Dit is alweer de vijfde editie van het congres Met het oog op behandeling. De afgelopen jaren hebben we gezien dat de maatschappelijke belangstelling voor mensen met een licht verstandelijke beperking (LVB) sterk toeneemt. Dit jaar is er zelfs een Interdepartementaal Beleidsonderzoek gedaan door diverse ministeries over de positie van mensen met een LVB in de Nederlandse samenleving. In het onderzoeksrapport wordt gepleit voor het verbeteren van de communicatie tussen algemene voorzieningen en deze burgers. Voor alle professionals in het brede sociaal domein wordt aanbevolen dat zij meer kennis en vaardigheden moeten hebben voor hun hulp- en dienstverlening aan mensen met een LVB. Dat geldt voor alle professionals in het sociaal domein en in het bijzonder voor professionals die werken voor cliënten met een LVB waarbij sprake is van ernstige gedragsproblematiek en psychische problemen. In dat geval moet je kunnen omgaan met ‘onbegrepen gedrag’ en agressie en wil je beschikken over de beste, actuele kennis op dat gebied.
DOCUMENT
Since 2000, all Dutch Universities of Professional Education are confronted with three major renewals. The first was the European agreement to implement the Bachelor-Master system in Higher Education. The second was the strong tendence to renew eduction towards Competence Based Education. The third renewal came from the decision of the ministery of Education to contract lectures (lectoren) and research networks (kenniskringen) to improve research competences among students. Basic idea behind the latest renewal was that if students from Universities of Professional Education bring in more knowledge in companies, during and after their study, this will stimulate the innovative power of Dutch small and medium enterprices (SME’s). Educational developers have been very bussy with these renewals. Under the cloak of national assurance guidelines and external panels of inspection many educational developers automatically tended to use the instrumental paradigm for many design contexts. In accordance with the research of Gustafson (1993) and Richey (1993) we raised questions about the relevance of the instrumental paradigm for educational design contexts, because often the means-end thinking of the instrumental approach have seemed to be out of place. This research project by Lappia, De Boer & Van Rennes took place in 2006 at INHOLLAND university of professional education in the western part of The Netherlands with four pilots at School of Technology, Social Work, Education and Economics. The researchers started from the assumption that improving competence-based internships could not been based on an instrumental paradigma, because of the lack of absolute standards and the need to support deliberation among stakeholders. The Design Science Approach of Van Aken (2004) and Andriessen (2004) was been used to reveal field-tested and grounded technological rules as design specifications for improvement tools. Beside that the research project used the communicative paradigm (Visscher-Voerman & Gustafson, 2004) to reach consensus among the practitioners, who accompanion students during their internships in organisations in order to achieve a growth of competences in the choosen working field. Participants in the research project were employees of the School of Education, The School of Technology and the School of Economics, the department of Education, Quality, Research and development (OKR). Conditions for participating in the project were that the Schools recognized the problems with implementing Competence Based Internship and the School had to set the employees whe participated in the project free for half a day during the project. The Schools as stakeholders in the project were primary interested in solution of their practical problem (practical stream). The department of Education, Quality, Research and development was interested in solution of the pratical problem for dissemination reasons, but would also learn new strategies for implementation (knowledge stream). Therefore was choosen to follow the Design Science Research Approach.
DOCUMENT
Het doel van de klinische forensische zorg, of meer specifiek de tbs-maatregel, is het beveiligen van de maatschappij; op korte termijn door iemand uit de maatschappij te halen en op langere termijn door behandeling gericht op het verlagen van risicofactoren en het opbouwen of versterken van beschermende factoren. In de media verschijnen met enige regelmaat kritische verhalen over de forensische zorg, meestal naar aanleiding van een ernstig incident, zoals een delict gepleegd door een tbs-patiënt op verlof. De vraag die daarbij steeds wordt opgeworpen, is hoe effectief de tbs-maatregel en behandeling in de forensische zorg is. Het is logisch dat er maatschappelijke onrust ontstaat bij ernstige incidenten en de opgeworpen vragen vanuit de maatschappij zijn terecht. Toch is enige nuancering hier op zijn plaats, aangezien recidive tijdens forensische behandeling uitzonderlijk is. Zo werd in een recent onderzoek met gegevens van het Adviescollege Verloftoetsing tbs (AVT) gevonden dat slechts bij 0,15% van de 15.050 positief beoordeelde verlofaanvragen sprake was van een ongeoorloofde afwezigheid met recidive. Verder blijkt al jaren uit onderzoek van het Wetenschappelijk Onderzoek- en Datacentrum (WODC) dat ernstige recidive na ontslag uit de forensische zorg, met name de tbs, relatief laag is, in ieder geval aanzienlijk lager dan na een gevangenisstraf. Hierbij dient aangetekend te worden dat de cijfers lastig te vergelijken zijn vanwege belangrijke verschillen tussen de groepen. De recidivecijfers tijdens en na forensische zorg zijn dus relatief gunstig, maar een delict kan enorme impact hebben en het zo veel mogelijk voorkomen van recidive blijft het ultieme doel van de behandeling in de forensische zorg. Het is nog onduidelijk wat precies bijdraagt aan recidivereductie en hoe behandeleffectiviteit of behandelsucces gedefinieerd kan worden.
DOCUMENT
Critical incident response (CIR) has evolved to require a high level of cultural competence, customization, and adaptability to meet the needs of client organizations while incorporating clinical best practices and current research. The Critical Incident Outcome Measure (CIOM) is a timely and pioneering evidence-based evaluative tool developed by Morneau Shepell over the course of a four-year period. The CIOM tool, based on the Workplace Outcomes Suite (WOS) tool originally developed in 2010, was developed in 2016 [Herlihy et.al., 2018]; beta tests and modifications, along with the publication of a validation paper, were completed in 2017; further feedback was incorporated and an implementation plan developed in 2018; and full program implementation began in 2019.
LINK
Informatiebeveiliging is actueel. Hoe vaak lezen we in de krant niet dat er weer een bedrijf of instelling getroffen is? En dan valt het nog mee als de schade zich beperkt tot één organisatie, want voor hetzelfde geld wordt een hele regio 'platgelegd', zoals heel Rome door een grootschalige stroomstoring op 28 september jl. Dat kan hier ook gebeuren. En de berichten in de media zijn nog maar het topje van de ijsberg; dat zijn de echte calamiteiten, waarbij doden en gewonden zijn gevallen. Kleinere incidenten komen veel vaker voor. Vaker dan u denkt. Elk moment kan uw computer crashen, een hacker uw website binnendringen, het netwerk verstopt raken, of een nieuw computervirus uw bestanden aantasten. We hebben de neiging om de kans van al die bedreigingen te bagatelliseren. Hoe vaak hoor je niet uitspraken zoals bijvoorbeeld "er is bij ons toch niets te halen", of "de kans op brand is zó klein"? We hebben er zelfs een spreekwoord voor, eentje over een kalf en een put. Blijkbaar is het heel gewoon om niets te doen tot het te laat is; tot we zelf getroffen zijn. En als er dan wel maatregelen getroffen worden, dan is het vooral om huis en haard te beschermen. Maar hoe zit het dan met de informatiesystemen en de peperdure informatie daarin? De informatie waar het voortbestaan van de organisatie van afhangt? Daaraan moet nog heel wat verbeterd worden.
DOCUMENT
In dit hoofdstuk wordt het Nederlandse beleid geschetst van het tegengaan van radicalisering en het voorkomen van terroristisch geweld. Hierin neemt het ‘Actieprogramma integrale aanpak Jihadisme’ een belangrijke plaats in. Besproken wordt wat er goed gaat en wat de ontwikkelingsvragen zijn. Het hoofdstuk eindigt met een beschouwing over de behoefte aan sociale innovatie. Aangezien een aantal preventieve interventies behoorlijk ingrijpend kunnen zijn, is het zaak om bij de uitvoering te letten op eenduidigheid en adequate rechtsbescherming.
MULTIFILE
Inleiding in Lessen uit uit crises en mini-crises 2012. In deze publicatie staan twintig bijzondere gebeurtenissen uit 2012 centraal. Het betreffen incidenten, calamiteiten en verstoringen van de openbare orde en veiligheid. Daarmee is niet gezegd dat wij de meest kritieke momenten of crisisachtige gebeurtenissen van 2012 behandelen. Wij behandelen in dit boek een breed palet aan crisissituaties, variërend van klassieke (dreigende) ongevallen en rampen zoals wateroverlast, vervoerscalamiteiten (auto, bus, trein, schip) en aangestoken branden, tot meer afwijkende en atypische gebeurtenissen als de Facebookrellen in Haren, de asbestzaak in Utrecht en de dood van een grensrechter in Almere. Sommige van de in deze bundel opgenomen gebeurtenissen zullen de meeste lezers zich nog wel herinneren, andere gebeurtenissen zijn al weer vergeten. Mogelijk dat de foto’s en tweets bij de casus bijdragen aan de herkenning; beelden blijven immers vaak beter hangen dan woorden. Alle foto’s zijn afkomstig van tweets die ten tijde van de gebeurtenis zijn verzonden en zijn met toestemming van de makers hier opgenomen. Wij hebben er bewust voor gekozen de snelle opkomst van deze nieuwe, sociale media op deze manier te illustreren.
DOCUMENT
In deze publicatie staan twintig bijzondere gebeurtenissen uit 2012 centraal. Het betreffen incidenten, calamiteiten en verstoringen van de openbare orde en veiligheid. Daarmee is niet gezegd dat wij de meest kritieke momenten of crisisachtige gebeurtenissen van 2012 behandelen. Wij behandelen in dit boek een breed palet aan crisissituaties, variërend van klassieke (dreigende) ongevallen en rampen zoals wateroverlast, vervoerscalamiteiten (auto, bus, trein, schip) en aangestoken branden, tot meer afwijkende en atypische gebeurtenissen als de Facebookrellen in Haren, de asbestzaak in Utrecht en de dood van een grensrechter in Almere. Sommige van de in deze bundel opgenomen gebeurtenissen zullen de meeste lezers zich nog wel herinneren, andere gebeurtenissen zijn al weer vergeten. Mogelijk dat de foto’s en tweets bij de casus bijdragen aan de herkenning; beelden blijven immers vaak beter hangen dan woorden. Alle foto’s zijn afkomstig van tweets die ten tijde van de gebeurtenis zijn verzonden en zijn met toestemming van de makers hier opgenomen. Wij hebben er bewust voor gekozen de snelle opkomst van deze nieuwe, sociale media op deze manier te illustreren.
DOCUMENT
Manifest en verslag naar aanleiding van het legal design symposium van 23 april 2021
DOCUMENT
In Nederland staat het traditionele aanbod aan hulpverlening, dienstverlening en maatschappelijke ondersteuning onder druk. Onder invloed van maatschappelijke en beleidsmatige ontwikkelingen in Nederland lijken de hulpverlenings-, welzijns- en zorginstellingen steeds meer naar elkaar toe te groeien. Er ontstaan samenwerkingsverbanden waarin elke participant vanuit eigen verantwoordelijkheid en deskundigheid zijn eigen bijdrage levert. Dergelijke samenwerkingsverbanden worden “ketens” genoemd. Om het ontstaan van deze ketens goed te kunnen begrijpen worden in dit artikel eerst de belangrijkste maatschappelijke en beleidsmatige ontwikkelingen beschreven, die van invloed zijn op de praktijk van hulpverlening, dienstverlening en maatschappelijke ondersteuning in Nederland. Vervolgens worden verschillende manieren van multiprofessionele samenwerking in Nederland op het gebied zorg, hulp- en dienstverlening met elkaar vergeleken. Tenslotte wordt de ketenbenadering geïllustreerd met een good-practice-voorbeeld: de ketenbenadering van voetbalvandalisme bij SportClub Cambuur te Leeuwarden. Het artikel wordt besloten met enkele kritische kanttekeningen.
DOCUMENT