In research into a professional cross-section of dental hygienists, we studied the extent to which task redistribution has an influence on job satisfaction. The research among randomly chosen dental hygienists consisted of questions about organizational and personal characteristics, the set of assigned tasks, task characteristics and job satisfaction. The respondents were divided into 3 clusters which differed in the breadth of their sets of tasks. Although prevention and periodontology services remain the core tasks in dental hygienists' jobs, the degree of task redistribution differed strongly from cluster to cluster. Respondents with a considerable degree of task redistribution experienced the most task variation, but scored significantly lower on the task characteristics autonomy, feedback, task identity and task importance. This explains why redistribution does not directly correspond with a greater degree of job satisfaction. Moreover, it is precisely the dental hygienists with a broad set of tasks who are significantly less satisfied with their salary than those with a traditional set of tasks.
DOCUMENT
In ‘samenwerking’ speelt de psychologische natuur van de mens een merkwaardige rol. Dat wat ons verbindt, kan ons ook verdelen. Zo kan taakherschikking tussen tandartsen en mondhygiënisten zowel een integrale samenwerking accommoderen als weerstand tussen deze beroepsgroepen faciliteren. Enerzijds kan taakherschikking meer flexibiliteit en aansluiting van behandelingen mogelijk maken. Anderzijds kunnen de groepsleden het als een bedreiging ervaren voor hun eigen beroepsidentiteit, voor het economisch bestaansrecht van hun beroepsgroep, of voor de kwaliteit van de mondzorg. Hoe ontwikkelt een team zich en hoe kunt u dat sturen?
DOCUMENT
De internationale belangstelling voor interprofessionele samenwerking is groot. Vanuit wetenschappelijk onderzoek zijn er aanwijzingen dat interprofessionele samenwerking te verkiezen is boven de meer conventionele multiprofessionele manier van samenwerken. Interprofessionele samenwerking tussen tandartsen en mondhygiënisten sluit aan op het beleid met betrekking tot taakherschikking tussen deze beroepsgroepen. In het geval van taakherschikking worden taken c.q. diagnostiek en/of behandelingen over verschillende beroepsgroepen verdeeld. Interprofessionele samenwerking is echter een van de stijlen van samenwerken. Alvorens het onderscheid tussen verschillende stijlen van samenwerken te kunnen maken, is het van belang na te gaan wat samenwerking nu eigenlijk is.
DOCUMENT
Het doel van dit proefschrift betrof het verkennen van attituden en afwegingen rond taakherschikking tussen tandartsen en mondhygiënisten. Daarnaast werd nagegaan welke sociale kenmerken studenten toeschrijven aan elkaar, zichzelf en beide beroepsgroepen. Vervolgens werd het effect van een psychologische interventie in een onderwijssetting onderzocht op interprofessionele communicatie en percepties ten aanzien van interprofessionele taakverdeling. Tandartsen en mondhygiënisten hebben verschillende attituden ten opzichte van taakherschikking, vooral wat betreft de vrijgevestigde praktijk van mondhygiënisten. Dit laatste wordt het minst gewenst door tandartsen. Tandartsen en mondhygiënisten hebben verschillende afwegingen wanneer men een voor- of tegenstander is van dit beleid. De interprofessionele relatie tussen tandartsen en mondhygiënisten komt tot uiting in de attributie van specifieke sociale kenmerken. Tandheelkunde en mondzorgkunde studenten zijn beide de mening toegedaan dat tandartsen meer dominant zijn dan mondhygiënisten. Het faciliteren van interprofessionele groepsvorming kan zowel interprofessionele hiërarchie als tandarts-gecentreerde taakverdeling reduceren. Tijdens het eerste onderzoek (Hoofdstuk 2) werden verschillen tussen tandartsen en mondhygiënisten ontdekt ten aanzien van de taakuitbreiding van de mondhygiënist. De helft van alle tandartsen en de meeste mondhygiënisten hebben hierover een positieve attitude. Een interprofessionele kloof werd gevonden ten aanzien van de zelfstandige praktijkvoering van mondhygiënisten. Een minderheid van alle tandartsen heeft hierover een positieve attitude vergeleken met een meerderheid van alle mondhygiënisten. Dit suggereert dat de acceptatie van een zelfstandige mondhygiënist een groot obstakel is wanneer men taakherschikking wil implementeren. Tandartsen willen controle over de mondhygiënist behouden, daarom is het waarschijnlijk dat taakdelegatie boven taaksubstitutie wordt verkozen. Dit laatste betreft taakherschikking met professionele autonomie.
DOCUMENT
Met een toenemende groep vrouwelijke tandartsen verandert mogelijk de samenwerking tussen tandartsen en mondhygiënisten. Om de eventuele veranderingen in de samenwerking tussen vrouwelijke tandarts en een mondhygiënist ten opzichte van een mannelijke tandarts en een mondhygiënist te achterhalen, worden 2 aspecten bediscussieerd: de behandel- en beroeps visie en de communicatiestijlen. Vrouwelijke tandartsen lijken meer preventief te zijn georiënteerd, meer mensgericht en lijken hierin dus meer op de groep vrouwelijke mondhygiënisten. De communicatiestijl van vrouwelijke tandartsen komt ook overeen met die van hun vrouwelijke collega’s mondhygiënisten; elkaars wensen en verwachtingen lijken vaker met elkaar te zijn afgestemd waardoor een optimale samenwerking tussen beide een grotere kans heeft . Deze preventieve gerichtheid en overeenstemming in communicatiestijl bieden kansen voor meer interprofessionele samenwerking tussen tandarts en mondhygiënist. Maar betekent dit echt een betere samenwerking en hoe zit het met de samen werking met de mannelijke tandartsen en mondhygiënisten?
LINK
The imbalance between demand and supply in Dutch healthcare led to the introduction of task redistribution at the beginning of the 21st century. Some new occupations arrived, and many, especially occupations in allied healthcare, underwent major changes in scope of practice and authorization. One example is dental hygiene, which is the field of study chosen for this thesis.
DOCUMENT
E-health in de mondzorg. Is eHealth de sleutel tot een effectieve bijdrage aan de mondzorg bij thuiswonende ouderen? NTvM, januari 2017 , nummer 1
DOCUMENT
Uit het artikel: "Social media zijn alle internettoepassingen waarmee het mogelijk is om informatie met elkaar te delen op een gebruiksvriendelijke en aantrekkelijke wijze. Niet alleen informatie in de vorm van tekst, maar ook geluid en beeld worden gedeeld via social media websites. Bekende voorbeelden zijn Facebook, Hyves, YouTube, Flickr, LinkedIn en Twitter. Onderzoekers van de Universiteit Twente gaan in opdracht van het Ivoren Kruis interviews houden bij dentale praktijken. Met uw kennis en mening worden vervolgens nieuwe methoden ontwikkeld voortoepassing van social media voor het bevorderen van mondgezondheid bij uw patiënten."
DOCUMENT
De mondgezondheid van veel kwetsbare zorgafhankelijke ouderen is onder de maat. Ook omdat deze groep ouderen steeds langer in hun eigen woonomgeving blijft wonen, hebben zij een verhoogde kans op het krijgen van een slechte mondgezondheid. In een onderzoek zijn de meningen, wensen en behoeft en van verschillende relevante partijen, waaronder ouderen zelf, geïnventariseerd met als doel gemeenschappelijk prioriteiten op te stellen om de mondgezondheid van ouderen te verbeteren. Het onderzoek geeft inzicht in de huidige belemmeringen, maar ook in de kansen die er zijn om de mondzorg voor ouderen beter te organiseren. Uit het onderzoek volgen prioriteiten en aanbevelingen die kunnen worden toegepast in de mondzorg voor alle ouderen, de zorgafh ankelijke ouderen in de zorginstellingen maar ook zorgafhankelijke ouderen in de thuissituatie.
DOCUMENT
AIMS: Attitudes of dentists and dental hygienists towards extended scope and independent dental hygiene practice are described in several studies, but the results are heterogenous. The purpose of this systematic review was to compare the attitudes of dentists and dental hygienists towards extended scope and independent dental hygiene practice.METHODS: PubMed, AMED and CINAHL were screened by two independent assessors to identify relevant studies. Only quantitative studies that reported the percentages of dentists' and dental hygienists' attitude towards extended scope and independent dental hygiene practice were included. The random-effects model was used to synthesise possible heterogenous influences.RESULTS: Meta proportions with regard to a positive attitude towards extended scope of practice are 0.54 for dentists and 0.81 for dental hygienists. Meta proportions of a positive attitude towards independent practice are 0.14 for dentists and 0.59 for dental hygienists. A meta analysis with regard to negative attitudes could only be performed on extended scope of practice and did not reveal a difference between the two professions. We obtained homogeneous outcomes of the studies included regarding negative attitudes of dentists . A minority of dentists hold negative attitudes towards extended scope of dental hygiene practice. Study outcomes regarding negative attitudes of dental hygienists were heterogeneous.CONCLUSIONS: Positive attitudes are present among a majority of dentists and dental hygienists with regard to extended scope of dental hygiene practice, while for independent dental hygiene practice this holds for a minority of dentists and a majority of dental hygienists.
DOCUMENT