In de geestelijke gezondheidszorg wordt in toenemende mate wetenschappelijk onderzoek gedaan, vooral in het kader van opleidingen. Er is onbekendheid met de regelgeving en ethiek bij beginnend onderzoekers. Zorgvuldige overwegingen - conform de richtlijnen voor good clinical practice (gcp) en medisch-ethische toetsing, worden daardoor lang niet altijd gemaakt. DOEL Beschrijven van praktische handvatten en stimuleren van het medisch-ethische denken bij patiëntgebonden onderzoek in de geestelijke gezondheidszorg. METHODE In dit artikel wordt een op de praktijkbehoefte gebaseerd overzicht van praktische handvatten en ethische overwegingen gegeven. RESULTATEN Dit artikel benadrukt dat onderzoekers reeds vóór de start van het onderzoek belangrijke afwegingen dienen te maken. Instructies daarvoor en richtlijnen voor medisch-ethische toetsing zijn te vinden in: het richtsnoer voor good clinical practice, het stroomschema van de Centrale Commissie Mensgebonden Onderzoek (ccmo) met de bijbehorende e-learningmodule en in de basiscursus ‘Regelgeving en organisatie voor klinisch onderzoekers’(brok). Praktische tips, geïllustreerd met voorbeelden, schetsen een kader om het medisch-ethisch denken te stimuleren. Tot slot is het van belang om de organisatorische inbedding van onderzoek in het kader van opleidingen te verbeteren. CONCLUSIE Basisinformatie over gcp en medisch-ethische toetsing bij patiëntgebonden onderzoek is via diverse kanalen beschikbaar. De uitdaging zit vooral in de inbedding van gcp in patiëntgebonden onderzoek door beginnend onderzoekers in de ggz.
DOCUMENT
In het rapport ‘Artificiële Intelligentie en passende zorg’ van het Zorginstituut Nederland worden kansen en uitdagingen van AI binnen de zorg belicht. Artificiële Intelligentie (AI) biedt ook talrijke mogelijkheden voor de medisch specialistische revalidatiezorg (MSR). Aan de hand van dit rapport beschouwen we de kansen en uitdagingen van AI voor de MSR. Samenwerking binnen de revalidatiesector is daarbij essentieel om AI-toepassingen effectief en verantwoord te integreren in de revalidatiezorg.
DOCUMENT
Verpleegkundigen zijn essentieel voor het leveren van goede ziekenhuiszorg. Wanneer zij niet toekomen aan het geven van noodzakelijke zorg leidt dit tot niet-verrichte zorg. Dit heeft negatieve gevolgen voor de patiënt en de arbeidstevredenheid van de verpleegkundige. Het toepassen van vakinhoudelijk leiderschap door verpleegkundigen op de werkvloer is geassocieerd met betere patiëntenuitkomsten en minder verloop van personeel. Verpleegkundigen hebben echter moeite om invulling te geven aan vakinhoudelijk leiderschap in concrete zorgsituaties. Het Kiezen voor Beter onderzoeksprogramma, uitgevoerd door het lectoraat Verpleegkundig Leiderschap & Onderzoek voor Goede Zorg van NHL Stenden Hogeschool en het Medisch Centrum Leeuwarden heeft als doel verpleegkundigen te ondersteunen in het ontwikkelen en toepassen van vakinhoudelijk leiderschap, in samenspraak met de patiënt. Hierbij worden de principes van participerendactieonderzoek en methoden van Practice Development toegepast om tot een duurzame praktijkverandering te komen. Deze rapportage beschrijft een verkenning van niet-verrichte zorg en de verpleegkundige percepties van eigen vakinhoudelijk leiderschap op drie verpleegafdelingen (B, T en U) in het Medisch Centrum Leeuwarden in de periode september 2020 tot juni 2021. Per afdeling is een keuze gemaakt in het aan te pakken praktijkprobleem.
DOCUMENT
Ook beschikbaar via https://research.hanze.nl/ws/portalfiles/portal/16474191 Praktijkgericht onderzoek in het hoger beroepsonderwijs heeft als doel om nieuwe kennis te ontwikkelen die een bijdrage kan leveren aan de (beroeps)praktijk. Hanzehogeschool Groningen ontwikkelde hiertoe in samenwerking met Hogeschool Utrecht een nieuw, domeinoverstijgend hulpmiddel: het Praktijkgereedheid van Onderzoek-model (PRO-model).
DOCUMENT
Een praktijkgericht onderzoek in het hbo heeft als doel om nieuwe kennis te ontwikkelen die een bijdrage kan leveren aan de (beroeps)praktijk. Praktijkgerichte onderzoekers in het hbo zouden zich daarom moeten afvragen in welke mate hun onderzoek een duurzame bijdrage levert. Wij presenteren hiertoe een domein-overstijgend hulpmiddel: Het Praktijkgereedheid van Onderzoek-model (PRO-model). We definiëren daarin de praktijkgereedheid van onderzoek als de mate waarin onderzoeksactiviteiten bijdragen aan veranderingen in de praktijk die blijvend zijn, ook nadat het onderzoek is afgerond.
MULTIFILE
A loss of physical functioning (i.e., a low physical capacity and/or a low physical activity) is a common feature in patients with chronic obstructive pulmonary disease (COPD). To date, the primary care physiotherapy and specialized pulmonary rehabilitation are clearly underused, and limited to patients with a moderate to very severe degree of airflow limitation (GOLD stage 2 or higher). However, improved referral rates are a necessity to lower the burden for patients with COPD and for society. Therefore, a multidisciplinary group of healthcare professionals and scientists proposes a new model for referral of patients with COPD to the right type of exercise-based care, irrespective of the degree of airflow limitation. Indeed, disease instability (recent hospitalization, yes/no), the burden of disease (no/low, mild/moderate or high), physical capacity (low or preserved) and physical activity (low or preserved) need to be used to allocate patients to one of the six distinct patient profiles. Patients with profile 1 or 2 will not be referred for physiotherapy; patients with profiles 3–5 will be referred for primary care physiotherapy; and patients with profile 6 will be referred for screening for specialized pulmonary rehabilitation. The proposed Dutch model has the intention to get the right patient with COPD allocated to the right type of exercise-based care and at the right moment.
DOCUMENT
De komst van ervaringsdeskundigen in de beroepspraktijk van de langdurige geestelijke gezondheidszorg is een relatief nieuw fenomeen. Hun komst wordt geduid als onderdeel van een paradigmaverschuiving (Goossens, 2010; Van Erp et al, 2012; Stam, 2012). Het betreft een verschuiving van een meer medisch georiënteerd model naar een model gericht op concepten als herstel, empowerment en zelfregie. Er bestaat over de inzet van ervaringsdeskundigen als onderdeel van het zorgaanbod nog veel onduidelijkheid. In twee onderzoeksprojecten staat de inzet van ervaringsdeskundigen centraal, namelijk in het project Who Knows?! aan de Hogeschool van Amsterdam en het project Vriend GGz aan de Hogeschool Utrecht. Beide projecten lopen nog; het praktijkgerichte gedeelte van Who Knows?! wordt afgerond in 2013, het gelijknamige promotietraject in 2015. Het onderzoeksproject Vriend GGz wordt in de loop van 2013 afgerond. In dit artikel willen we kennis delen over de wijze waarop wij kwalitatief onderzoek doen naar deze nieuwe ontwikkeling.
DOCUMENT
Op 16 maart sloten alle opleiding in het Hoger Onderwijs hun deuren in verband met de maatregelen als gevolg van de COVID-19 pandemie. Dit was ook het geval voor de opleiding Medische Beeldvormende en Radiotherapeutische Technieken (MBRT) van de Hogeschool Inholland in Haarlem. Deze vier jarige hbo-opleiding leidt studenten op voor het werk als Medisch Beeldvormings- en Bestralingsdeskundigen (MBB-er) in de Medische Beeldvormende vakgebieden en in de Radiotherapie. Voor dit onderwijs heeft de opleiding een skills lab met daarin diverse beeldvormende apparatuur en een virtuele versneller. Deze virtuele versneller is ontwikkeld door het Britse bedrijf Vertual en wordt naast de MBRT-opleiding van Hogeschool Inholland ook door vergelijkbare opleidingen gebruikt.
DOCUMENT
"In het kader van het Programma Samenwerking DJI-3RO zijn zomer 2019 onder de noemer ‘Effectieve Praktijken’ experimenten gestart in negen verschillende Penitentiaire Inrichtingen (Heerhugowaard, Nieuwegein, Roermond, Schiphol, Veenhuizen, Vught, Zaanstad, Zutphen, Zwolle). Daarnaast startte in januari 2020 het project ‘Selectie Ondersteunend Model (SOM)’ in twee andere Penitentiaire Inrichtingen (Arnhem, Sittard). Doel van beide initiatieven is het betrekken van de specifieke expertise van de reclassering om re-integratietrajecten voor gedetineerden te versterken en terugval in delinquent gedrag te helpen voorkomen. Het (intensiveren van het) samenwerken met gemeenten en met andere ketenpartners ligt hierbij voor de hand. Hogeschool Utrecht (HU) heeft van september 2019 tot en met juni 2021 onderzoek gedaan naar de experimenten binnen het project Effectieve Praktijken en van februari 2020 tot en met juni 2021 naar de ontwikkeling van het SOM. Deel 1 van ‘Binnen beginnen om buiten te blijven’ (Eindrapport Effectieve Praktijken en Selectie Ondersteunend Model) beschrijft de eindresultaten van beide onderzoeken."
DOCUMENT