor Uitgebreide Producentenverantwoordelijkheid (UPV). Door Saxion’s laboratoria te koppelen aan de hoogwaardige textielmaterialen van N.I.O. worden geavanceerde technieken voor vezelverwerking, spinnen, breien en testen ingezet om de mechanische eigenschappen van gerecyclede knitwear kwantitatief te karakteriseren en optimaliseren. Door deze kennis te koppelen aan de expertise van LCA-onderzoeker Natascha van der Velden (NvdV) in duurzaam textiel, wordt de vertaalslag gemaakt naar praktische, schaalbare oplossingen.