© 2025 SURF
Welke rol heeft de kinderfysio- en kinderoefentherapeut bij de gezonde(motorische) ontwikkeling van kinderen in het primair onderwijs?
Er zijn steeds meer kinderen die te dik zijn en te weinig bewegen. Ook zijn er steeds meer kinderen met een motorische achterstand. Op allerlei manieren wordt hier aandacht aan besteed. Wat zijn de trends rondom gezondheid? En wat is het belang van de ontwikkeling van motorische vaardigheden en de wijze waarop de motorische ontwikkeling gemonitord kan worden in de lichamelijke opvoeding?
Kinderen zijn beduidend zwaarder en minder actief dan vroeger. Docenten Lichamelijke Opvoeding (LO) zouden een belangrijke rol kunnen spelen in het ombuigen van deze trends, onder andere door zich meer te richten op de motorische vaardigheid van kinderen, een belangrijke voorspeller van een meer actieve leefstijl op latere leeftijd. Uit de Nulmeting Bewegingsonderwijs (Reijgersberg et al., 2013) komt naar voren dat niet duidelijk is in hoeverre docenten LO bijdragen aan de motorische vaardigheid van kinderen. Om hier meer inzicht in te krijgen is behoefte aan een valide, betrouwbaar en praktisch toepasbaar meetinstrument. In dit artikel wordt ingegaan op het meten van de motorische vaardigheid binnen de context van de lichamelijke opvoeding met een nieuw meetinstrument: het Athletic Skills (AS)-beweegparcours.
In 2014 is het lectoraat Bewegingswetenschappen van de ALO (HvA) gestart met het MAMBO-project. MAMBO staat voor Meten Amsterdamse Motoriek Basisonderwijs. Daaruit vloeide Gymmermansoog voort, een onderzoeksproject waarbij we de 4–vaardighedenscan van Van Gelder onder de loep nemen en proberen het onderbuikgevoel van de gymleerkracht te objectiveren.Deze factsheet geeft alvast een voorproefje van de resultaten.
MULTIFILE
Er zijn aanwijzingen dat niet alleen de kwantiteit, maar ook de kwaliteit van bewegen van kinderen achteruit is gegaan de afgelopen decennia. Om succesvolle beweegkansen in de toekomst te genereren, is het belangrijk dat kinderen vroeg in het leven fundamentele motorische vaardigheden aanleren. Het bewegingsonderwijs kan een grote rol spelen in het ontwikkelen en monitoren van deze vaardigheden. De huidige leerlingvolgsystemen en motorische testen zijn echter kostbaar en nemen veel tijd in beslag. Er moeten speciale testmaterialen en software aangeschaft worden.
In de afgelopen jaren hebben De Haagse Hogeschool en de Vrije Universiteit Amsterdam samen onderzoek gedaan naar een motoriektest die praktisch toepasbaar is in de gymles. In dit onderzoek is nauw samengewerkt met LO-docenten en buurtsportcoaches. Het resultaat is de MQ Scan; een wetenschappelijk verantwoorde en praktisch toepasbare motoriektest. In dit artikel wordt het belang van meten van motoriek, de inhoud van de MQ Scan en het onderzoek naar de MQ Scan besproken.
Een beweegbaan als motoriektest voor schoolleerlingen tussen de 12-15 jaar is er nog niet. Echter is gebleken dat de motoriek binnen deze leeftijdsgroep nog volop in ontwikkeling is. Dit onderzoek richt zich op de vraag of het mogelijk is een extra beweegbaan aan de huidige MQ scan toe te voegen die toepasbaar is binnen het voorgezet onderwijs. Hierdoor wordt het mogelijk de gehele motorische ontwikkeling van een kind te volgen.