Vanuit het lectoraat oefentherapie van de Faculteit Gezondheid van de Hogeschool van Amsterdam werd 1 april 2017 gestart met een tweejarig onderzoeksproject, dat als doel heeft om een beweeggame te ontwikkelen waarmee oefen- en fysiotherapeuten kinderen van 8-12 jaar met milde tot ernstige astma stimuleren tot meer beweging: het SIMBA project. Simba staat metaforisch voor het kind met astma dat belemmerende factoren ervaart om dagelijks fysiek actief te zijn en plezier te hebben in bewegen, maar die wel graag zou willen. In de film “The Lion King” staat SIMBA voor het kleine welpje dat allerlei drempels tegenkomt in zijn leven en tegelijkertijd plezier wilhebben. Door alle uitdagingen, maar ook door steun van zijn omgeving groeit hij uit tot een ware Leeuwenkoning met een eigen koninkrijk. Wanneer het kind op een speelse manier wordt uitgedaagd om in het dagelijks leven fysiek actief te zijn en hier ook plezier en zelfvertrouwen in krijgt, kan het uiteindelijk uitgroeien tot een zelfstandig individu. In dit project wordt samen met kinderen, ouders en kindertherapeuten geïnventariseerd wat kinderen belemmert om te gaan bewegen, maar wordt ook achterhaald wat bevordert dat ze plezier hebben. Vanuit die inzichten zal er een beweeggame ontwikkeld worden met als doel vergroten van plezier in dagelijks (meer) bewegen.
Diverse onderzoeken hebben aangetoond dat producenten aanzienlijke kosten- en servicevoordelen kunnen behalen door betere samenwerking met logistieke dienstverleners. Daarnaast geven de huidige ontwikkelingen binnen de chemie voldoende aanleiding om de samenwerking op logistiek gebied te verbeteren. Hoewel dit door de praktijk wordt onderkend, wordt het potentieel van logistieke samenwerking tot op heden echter niet verzilverd.
Veel van de grondstoffen die we gebruiken voor de miljoenen producten die we produceren zijn niet duurzaam. Ze zijn eindig, fossiel en zeer vervuilend. Daarom zijn er nieuwe duurzame alternatieven nodig die we dagelijks kunnen inzetten bij de productie én na gebruik kunnen terugbrengen in een kringloop van grondstoffen. Hoe kan de Hanzehogeschool er met praktijkgericht onderzoek voor zorgen dat we deze circulaire keten opbouwen?
Diabetes Mellitus is een van de meest voorkomende chronische ziektes wereldwijd. Een ernstige en kostbare complicatie is het ontstaan van voetwonden, gerelateerd aan neuropathie, ischemie en infectie. Voetwonden leiden vaak tot ziekenhuisopnames, amputaties en verminderde kwaliteit van leven. In dit project ontwikkelen we een applicatie om ervoor te zorgen dat doormiddel van zelfmonitoring, er geen behandelvertragingen ontstaan doordat risico’s tijdig worden gesignaleerd, vanuit zorg op afstand. RondOm Podotherapeuten, een grote eerstelijns zorgorganisatie in Nederland, heeft de ‘Diabetes Voetenceck app’ ontwikkeld welke is gericht op zelfmonitoring door patiënten en screenen van de voeten door podotherapeuten op afstand. Deze wordt gebruikt als onderdeel van hun praktijkvoering. Patiënten worden geholpen hun voeten te bekijken door vragen in de app. Het resultaat van de vragen kan ertoe leiden dat de patiënt gevraagd wordt een foto in te sturen via de app. De applicatie voorziet in kansen, in termen van het betrekken van patiënten, het voorkomen van gezondheidsproblemen en verbeteren van algemeen welzijn van mensen met diabetes. In April is een eerste versie van de applicatie gelanceerd, momenteel maken er zo’n 500 patiënten gebruik van, met in totaal 8000 e-screenings. Veel uitdagingen blijven open zoals het continu blijven gebruiken van de app voor zowel patiënten als professionals en de algemene gebruikerservaring van de app, daarnaast liggen er ook kansen voor nieuwe functionaliteiten. Het doel van het project: Het gebruik van de huidige applicatie begrijpen en onderzoeken, zodat we deze beter kunnen maken in termen van gebruikerservaring en kwaliteit. Ten tweede, willen we nieuwe kansen die de applicatie biedt verkennen en mogelijke nieuwe technologie toepassen die samen werken met en bijdrage aan de huidige interventie. Dit project wordt gevoerd door Fontys Paramedische Hogeschool, RondOm Podotherapeuten, Technische Universiteit Eindhoven en Stofloos, zij hebben de expertise in huis om dit tot een goed einde te brengen.
Weipermeaat is een reststroom vanuit de zuivelindustrie en heeft op basis van zijn samenstelling een lage waarde in de veevoermarkt maar biedt wel perspectieven voor de basischemie: het bevat grote hoeveelheden suikers (lactose). Eén van de mogelijke manieren om de waarde van het weipermeaat te vergroten is middels fermentatie richting biobased building blocks zoals ethanol. De gist Kluyveromyces marxianus kan efficiënt lactose omzetten in ethanol waarbij tevens single cell protein (SCP) wordt geproduceerd. In dit project zal een haalbaarheidsstudie worden uitgevoerd waarin oplossingen worden onderzocht voor de bestaande praktische uitdagingen bij de productie van ethanol op weipermeaat waaronder een hoge zoutconcentratie. Ook zal er onderzoek gedaan worden naar de toepassing van bijproducten. Op basis van de resultaten zal een evaluatie van de business case plaatsvinden waarbij zowel ethanol productie als de verhoging van de nutritionele restwaarde door SCP-productie wordt meegenomen. In het samenwerkingsverband is deskundigheid aanwezig in de hele keten vanaf de weipermeaat reststromen (Looop BV) en fermentatie met gisten (HAN BioCentre) tot aan toepassing (Beethanol BV en de Fachhochschule Münster). Het project zal deels worden uitgevoerd door studenten vanuit de HAN University of Applied Science.