Dit rapport is het verslag van een literatuurstudie naar rekenonderwijs in cluster 2 en heeft tot doel uitgangspunten voor rekenonderwijs aan deze doelgroep vast te leggen. De checklist in dit rapport biedt aanknopingspunten om het rekenonderwijs in cluster 2 in beeld te brengen en afstemming op de onderwijsbehoeften van leerlingen met auditieve beperkingen mogelijk te maken. De didactische aanpak vraagt hierbij nog veel aandacht. Tot nu toe is er weinig tot geen onderzoek gedaan in Nederland naar de gecijferdheid van dove en slechthorende kinderen (zie bijvoorbeeld Crasborn e.a. 1999; Gehoor in onderzoek 2010, maar ook Van Dijk 1968). De lectoraten Gecijferdheid en Dovenstudies van het Kenniscentrum Educatie van de Faculteit Educatie van Hogeschool Utrecht hebben het initiatief genomen om een verkennend onderzoek te doen naar de rekenwiskunde vaardigheden bij dove en slechthorende kinderen in het speciaal basis onderwijs. Een school1 voor dove kinderen was bereid aan dit onderzoek mee te werken.
Van Schijndel en Van den Bogaerde hebben onderzoek gedaan naar een doelgroep waar nog weinig over bekend is: dove kinderen met een meervoudige beperking. In dit onderzoek hebben zij zich specifiek gericht op de ontwikkeling van gebarentaalvaardigheden van deze doelgroep. Hieruit blijkt dat doelgerichte interventie op de gebarentaalontwikkeling van drie dove leerlingen met een verstandelijke beperking blijvend effect heeft op de communicatieve ontwikkeling van deze leerlingen. Het effect van het onderzoek is zowel terug te zien in de testresultaten als in het dagelijks functioneren. In dit artikel wordt de interventie aan één van de drie leerlingen uitgebreid beschreven
In de laatste jaren is er in Nederland toenemende aandacht voor de condities waarin leerlingen les krijgen. Randvoorwaarden zoals temperatuur, akoestiek, luchtkwaliteit, lichtkwaliteit en beschikbare ruimte vormen met elkaar de basisomstandigheden waarin leerlingen en leerkrachten functioneren. Er is betrekkelijk weinig aandacht voor de invloed die akoestiek en luisteromstandigheden hebben op het leerproces van de leerlingen, terwijl het evident is dat deze enkele van de belangrijkste randvoorwaarden vormen voor het kunnen volgen van het onderwijs in de klas. De verwerving van taal èn het leerproces op school vinden immers voor een groot deel plaats via luisteren en talige interactie. Om meer inzicht te krijgen in de invloed die luisteromstandigheden in de klas hebben op leerlingen, is een onderzoek uitgevoerd met klassenversterkingsapparatuur, ook wel Soundfield apparatuur genaamd. Het onderzoek vond plaats op vijf Friese basisscholen in tien verschillende klassen en duurde vier weken. De Soundfield apparatuur bestaat uit een leerkrachtmicrofoon met zender en een luidsprekersysteem met versterker en ontvanger. Met de apparatuur ontstaat er een gelijkmatig „geluidsveld‟ in de klas, waardoor de leerkracht overal even goed hoorbaar is. Er werd gebruik gemaakt van apparatuur met infrarood technologie (Redcat: Infrared Classroom Amplification Technology van Lightspeed Technology).