De hedendaagse facility manager leeft in een boeiende tijd. Met allerlei technologische vernieuwingen,grootschalige veranderprocessen en een kritische blik op de meerwaarde, heeft de facility manager enkele bijzondere uitdagingen.
MULTIFILE
Meertaligheid is zowel een gegeven als een doel binnen het Nederlandse voortgezet onderwijs. De inventarisatiestudie van Catherine van Beuningen en Daniela Polišenská laat zien hoe talendocenten in het voortgezet onderwijs denken en handelen ten aanzien van deze meertaligheid. Uit de gerapporteerde opvattingen concluderen zij dat er op dit vlak nog misvattingen heersen en dat er ruimte is voor meer doelgerichte erkenning en benutting van de meertalige repertoires van leerlingen. De talendocenten in de studie zijn zich ook bewust van deze ontwikkelkansen; de overgrote meerderheid van de ondervraagden geeft bijvoorbeeld aan behoefte te hebben aan handvatten voor talensensibiliserend en/of functioneel meertalig taalonderwijs.
LINK
Een effectieve verpleegkundige bezetting is cruciaal voor de kwaliteit van zorg en kostenbeheersing. Uit de huidige literatuur blijkt dat dezelfde personeelsmodellen in verschillende contexten zorgen voor verschillende uitkomsten. Samen met een internationaal onderzoeksteam kijken we welk personeelsmodel werkt, voor wie, onder welke omstandigheden, hoe en waarom. Doel Achterhalen hoe uiteenlopende verpleegkundige personeelsmodellen in verschillende contexten via verschillende mechanismen invloed hebben op cliëntenzorg, op verpleegkundigen en op de gezondheidszorg in het algemeen. Resultaten De resultaten van dit onderzoek zijn het uitgangspunt voor de implementatie van verpleegkundige personeelsmodellen in verschillende contexten. Hierdoor worden de gewenste resultaten verkregen voor cliënten, de verpleegkundigen en de gezondheidszorg. Looptijd 01 mei 2020 - 01 april 2023 Aanpak De studie bestaat uit drie overlappende iteratieve fases waarbij we een Realist-perspectief hanteren. In de eerste fase wordt de literatuur verkend en worden focusgroepen gehouden. Gedurende de tweede fase worden de initiële onderzoeksvragen verfijnd. In de laatste fase worden verschillende programmatheorieën ontwikkeld die verklaren hoe verschillende verpleegkundige personeelsmodellen lijken te werken in verschillende contexten. Cofinanciering Dit onderzoeksproject wordt gefinancierd door het Canadese instituut voor onderzoek in de gezondheidszorg (CIHR, nummer 426039).
Het Raak-pro project ‘Zorg voor het welzijn van ouderen’ heeft een bijdrage geleverd aan het antwoord op de vraag van de praktijk hoe met het oog op de dubbele vergrijzing, ontgroening en kostenbeheersing een duurzame bijdrage geleverd kan worden aan de verhouding tussen de personele samenstelling enerzijds en veiligheid en welbevinden van ouderen anderzijds. Het project heeft tot grote tevredenheid van het management van de betrokken instellingen inzicht gegeven in de uitvoering van het werk door de verschillende niveaus verzorgenden en verpleegkundigen voor wat betreft hun activiteiten, hun tijdbesteding en de kwaliteit van de schriftelijke rapportage. Het project heeft ook gezorgd voor een goede samenwerkingsrelatie met deze betrokken zorginstellingen. Om zicht te krijgen op de activiteiten van het verzorgend en verpleegkundig personeel is een meetinstrument ontwikkeld genaamd de Groningen Observational Instrument for Long Term Institutional Care (GO-LTIC). Hiermee is het tijdsbestedingonderzoek gedaan. De kwaliteit van de rapportage is beoordeeld met behulp van een bestaand meetinstrument, de D-Catch (ook ontwikkeld in Groningen). De D-Catch meet de accuraatheid van de rapportage in termen van opname gegevens, verpleegkundige diagnostiek, interventies, voortgang en uitkomsten. Het meetinstrument is gevalideerd voor de ziekenhuis setting en nu in het bovengenoemde Raak-pro project ook voor gebruik in de langdurige zorg. Nationaal en internationaal is er belangstelling voor de toepassing van de GO-LTIC van bijvoorbeeld van managers van collega-zorginstellingen van de direct bij het project betrokken instellingen. Ook deze managers willen inzicht in het werk van hun verzorgend en verpleegkundig personeel ten behoeve van de personele planning. De GO-LTIC is echter vrij arbeidsintensief doordat het afgenomen moet worden door observatoren die een bepaalde periode met het personeel mee moeten lopen. De D-Catch beoordeelt de kwaliteit van de rapportage maar laat de vraag onbeantwoord of de rapportage ook daadwerkelijk een weergave is van de activiteiten die de verzorgenden en verpleegkundigen hebben ondernomen. Beide instrumenten kunnen echter worden verbeterd met behulp van de TOP-up subsidie We kunnen de vraag of de rapportages daadwerkelijk activiteiten van verzorgenden en verpleegkundigen gaan beantwoorden doordat we de beschikking hebben over datasets van de D-Catch en GO-LTIC die in het Raak-pro project ‘Zorg voor het welzijn van ouderen’ zijn verzameld. Door koppeling van deze datasets wordt duidelijk of het verplegend personeel ook daadwerkelijk de zorg uitvoert die zij gerapporteerd heeft en of zij de zorg rapporteert die ze heeft uitgevoerd. De toepassing van de GO-LTIC wordt dan eenvoudiger omdat dan vanuit de rapportage de tijdsbesteding van verzorgend en verpleegkundig personeel gemeten kan worden. De toepassing van de D-Catch wint aan waarde omdat het ook ingezet kan gaan worden om de betrouwbaarheid van rapportages te meten als daadwerkelijke afspiegeling van uitgevoerde activiteiten. Managers hebben daar belang bij omdat zij deze gebruiken voor het beoordelen van de zorgzwaarte van de bewoners, waar weer de financiering van afhankelijk is.