Presentatie Congres voor lerarenopleiders, VELONconferentie Zwolle, 10 en 11 maart 2014.Een jong team lerarenopleiders werkt aan de eigen professionalisering door het gebruik van de methode Krachtig Meesterschap, waarbij zij werkt aan haar eigen handelingsreportoire en als team leren. De centrale vragen binnen hun intervisietraject waren: • Hoe kunnen we leren werken met de methode Krachtig Meesterschap toegepast in het eigen team?• Hoe leren we als team?• Hoe geven we vorm aan een duurzame vorm van professionalisering? • Is deze aanpak geschikte eerste stap naar een leven lang leren?Het team heeft aan de hand van videobeelden van de eigen lespraktijk leerpunten in beeld gebracht, geanalyseerd en interventies bedacht die opnieuw getest zijn aan de hand van nieuw videomateriaal in de eigen lespraktijk. Deze werkwijze heeft een belangrijke bijdrage geleverd aan hun eigen self-efficacy. Het resultaat van deze werkwijze is ook dat zij samen hun eigen teamcultuur hebben gecreëerd, die gekenmerkt wordt door openheid en transparant zijn over je eigen werkwijze als docent. De opbrengst is een team dat nieuwe onderwijsvormen uitprobeert aan de hand van hun eigen invulling van hun rol als docent.
DOCUMENT
Met dit opdrachtenboek wordt een brug geslagen tussen het onderwijs en externe bedrijven met onderzoeksvragen. In deze tweede versie van het Innovatiewerkplaats-opdrachtenboek in het kader van het Innovatiewerkplaats/Krachtig MKB van het Kenniscentrum Biobased Economy (KC BBE) en het Instituut voor Life Sciences & Technology (ILST) vindt u ILST-gerelateerde opdrachten voor de ILST-(honours)student of docent-onderzoeker. Deze opdrachten zijn geacquireerd in samenwerking met de Gebiedscoöperatie Westerkwartier en de Gebiedscoöperatie Oost-Groningen (i.o.); ‘opgehaald’ tijdens het door het KC BBE georganiseerde grassymposium en als kennisvraag ontstaan door eerdere verrichte onderzoeken vanuit het Innovatiewerkplaats-gebeuren.
DOCUMENT
Lukt het om de schoonheid van het beroep van leraar weer zichtbaar te maken? Lukt het om vanuit het beroep een professioneel tegenwicht te bieden aan de eisen die de maatschappij stelt? En lukt het om leraren meer mogelijkheden te bieden om professioneel te groeien en hun rol te ontwikkelen? Mascha Enthoven, lector De Pedagogische Opdracht, benadert in haar lectorale rede deze vragen door de (pedagogische) opdracht van het onderwijs te formuleren binnen de invloed van het betrokken handelen van de leraar. Binnen dat wat de professionaliteit van de leraar kenmerkt: het continu - op basis van je ervaringen, kennis en intuïtie - inschatten wat het juiste is om te doen. Zij pleit daarom voor vertrouwen en ruimte voor leraren en schoolteams: vertrouwen en ruimte om gezamenlijk het individuele handelen van de leraar te ondersteunen, te verantwoorden en te ontwikkelen. De wens van het werkveld voor meer onderzoekende scholen en lerende netwerken biedt kansen. Mits we bij de ontwikkeling van deze scholen en netwerken sterker het primaire onderwijsproces als bron benutten. En op voorwaarde dat we het ondersteunen van het betrokken handelen van de leraar als doel hebben. Door de focus op het betrokken handelen van de leraar in onderzoek als bron, maar ook als doel te nemen, geven we een scherpere richting aan het onderzoekend vermogen in lerarenopleidingen. Het onderzoekend vermogen staat dan in het teken van de ontwikkeling van betrokken handelen. We kunnen bedachtzaamheid over dit handelen organiseren. En we kunnen deze collectieve bedachtzaamheid ondersteunen met behulp van kennis- en vaardigheden op het gebied van onderzoek. Het werkveld en de lerarenopleidingen vormen in deze ontwikkeling een krachtig collectief. Het model voor ‘de Pedagogiek als Betrokken handelingswetenschap’ wordt gebruikt als een uitwerking van dit krachtig collectief.
DOCUMENT
Onderzoeksmogelijkheden voor het Instituut of Life Science & Technology en het KC BBE
DOCUMENT
Een bespreking van het boek van Paul Verhaeghe; "Identiteit" met duiding van relevantie voor wetenschap en begeleidingspraktijk. Er is geen wezenlijke identiteit, zegt Verhaeghe. Hij beschouwt genen min of meer als hardware , maar “wie wij worden hangt grotendeels af van onze omgeving”. Identiteit loopt via het proces van enerzijds identificatie (gelijkheid, identificatie met een groep) en anderzijds seperatie (verschil, streven naar eigenheid). In de neoliberale samenleving is de pendel te ver doorgeslagen naar seperatie, omdat de algemene opvatting is dat de mens een economisch en calculerend wezen is. de mens is echter ook sociaal en altruïstisch. De samenleving is sterk geïndividualiseerd en onderlinge verbondenheid is geërodeerd. Verhaeghe pleit voor afschaffing van bonussen en adviseert arbeidsorganisaties af te zien van fatalistische uitspraken als "de mens is van nature gericht op winstmaximalisatie, zo zit de mens nu eenmaal in elkaar". Vragen die leiders en begeleiders zichzelf kunnen stellen zijn: 1. Welke rol speel ik als begeleider in een maatschappij- en organisatiewereld die gedomineerd wordt door neoliberale ideeën? 2. Vanuit welk mens- en wereldbeeld handel ik zelf als begeleider? 3. Hoe verhoud ik mij als begeleider tot het door Verhaeghe geschetste spanningsveld?
DOCUMENT
In this chapter, we discuss the education of secondary school mathematics teachers in the Netherlands. There are different routes for qualifying as a secondary school mathematics teacher. These routes target different student teacher populations, ranging from those who have just graduated from high school to those who have already pursued a career outside education or working teachers who want to qualify for teaching in higher grades. After discussing the complex structure this leads to, we focus on the aspects that these different routes have in common. We point out typical characteristics of Dutch school mathematics and discuss the aims and challenges in teacher education that result from this. We give examples of different approaches used in Dutch teacher education, which we link to a particular model for designing vocational and professional learning environments.We end the chapter with a reflection on the current situation.
LINK
Deze rapportage bevat een analyse van het maatschappelijk debat over de terreinen onderwijs, cultuur, wetenschap en media. De analyses zijn in de periode 2010-2015 gemaakt. De analyses van het maatschappelijk debat zijn bedoeld om het beleid beter te doen aansluiten bij de maatschappelijke vraag. De analyse van het media-debat is van de hand van Andra Leurdijk en Saskia Welchen.
DOCUMENT
De lectorale rede start vanuit een verkenning van de woorden uit het thema van het lectoraat. In de hoofdstukken erna wordt gekeken naar de drie vragen rondom professionalisering: waarom professionaliseren, hoe professionaliseren en wat/waarin professionaliseren. Hierna wordt de thematiek teruggeplaatst in de context van het lectoraat.
DOCUMENT
Er bestaan talloze verschillende benaderingen en uitwerkingen van de onderzoeksstrategie gevalsstudie. Al deze verschillende benaderingen hebben met elkaar gemeen dat we met een gevalsstudie een sociaal verschijnsel bestuderen door ons te concentreren op één geval. Een uitgebreide beschrijving luidt als volgt: een gevalsstudie is een intensief kwalitatief onderzoek van één geval dat in al zijn complexiteit wordt onderzocht. De nadruk ligt op het proceskarakter van het te onderzoeken geval in de natuurlijke setting waarbij de onderzoeker vaak participatief en explorerend te werk gaat. Deze explorerende werkwijze als ook het procesmatige karakter van het geval resulteren in het vervlechten van waarnemen en analyse gedurende een langere waarnemingsperiode en leiden tot een gedetailleerde beschrijving van het verschijnsel. Het geval kan bestaan uit een individu, gebeurtenis, organisatie, cultuur of samenleving. Algemene methodische principes van zowel de gevalsstudie als de meervoudige gevalsstudie zijn: aandacht voor leefwereld/praktijk van de betrokkene(n); concrete handelingspraktijken vanuit leefwereld/intenties/begrippen; triangulatie als kwaliteitscontrole voor de verzamelde data.
DOCUMENT
Onderzoek bij drie opleidingen van ROC Midden Nederland laat zien dat studenten de verbinding tussen wat op school en op de werkplek geleerd wordt, belangrijk vinden, maar ze ervaren in de praktijk vooral verschillen. Er is gebrek aan onderlinge afstemming. Dat schaadt hun vertrouwen in het leren op school. Studenten willen gezien worden en erkenning krijgen voor de expertise die zij hebben opgedaan in de beroepspraktijkvorming (BPV). De geneigdheid van docenten om gericht te zijn op procedures en verantwoording (dat wil zeggen werken voor de toets) werkt belemmerend bij het vinden van de aansluiting bij de student.
DOCUMENT