De functie en methode van onderzoek door kenniskringen aan hogescholen en de relatie tussen onderzoek aan hogescholen en universiteiten staan intensief ter discussie. Daarbij worden op de schaal tussen fundamenteel en toegepast onderzoek verschillende posities ingenomen. In dit artikel staat de co-creatie tussen onderzoekers van kenniskringen van hogescholen en professionals uit de praktijk centraal. Uitgangspunt daarbij is de behoefte van professionals om hun werk te innoveren, ontwikkelen en evidence based te maken. Het onderscheid tussen evidence based practice en practice based evidence laat zien hoe top-down onderzoek en bottom-up onderzoek elkaar aanvullen en versterken. Het artikel laat zien hoe onderzoek in en door de praktijk tot gevolg heeft dat lerende organisaties en community’s of practice tot ontwikkeling komen, waarin professionals blijvend de rol van onderzoeker op zich nemen. Drie voorbeelden van lopende onderzoeken uit de domeinen zorg en welzijn illustreren concreet hoe onderzoek in en door de praktijk vanuit kenniskringen gestalte krijgt.
DOCUMENT
Als lectoren van de Fontys Lerarenopleiding Tilburg zijn we benieuwd wat deelname aan een kenniskring betekent voor de professionalisering van opleiders; wat leren zij ervan (kennis, gedrag, houding) en waarvan leren zij? Het gaat om de professionele ontwikkeling van individuele lerarenopleiders gericht op het verdiepen van de rol die zij hebben als onderzoeker. De ontwikkeling van deze rol vindt plaats door deelname aan een kenniskring waarin een lector als ervaren onderzoeker een impuls geeft. Nog weinig onderzoek is gedaan naar wat de specifieke leeropbrengsten van deelname aan kenniskringen zijn en welke leeractiviteiten stimulerend zijn voor het bereiken van die leeropbrengsten. Het is een verkennend onderzoek waarin 23 kenniskringleden uit vier kenniskringen participeren. Van de vier kenniskringen zijn er twee minder dan een jaar geleden gestart en twee bestaan al langer. Uit de analyse van de data blijkt dat kenniskringleden nieuwe kennis opdoen, zowel over het thema van het lectoraat als over het doen van onderzoek. Verder geven kenniskringleden aan dat zij anders handelen (gedrag) en dat hun houding ten opzichte van onderzoek is veranderd. Ervaren kenniskringleden benoemen in vergelijking met beginnende kenniskringleden meer gedragsopbrengsten, bijvoorbeeld dat ze studenten anders zijn gaan begeleiden, ervaren kenniskringleden geven ook aan dat zij veel leren van het doen van onderzoek. Met name de interactie tussen de kenniskringleden is stimulerend voor het leren. Ons onderzoek laat zien dat deelname aan een kenniskring leidt tot een scala aan opbrengsten, die zowel de lerarenopleider als de opleiding ten goede komen.
DOCUMENT
Interview over werkzaamheden en visie lectoraat op city marketing en sportonderzoek.
DOCUMENT
Dit boekje beschrijft een methode voor het reviewen van praktijkgericht onderzoek. Reviewen is kritisch oordelen over een stuk werk. We lichten de methode zo concreet mogelijk toe opdat lectoren, onderzoekers en docentonderzoekers in de kenniscentra in het hbo deze zelf kunnen toepassen. De methode is bruikbaar voor alle domeinen en kenniskringen, dus niet gebonden aan één discipline of vakgebied.
DOCUMENT
Zowel overheid als bedrijfsleven (en dan met name het MKB) verwachten van het hoger beroepsonderwijs dat het zich ontwikkelt tot een kennisproducent. Een centrale rol hierbij spelen de lectoren met hun kenniskringen. Zij zijn binnen het hbo eerstverantwoordelijk voor de kennisontwikkeling en de kenniscirculatie. In dit artikel verkennen we via een interview met dr. Ruud Klarus de mogelijkheden en grenzen van lectoraten. Welke kennis kunnen en willen lectoren produceren? Op welke wijze slagen zij er in deze kennis praktijkrelevant te laten zijn? En bieden hogescholen wel een goede omgeving voor de productie van praktijkrelevante kennis?
DOCUMENT
Onderzoek neemt een steeds belangrijker plaats in bij het opleiden van leraren. In het verlengde daarvan worden lerarenopleiders geacht competenties te ontwikkelen zowel ten aanzien van het kunnen begeleiden van onderzoek als het zelf uit kunnen voeren van onderzoek (Cochran-Smith, 2003; Swennen, Jones & Volman, 2010; Willemse & Boei, 2013). Lerarenopleiders hebben verschillende mogelijkheden om deze onderzoekscompetenties te ontwikkelen. Eén van die manieren is deelname aan een kenniskring van een lectoraat (SKO, 2008), waarin zij zelf –al dan niet samen met anderen- onderzoek leren doen naar hun eigen praktijk.
DOCUMENT
Het Maaslandziekenhuis van het Orbis Medisch en Zorgconcern te Sittard is door de overheid in de gelegenheid gesteld het ziekenhuis van de 21st eeuw te realiseren. Een prachtige nieuwbouw is verrezen die begin 2009 betrokken wordt. Met de Hogeschool Zuyd is begin 2006 een convenant afgesloten. Uitvloeisel van dit convenant is het RAAK project De Nieuwe Manier van Werken. Dit RAAK project valt uiteen in vier deelprojecten: Elektronisch Verpleegkundig Dossier, Patiëntgecentreerde Bejegening, Kwaliteitsindicatoren en Ketenzorg Verloskundigen. Dit grootschalige samenwerkingsproject heeft vorm gekregen vanuit het Expertisecentrum Quality of Life van de Hogeschool Zuyd. Hierin participeren: de Faculteit Gezondheid & Zorg en de kenniskringen Kennisorganisaties & Kennismanagement, Kennisontwikkeling Vaktherapieën, Autonomie & Participatie en Technologie in de Zorg. Het project is een voorbeeld hoe kenniscreatie en kenniscirculatie tot stand komt tussen hogeschool en publieke instelling. Dit artikel beschrijft het project Patiëntgecentreerde Bejegening
DOCUMENT
Het lectoraat Excellentie in Hoger onderwijs en samenleving, onder leiding van dr. Marca Wolfensberger heeft een tweedaagse georganiseerd voor de leden van de kenniskring, waarin de verduurzaming van het lectoraat centraal heeft gestaan. De volgende doelen stond het organiserend comité (Tineke Kingma en Eti de Vries, twee leden van de kenniskring) voor ogen:- Samen werken aan een verduurzaamde visie en toekomst van het lectoraat door middel van trendanalyse en toekomstscenario’s- Voorbereiding beoordeling lectoraat- Samen bepalen van de onderzoeksgebieden van het lectoraat- Herijking criteria voor Honours programma’s- Gezamenlijk werken aan een eindproductIn dit verslag kunt u de bevindingen lezen.
DOCUMENT
Innovatie is een complex proces waarin kennis een essentiële rol speelt. Om te kunnen innoveren moeten bedrijven en organisaties ‘business’-kennis ontwikkelen die het ‘potentieel handelen’ van het bedrijf of de organisatie in de innovatie ondersteunt. Prescriptieve kennis, mits methodisch opgebouwd, draagt daarin op twee manieren bij: in de eerste plaats met uitgewerkte, gedocumenteerde en geteste methoden om problemen aan te pakken en op te lossen; in de tweede plaats met nieuwe kennis over wat in de praktijk wel en niet werkt. In traditioneel innovatiebeleid wordt vaak een lineair innovatiemodel gebruikt waarin eerst fundamenteel onderzoek wordt verricht door wetenschappers, waarna de ontwikkelde kennis in bedrijfsleven en organisaties wordt toegepast in toegepast onderzoek. Dit lineaire model kent een aantal knelpunten. Verder hebben de begrippen fundamenteel en toegepast onderzoek weinig onderscheidend vermogen. Een vruchtbaarder onderscheid is dat tussen: formele wetenschappen, (filosofie, wiskunde, etc.), verklarende wetenschappen (natuurwetenschappen, sociologie, etc.) en ontwerpwetenschappen (ingenieurs wetenschappen, medische wetenschap, etc.). Ontwerpgericht onderzoek, als weldoordachte manier van handelen om kennis te verwerven, kan mogelijk voorzien in de toenemende behoefte aan oplossingen voor praktische, complexe, contextuele problemen. Professionals dragen in de praktijk bij aan de oplossing van unieke, real-life problemen in het veld met een repertoire van ontwerpkennis geldend voor klassen van gevallen. De ontwerpkennis moet dus steeds vertaald worden naar een unieke en specifieke casus. De veranderingen om ons heen geven aanleiding tot een maatschappelijke behoefte aan innovatie van het hoger onderwijs. Met name de hogescholen moeten zich meer gaan bezig houden met kennisontwikkeling door onderzoek en toepassing als “regionaal kenniscentrum, als kennispoort voor het regionale bedrijfsleven en ‘not for profit’ organisaties”. Lectoren en kenniskringen hebben daarbij tot doel te komen tot verbetering van de externe oriëntatie, curriculum¬vernieuwing, professionalisering van docenten en versterking van kenniscirculatie en kennisontwikkeling binnen hbo-instellingen. Het HBO is van huis uit gericht op de praktijk. Met de komst van de lectoren in het HBO ontstaat nieuw onderzoekspotentieel. Ontwerpgericht onderzoek past precies bij het praktische karakter van het HBO en voegt daar het reflectieve van academisch onderzoek aan toe. Door op deze manier praktisch relevant onderzoek te doen van wetenschappelijke kwaliteit kan het HBO helpen de kennisparadox te doorbreken.
DOCUMENT