‘Entrepreneurship for Society’ is a new transdisciplinary minor program on social entrepreneurship (SE), offered by Amsterdam University of Applied Sciences in the Netherlands. Students, teachers, researchers and partners from the field of SE collaborate in minor, with the aim of reinforcing a new perspective on the economy by offering students an experience-based introduction in SE. We report on how a transdisciplinary learning community is being built around this minor program, and what lessons can be learned from this process. A successful transdisciplinary learning community needs to be based on the core values of trust, transparency and flexibility. In addition; a problem solving orientation with multiple forms of value creation. On the organizational side, clarity is needed about facilitation and institutional support.
MULTIFILE
Amsterdam Science Park (ASP) is a pearl in the crown of the Amsterdam knowledge economy, with its high-level research institutes (the Faculty of Science of the University of Amsterdam, several institutes of the NWO, the Dutch national science organisation) and a growing number of knowledge-based companies that reside in the multi-tenant Matrix buildings at the park. At ASP, the number of examples of co-creation is steadily growing. Larger tech firms (including Bosch and ASML) have located there and engage in deep collaboration with university institutes. Many more companies have expressed interest in collaborating with researchers located at ASP, not only in order to gain access to promising talent, but also to more extensively involve university researchers in their R&D processes. Another trend is the growth of science-based start-ups, now hosted at ASP’s Start-up Village: an appealing hotspot, made of sea containers. Players from business and university signal a rising need for new and more integrated concepts that facilitate collaborations between larger firms, start-ups and research groups. And also, the ASP management would like to see more co-creation. From its spatial and organisational design, the park is however characterised by a separation of activities: each faculty and institute operates its own building and facilities, with the firms hosted in the multitenant Matrix buildings. ASP is being developed along the lines of a masterplan based on strict zoning (Gemeente Amsterdam, 2013). This study explores how, and under what conditions further co-creation could be facilitated at ASP.
Het Project TBTOP is een samenwerkingsproject tussen onderwijsinstellingen voor VMBO, MBO en HBO om het techniek onderwijs samen met bedrijven in de regio aantrekkelijker te maken voor studenten, docenten en bedrijfsleven. Dit wil men realiseren door meer praktijknabij onderwijs te ontwikkelen. Ook wil men de vak-disciplinaire visie op het beroep verbreden en studenten kennis laten maken met doorstroommogelijkheden in studie en beroep. Een groep projectleiders uit de verschillende onderwijsinstellingen draagt zorg voor de voortgang van de vernieuwingsprocessen en verankering in het onderwijs. De betrokkenen hebben samenwerking in een nieuwe context ervaren namelijk samenwerking met de beroepspraktijk, samenwerking met andere vakdisciplines en samenwerking met andere onderwijsinstellingen (en dus onderwijsniveaus). Het samenwerken aan praktijkopdrachten in multidisciplinaire TOPteams is een nieuw proces geweest voor docenten en bedrijfsmedewerkers. Dit proces heeft, los van de concrete producten en processen, een cultuurverandering in het onderwijs in gang gezet. Groepen docenten zijn getriggerd om over de grenzen van hun vakgebied te kijken en naar het onderwijs te kijken, vanuit de bril van de praktijk. Hiermee hebben de betrokkenen zich geprofessionaliseerd. In de film die gemaakt is naar aanleiding van dit project, vertellen betrokkenen hun ervaringen binnen de nieuwe samenwerkingsvormen. De film is interactief en op verschillende momenten in te stappen.
MULTIFILE
Unieke, onderscheidende en kwalitatief hoogwaardige opleidingen van vier kennisinstellingen (HAN, Van Hall Larenstein, ArtEZ en ROC Rijn IJssel) maken Arnhem tot een echte studiestad. Via de City Deal Kennis Maken zoeken we in Arnhem de samenwerking meer op en benutten we elkaars afzonderlijke kwaliteiten optimaal. Zo vormen we in Arnhem gezamenlijk steeds meer een learning community. Via verschillende labs in de stad (Presikhaaf en het Spijkerkwartier) en regio (Westervoort) werken we op een interdisciplinaire manier samen om creatieve en innovatieve oplossingen te vinden voor lokale maatschappelijke opgaven. We richten ons hierbij op twee grote thema's: kansengelijkheid en duurzaamheid. Studenten, docenten en onderzoekers werken hierbij samen met wijkbewoners, maatschappelijke organisaties, overheid en bedrijfsleven. Door deze nieuwe manier van samenwerken willen we niet alleen 'kennis maken' die ten goede komt aan het oplossen van maatschappelijke vraagstukken, maar ook 'kennis maken' over deze nieuwe en uitdagende manier van samenwerken. Want multilevel (MBO-HBO-WO) samenwerken, hoe doe je dat eigenlijk?; en hoe maak je kennis zichtbaar?; en hoe creëer je maatschappelijke impact? Om antwoorden op dit soort vragen te vinden verbinden we nadrukkelijk onderzoek aan onze manier van samenwerken. De uitkomsten van dit onderzoek moeten in de eerste plaats ten goede komen aan het verbeteren van onze manier van samenwerken. De opbrengsten van het onderzoek vloeien dus rechtstreeks weer terug in onze learning community, in de vorm van verbeterde samenwerking tussen de kennisinstellingen en andere betrokken partners, nieuwe onderwijsinnovaties en slimmere oplossingen voor maatschappelijke problemen. Daarnaast vinden we het belangrijk om de uitkomsten en opbrengsten van dit onderzoek te delen met een groot publiek. Op deze manier vormen we een steeds hechtere, lerende gemeenschap die in staat is om kwalitatief hoogwaardig en toekomstbestendig onderwijs aan te bieden, kennis zichtbaar te maken en impact te creëren.
Saxion, Gemeente Deventer en ROC Aventus beogen urgente maatschappelijke transities te versnellen en de impact hiervan te vergroten in stad en regio. De aanpak is om blijvende samenwerking te organiseren, zodat onderwijs, onderzoek, overheid, ondernemers en omwonenden samen leren, werken en innoveren. Hiervoor wordt een leergemeenschap opgezet op basis van kennis en ervaring van voorgaande CDKM-regelingen en initiatieven zoals FieldLabs. Een leergemeenschap is een middel om verkokering van organisaties te doorbreken, partner-netwerken te verstevigen en opgedane kennis te ontsluiten. Dit sluit nauw aan bij ingezette bewegingen bij de consortiumpartners, wat maakt dat dit hét moment is om de opschaling van onderwijsconcepten in samenhang met de gebiedsgerichte aanpak een impuls te geven. In de leergemeenschap komen mensen met verschillende perspectieven vanuit verschillende gebieden bijeen om bij te dragen aan thema’s die zijn vastgelegd in de samenwerkingsovereenkomst (i.e., duurzaamheid, positieve gezondheid, ruimtelijke ontwikkeling en IT), met een focus op de openbare ruimte. In de openbare ruimte nemen organisaties, bedrijven, maar ook inwoners vanuit verschillende opvattingen, posities en rollen een plek in. Om aan te sluiten bij de gebiedsontwikkeling in Deventer wordt binnen de leergemeenschap gebiedsgericht gewerkt. Deze integrale aanpak zorgt voor een groter en sneller maatschappelijk effect en fysieke en sociale meerwaarde, dan bij realisatie van afzonderlijke projecten. De context-specifieke producten en diensten die deelnemers ontwikkelen leiden tot kennisontwikkeling over transities, professionalisering van deelnemers en nieuwe (technologische) toepassingsvormen en oplossingen voor organisaties in (regio) Deventer. Binnen de leergemeenschap is er aandacht voor burgerschapsvorming van studenten én professionals. We zetten in op begeleiding, grenswerk en een gezamenlijk gegevensfundament met (onderzoeks)data van de betrokken partners, waardoor kennisoverdracht en intensievere samenwerking wordt gefaciliteerd. In vijf projectfases groeit de leergemeenschap van één naar zeven gebieden. Dit leidt ertoe dat over drie jaren 1200 studenten vanuit verschillende interdisciplinaire onderwijsconcepten met andere betrokkenen hebben gewerkt aan Deventer-vraagstukken.
Zuyd Hogeschool werkt met de partners van CDKM>Maastricht sinds 2019 aan versterking van de vitaliteit en toekomstbestendigheid van Maastrichtse wijken. Zuyd wil deze samenwerking opschalen van de lokale samenwerking naar een meer regionale samenwerking: ‘ (CDKM>Limburg - Univers©ity ). Zuyd ziet de regio als belangrijke leeromgeving voor studenten en wil met studenten, docenten en onderzoekers betekenisvol zijn voor de regio. Zuyd is met onderwijs en onderzoek (O&O) betrokken in drie vestigingssteden (Maastricht, Heerlen, Sittard-Geleen) urban living labs (ULL’s) via CDKM>Maastricht en het lectoraat Smart Urban Redesign (SURD). Zowel bij de consortiumpartners als bij Zuyd bestaat de behoefte om de multidisciplinaire samenwerking bij -en de coördinatie van- O&O m.b.t maatschappelijke opgaven in de drie steden te versterken. Hiertoe wordt het O&O van Zuyd in de 3 steden gebundeld in 3 bestaande ULL’s met elk een eigen maatschappelijke context. CDKM>Limburg gaat het organisatiemodel en de (kennis)infrastructuur vormen voor duurzame en grootschalige verbinding van O&O van Zuyd met de maatschappelijke opgaven in de 3 living labs. Het implementatieplan voor CDKM>Limburg richt zich op het ontwikkelen en implementeren van dit organisatiemodel en deze (kennis)infrastructuur. De samenwerking tussen de bestaande onderwijsprogramma’s van de vijf Zuyd faculteiten garandeert een multidisciplinaire en grootschalige inzet van studenten t.b.v. maatschappelijke opgaven in de ULL’s. Binnen CDKM>Maastricht zijn al positieve ervaringen opgedaan met de multidisciplinaire samenwerking tussen studenten, docenten en onderzoekers. CDKM>Limburg bouwt hier verder op en richt zich m.n. op het verbinden van bestaand O&O van de academies met de 3 ULL’s. Vanuit die samenwerking zullen ook nieuwe initiatieven worden ontwikkeld, zoals instellingsbrede challenges rondom specifieke maatschappelijke opgaven en een multidisciplinair afstudeeratelier. Het beoogde CDKM>Limburg organisatiemodel functioneert zowel top down (vanuit maatschappelijke opgaven en onderzoek agenda’s van de consortiumpartners) als bottom up (vanuit leerdoelen en competentieontwikkeling).