In dit hoofdstuk wordt het Nederlandse beleid geschetst van het tegengaan van radicalisering en het voorkomen van terroristisch geweld. Hierin neemt het ‘Actieprogramma integrale aanpak Jihadisme’ een belangrijke plaats in. Besproken wordt wat er goed gaat en wat de ontwikkelingsvragen zijn. Het hoofdstuk eindigt met een beschouwing over de behoefte aan sociale innovatie. Aangezien een aantal preventieve interventies behoorlijk ingrijpend kunnen zijn, is het zaak om bij de uitvoering te letten op eenduidigheid en adequate rechtsbescherming.
MULTIFILE
De resultaten van het onderzoek naar de Lokale Energie Initiatieven in de provincie Groningen
DOCUMENT
In dit artikel wordt kort ingegaan op de Warmtewet 2014 en uitgebreider ingegaan op de herziening van 2018 en de toekomstige wijzigingen in het kader van de energietransitie. Daarnaast wordt een overzicht gegeven van de verplichtingen voor lokale overheden die voortvloeien uit deze Warmtewet en wordt bekeken welke rol lokale overheden gaan innemen in de transitie naar warmtenetwerken. Omdat er tevens diverse verplichtingen – die betrekking hebben op de warmtevoorziening – voortvloeien uit het Klimaatakkoord, de regionale energiestrategieën en de Omgevingswet, worden deze ook meegenomen in het overzicht. Gebleken is dat het nog niet altijd helder is wat de wetgever bedoelt.
LINK
Dit rapport legt uit hoe lokale voedselinitiatieven en andere buurtprojecten kunnen helpen om gezond eten beter bereikbaar te maken voor mensen met een laag inkomen in Almere. Geld is niet de enige reden waarom dit moeilijk is; ook afstand, kennis en sociale factoren spelen een rol. Oplossingen zijn betere samenwerking, meer informatie en aanpassingen in de omgeving. Zo kunnen lokale initiatieven en de overheid helpen. Het doel is dat gezond eten voor iedereen bereikbaar wordt.
DOCUMENT
Aan het begin van de coronapandemie had bijna 70 procent van de Nederlandse bevolking vertrouwen in de landelijke overheid. Anderhalf jaar later is dat nog maar een krappe 30 procent. Wat is de achtergrond van dit afbrokkelende vertrouwen? In wie hebben mensen nog wel veel vertrouwen? En hoe kan het vertrouwen in de overheid hersteld worden? Het vertrouwen in de Nederlandse overheid staat onder druk. Diverse onderzoeken laten zien dat van de hoge mate van vertrouwen aan het begin van de coronapandemie nu, ruim anderhalf jaar later, nog maar weinig over is. In dit artikel, gebaseerd op het recent verschenen rapport De laag-vertrouwensamenleving, gaan we allereerst in op de cijfers: hoe heeft het vertrouwen in de overheid en andere instanties en personen zich de afgelopen tijd ontwikkeld? We besteden ook aandacht aan de verschillen hierin tussen sociale groepen. Vervolgens gaan we in op de vraag wat er nodig is om vertrouwen in de overheid te herstellen. Op basis van gesprekken met professionals, beleidsmakers en vertegenwoordigers van verschillende doelgroepen bieden we concrete aanbevelingen.
MULTIFILE
In deze bijdrage wordt verkend welke positie de lokale overheid inneemt bij de aanpak van leegstand van bedrijfsmatig vastgoed en welke implicaties deze opstelling heeft voor het handelen van de publieke professional. Aan de analyse ligt een praktijkconsultatie met vertegenwoordigers van gemeenten, provincies en regionale samenwerkingsverbanden ten grondslag. Deze consultatie had als doel te verkennen wat de praktische obstakels, kennis- en uitvoeringsvragen zijn waar publieke professionals bij hun taakuitvoering tegenaan lopen. Het artikel bespreekt de voornaamste bevindingen van de vraagarticulatie en reflecteert aan de hand hiervan op de verschuivende verhoudingen tussen publieke en private actoren in de aanpak van werk- en winkellocaties. De tekst sluit af met een pleidooi voor de vorming van een regionale community of practice waarin publieke professionals ondersteund kunnen worden bij de ontw
DOCUMENT
Op 4 december 2014 vond de 3e bijeenkomst plaats van de zogenaamde Politiekring: een bijeenkomst van wetenschappers (van uiteenlopende disciplines) en de DG Politie (met vertegenwoordigers van zijn directoraatgeneraal), waarin vrijelijk van gedachten wordt gewisseld over uitdagingen voor de politie. De kring staat onder voorzitterschap van Job Cohen. De bijeenkomst stond dit keer in het thema van de relatie overheid- particulieren. De aftrap tot de discussie werd gevormd door de paper.
DOCUMENT
Elke dag worden wij geconfronteerd met de internationalisering van ons bestaan en met het doorbreken van grenzen. Dramatische gebeurtenissen zoals terreuraanslagen in New York, Moskou, Istanbul of Madrid, maar ook zaken als de georganiseerde misdaad, de uitbraak van ziekten in de veestapel, de immigratie, het internet- en e-mailverkeer, het wegverkeer of vliegverkeer - het zijn allemaal verschijnselen, die zich weinig lijken aan te trekken van landsgrenzen. Toch verwachten wij, als zich problemen voordoen, dat onze overheid - of liever gezegd onze overheden - met een effectief antwoord komen. Om zo'n antwoord te kunnen waarmaken, moeten overheden hun plaats, en dus hun grenzen, kennen. Vandaar het onderwerp van deze intreerede.
DOCUMENT
Het Kenniscentrum Sociale Innovatie van Hogeschool Utrecht doet onderzoek naar de maatschappelijke effecten van de lokale aanpak extremisme. Centraal staat daarbij de vraag: beschikken eerstelijnswerkers over de nodige kennis en begrip om de mate van bereidheid voor (gewelddadig) extremisme en terrorisme van een individu te beoordelen? Vandaag komt het tweede rapport uit in een reeks van drie. Het verkennende onderzoek richt zich op risico-inschattingen van lokale veiligheidsprofessionals aangaande de volgende vraag: in hoeverre is een jongere over wie signalen van vermeende radicalisering binnenkomen, bereid om geweld te gebruiken? In de meeste gevallen gaat het wellicht om vijandige uitingen of gedrag, maar niet om jongeren die voornemens zijn om daadwerkelijk gewelddadige acties te ondernemen. Als zodanig beslissen eerstelijnsprofessionals bij het adresseren van risico’s of bedreigingen tegelijkertijd ook over het recht op vrijheid van meningsuiting. Dan is het wel van groot belang om in kaart te brengen hoe vermeende signalen gewogen en geduid worden op gemeentelijk niveau.
DOCUMENT
Leegstand domineert het debat en de beeldvorming over de vastgoedmarkt in Nederland. Vrijwel dagelijks berichten media over de ernst en toename van incourante en inefficiënt gebruikte kantoren, winkels en bedrijventerreinen, de daaraan gekoppelde waardedaling van het vastgoed en de ruimtelijke, economische en sociale gevolgen van leegstand voor zowel de betrokken vastgoedpartijen als de samenleving als geheel. In deze bijdrage verkennen we welke posities de overheid inneemt bij de aanpak van leegstand en welke implicaties deze opstelling heeft voor het handelen van medewerkers van gemeenten, provincies en regionale samenwerkingsverbanden: de publieke professional. We bespreken de praktische obstakels, kennis- en uitvoeringsvragen waar publieke professionals bij hun taakuitvoering tegenaan lopen en reflecteren aan de hand hiervan op de verschuivende verhoudingen tussen publieke en private actoren in de aanpak van werk- en winkellocaties. Het artikel sluit af met een pleidooi voor de vorming van een regionale ‘community of practice’, waarin publieke professionals ondersteund kunnen worden bij de ontwikkeling en uitwisseling van kennis, data en gereedschappen
DOCUMENT