'Nederland bereidt zich voor op de gevolgen van klimaatverandering en past de leefomgeving hierop aan. Met een stijgende temperatuur krijgen we extremere regenbuien, hittegolven, langere droge periodes met bodemdaling, terwijl de zeespiegel juist stijgt. Klimaatverandering heeft grote gevolgen voor de leefbaarheid in steden, de gezondheid van mensen en de economie, dus zoeken overheden, ondernemers en kennisinstellingen naar nieuwe praktische toepasbare oplossingen om de stad toekomstbestendig te maken en de leefbaarheid te verbeteren. Hierbij is samenwerken en beproefde innovatie van groot belang en kunnen klimaatproeftuinen een grote rol spelen. '
LINK
Circulaire economie; wat betekent dat bedrijfseconomisch
DOCUMENT
Dat het slecht gaat met de biodiversiteit in Nederland weten we allemaal. Dat weten we doordat vele mensen zich bezig houden met het waarnemen van soorten. Zij geven hun waarnemingen door via sites zoals www.waarneming.nl. Het aantal plaatsen in Nederland waar langdurig gemonitord wordt, dus systematisch jaarrond gekeken wordt hoe het met een bepaalde soortgroep staat, is echter beperkt. De groene hogescholen in Nederland proberen een bijdrage te leveren aan deze kennisleemte door monitoring beter te integreren in het onderwijs. In dit webinar werd verteld welke protocollen, methoden, apps en technieken beschikbaar zijn voor monitoring. Studenten en docenten kunnen hiermee gegevens verzamelen over planten, insecten en vleermuizen en uiteindelijke de nationale databanken vullen. Ook werden voorbeelden getoond van succesvol gebruik van protocollen en technieken in het onderwijs en werd er stilgestaan bij de vraag hoe de bijdrage van onderwijs en burger aan het monitoren van biodiversiteit verder versterkt kan worden.
MULTIFILE
Graverij in oevers en waterkeringen door muskusratten, beverratten en binnenkort door bevers leidt in ons waterrijke Nederland tot aanzienlijke veiligheidsrisico’s, economische schade en structurele kosten. Vanwege zijn snelle opmars zal ook de bever, in navolging van de muskus- en de beverrat om beheersmaatregelen vragen, zij het andere want de bever is beschermd. Met een beter begrip van het gedrag en het terreingebruik van bevers is het wellicht mogelijk om ze zodanig te ‘sturen’ dat schade aan waterkeringen kan worden voorkomen. En waar doding van muskus- en beverratten noodzakelijk blijft, levert meer inzicht in het gedrag de mogelijkheid om dieren sneller en doelmatiger te vangen, hetgeen er voor zorgt dat er minder dieren gevangen en gedood hoeven te worden, dat er minder vangmiddelen ingezet hoeven te worden en dat er minder bijvangst is. De praktijkvraag van de waterschappen luidt dan ook: ‘Wat kunnen we leren van het gedrag en het terreingebruik van muskusratten, beverratten en bevers in Nederland teneinde graverij in waterkeringen en oevers te voorkomen’. Om het gedrag van deze dijkgravers beter in beeld te kunnen brengen ontwikkelen en gebruiken we zenders die zijn uitgerust met gps-locatie en gedragssensoren en die via LoRaWan kunnen worden uitgelezen. De belangrijkste onderzoeksvragen zijn: 1. Welke factoren beïnvloeden het dispersiegedrag van muskusratten, beverratten en bevers en bepalen de locatie van schuil- en nestplaatsen. Deze kennis draagt bij aan preventie (mitigatie van negatieve effecten) van graverij en kan gebruikt worden om vangstmethodes te optimaliseren. 2. Hoe kunnen we bestaande communicatie technologie en innovatieve methoden inzetten om voor real-time langeafstandscommunicatie (met weinig vermogen) toepassingen te ontwikkelen waarmee semi-aquatische knaagdieren kunnen worden gevolgd en hun gedrag in kaart kan worden gebracht.
Beleidsambities lopen achter op de wetenschappelijk aangetoonde noodzakelijke snelheid van verandering gegeven de afspraken in het Akkoord van Parijs. Door de veelomvattendheid van het brede duurzaamheidsvraagstuk is verbinding van en afstemming tussen verschillende expertises en lectoraten noodzakelijk. Door het samenbrengen van lectoren van verschillende domeinen en sectoren zal kennis rondom succesfactoren en kennisontwikkeling in systeemtransities ten behoeve van klimaatadaptatie en -mitigatie breder verspreid en toegepast worden, ten einde gedragsverandering, gedragsbeïnvloeding, technische innovatie en natuurlijke processen elkaar te laten versterken. Transdisciplinair praktijkgericht onderzoek naar systeemtransities wordt aangejaagd. Het vernieuwende aan dit lectorenplatform is dat het sector- en domeinoverstijgend is. De eigen onderzoeksagenda wordt in samenwerking en in een netwerk met andere lectorenplatforms opgesteld en ook de output wordt in dat netwerk gedeeld. In bijeenkomsten van het platform worden succesfactoren en de rol van praktijkgericht onderzoek in systeemtransities besproken. Inzichten worden verzameld in een whitepaper met hierin 1) Visie rol toegepaste praktijkonderzoek in transities en 2) Systeemtransities: succesfactoren vanuit de praktijk. De informatie wordt verzameld en gedeeld in 6 fysieke en 6 online bijeenkomsten gedurende de 2-jarige looptijd van het platform. De kennis wordt gepubliceerd op een website die gevuld wordt met bijvoorbeeld andere vormen van communicatie zoals kennisclips, factsheets, storymap etc. Naast het opdoen van kennis wordt ook inspiratie gedeeld om hogescholen (op het niveau van de instelling en t.a.v. van onderwijs en onderzoek) systeemgericht te verduurzamen onder het motto: Verbeter de wereld begin bij jezelf. We streven ernaar dat op termijn al het hbo-onderwijs een vorm van duurzaamheid en transities in het curriculum opneemt, zodat er transitie-inclusieve curricula ontstaan. De rol van het LLKS hierin is ophalen en het verspreiden van ideeën en best practices vanuit het platform naar alle hbo- organisaties. Uiteindelijk wordt alle kennis gedeeld op een (eind)symposium waar op een interactieve manier van elkaar geleerd wordt.
Samenwerkingsverband Op vijf hogescholen (Aeres, HAS-greenacademy, Inholland, Saxion en Van Hall Larenstein) vindt toegepast onderzoek plaats naar bodem en ondergrond. Dit gebeurt in onderlinge afstemming, regionale kenniscentra en netwerken. Vanwege de toenemende aandacht voor toegepaste kennisontwikkeling en kennisinfrastructuur rondom bodem en ondergrond en de samenhang tussen verschillende maatschappelijke opgaven, programma’s en activiteiten, is versterking van de verbinding en uitwisseling van kennis tussen bodemlectoraten op de vijf hogescholen cruciaal. Voorts bestaat erbij (nationale) overheden en bedrijfsleven behoefte aan een centraal aanspreekpunt voor het bodem gerelateerde praktijkgericht onderzoek aan de hogescholen. Doelstelling Door kennis, onderzoeksresultaten, faciliteiten en ervaringen te bundelen en te delen kunnen we effectiever onderzoeken aanvragen en uitvoeren, en bijdragen aan de realisatie van beleidsopgave: alle landbouwbodems in Nederland duurzaam beheerd in 2030. Voor de gewenste inhoudelijke afstemming en kennisontwikkeling vragen we de platformregeling aan. Intentie De vijf hogescholen hebben de intentie om de samenwerking op het gebied van bodem en ondergrond te intensiveren. De bodemgerelateerde lectoraten vinden elkaar op diverse relevante thema’s, zoals bodemkwaliteit, biodiversiteit, voedselproductie, waterbeheer, klimaatadaptatie en -mitigatie, kringlopen, duurzaam gebruik van de bodem, energie, beheer en governance. Insteek is enerzijds om de onderlinge kennisuitwisseling tussen bodemlectoraten te versterken en anderzijds een centraal aanspreekpunt en schakelpunt te vormen en de verbinding te leggen met lectoraten die werken aan gerelateerde thema’s (water, voedsel, biobased, kringlopen, socio-economisch, etc.). We willen gezamenlijk optrekken in kennisontwikkeling en kennisuitwisseling met bedrijfsleven, burgers, overheden en kennisinstellingen. Hiervoor ligt er o.a. een initiatief om, in onderlinge afstemming, regionale kenniscentra in te richten en/of bestaande centra verder te ontwikkelen, waarin kennisdisseminatie en –ontwikkeling centraal staan. Daarnaast ambiëren we een verbeterde afstemming en samenwerking met lopende en nieuwe PPS’en in de topsectoren, met het doel om de impact van deze projecten te ondersteunen en te versterken.