Het doel van het onderzoek is om in opdracht van de directie van FHK een bijdrage te leveren aan het SHRM beleid gericht op het realiseren van strategische doelstellingen op het gebied van vakmanschap. Door met deze bijdrage inzicht te geven in de achtergronden, oorzaken en samenhang van de huidige veranderbereidheid van het docenten bij vier opleidingen van FHK (Dans, Docent Beeldende Kunst en Vormgeving, Muziek en Theater) in relatie tot de strategie in een sterk veranderende omgeving.
DOCUMENT
As labour is becoming more and more knowledge controlled, it also getting closer to the individual person. We sometimes seem to forget this. To an increasing extent it is becoming a part of oneself and therefore of the personal identity. The increasing humanization of labour asks for an HRM-policy and an organizational context in which the individual is able to identify with the organization, colleagues, customers/clients and product. Heterononimous or abstract organizations, organizations in which the employees and civilians have been reduced to numbers and in which there is no real consideration for the individual differences, have to make way for organizational structures in which the individual feels (self) responsible again. The future lies with personal, tribally inspired organizations in which managers will be leaders and where employees and managers can show social commitment. Images like that of: the egocentric boss who by making swift career moves avoids responsibility for employee/co-worker and customer/client; of colleagues taking the day off without consultation or who are putting their phone through to someone else without saying so beforehand, meeting rooms which are not being cleaned up after use and the image of a Xerox machine not being refilled up with paper by anyone, are all too frequently dismissed as not being part of productivity.
DOCUMENT
Begin 2020 heeft de gemeente Den Haag aan De Haagse Hogeschool (Lectoraat Urban Ageing) gevraagd om samen met Hulsebosch Advies en AFEdemy een integrale monitor te ontwikkelen en uit te voeren waarbij, door middel van kwalitatieve en kwantitatieve methoden, onderzoek wordt gedaan naar de stand van zaken van Den Haag als seniorvriendelijke stad en tevens te kijken naar huidige trends aangaande ouderen. Tevens vroeg de gemeente om de ontwikkeling van een meetinstrument dat in de toekomst eenvoudig bij herhaling kan worden ingezet voor onderzoek: de standaard Age Friendly Cities and Communities Questionnaire (AFCCQ) voor ouderen1. In een stadsenquête en in zogenaamde stadsateliers zijn ouderen gevraagd naar hun bevindingen. In totaal hebben 393 Haagse ouderen meegedaan aan de enquête en 50 aan de stadsateliers. De aan de ouderen gestelde vragen gingen over de volgende acht onderwerpen die volgens de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) gezamenlijk de seniorvriendelijkheid van een stad bepalen: ●Huisvesting; ●Sociale participatie; ●Respect en sociale inclusie; ●Burgerschap en werkgelegenheid; ●Communicatie en informatie; ●Sociale en gezondheidsvoorzieningen; ●Buitenruimte en gebouwen; ●Transport; ● en aanvullend, een negende domein: Financiën. CC-BY NC ND https://www.dehaagsehogeschool.nl/onderzoek/lectoraten/details/urban-ageing#over-het-lectoraat
MULTIFILE
Korte interviews met deskundigen over de kracht van simulaties en gaming voor openbaar bestuur en gemeentelijk beleid. Voorwoord van Annemarie Jorritsma, voorzitter van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten
DOCUMENT
Beleggen in staatsobligaties werd niet lang geleden gezien als risicovrij maar het begint angstwekkend veel te lijken op deelnemen in een piramidefonds.
DOCUMENT
Het huidige college van B&W en de gemeenteraad hebben aan het begin van hun regeerperiode een sociale agenda 2003-2006 voor Eindhoven opgesteld. Preventie en participatie zijn de kernbegrippen uit die nota. In maart 2006 zijn er nieuwe gemeenteraadsverkiezingen. Uit de huidige sociale agenda is het Sociaal Debat Eindhoven ontstaan. In de driehoek van overheid (gemeente Eindhoven), kennisinstelling (Fontys Hogeschool Sociale Studies) en werkveld (Loket W) praten de verschillende professionele kernpartners uit het maatschappelijk middenveld al enkele jaren met elkaar over actuele thema's uit de sociale agenda. De resultaten van het Sociaal Debat Eindhoven willen we met deze publicatie naar buiten brengen, om daarmee het debat te verbreden. Lokaal beleid gaat er, zeker in de sociale infrastructuur, weer meer toe doen. Landelijke ontwikkelingen als de Wet Werk en Bijstand of de Wet Maatschappelijke Ondersteuning betekenen een decentralisering van beleid en meer ruimte voor lokaal (sociaal) beleid. Het is ook om die reden dat we deze publicatie verluchten met artikelen uit het Eindhovens Dagblad. Niet alleen de lokale politiek wordt belangrijker, ook de lokale media.
DOCUMENT
Hoofdstuk 8 in Schakels in de buurt. In dit hoofdstuk gaan we in op de voorwaarden die op organisatie- en beleidsniveau van belang zijn om een wijkgerichte aanpak van zorg en welzijn te realiseren
DOCUMENT
Met de nieuwe Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) zal lokaal sociaal beleid aan kracht winnen. Deze tekst gebruikt een metafoor uit de kunst om de visie achter de WMO te duiden.
DOCUMENT
Paul Hover is tien jaar werkzaam als senior onderzoeker bij het Mulier Instituut, de organisatie voor sociaalwetenschappelijk sportonderzoek in Nederland. Hij doet onderzoeksprojecten met een focus op sportevenementen(beleid), fitness, wielrennen, hardlopen en atletiek. In dit interview worden belangrijke ontwikkelingen behandeld wat betreft de loopsport in Nederland vanaf de jaren zestig van de vorige eeuw: sociaal-wetenschappelijke gegevens wat betreft aantal hardlopers, profiel hardlopers, de rol van organisaties, trends, etc.
LINK
Uit de onderzoeken van lectoraat Diversiteitsvraagstukken van Hogeschool Inholland blijkt dat het onderwijs voor veel jongeren een plek is waar ze voor de eerste keer in contact komen met leeftijdsgenoten die niet op ze lijken en met wie ze gedurende hun eerdere levensloop of schoolloopbaan vrijwel geen contact hebben gehad. Die onbekendheid met elkaar kan zorgen voor interesse en belangstelling in elkaars leef en denkwereld, maar ook voor wrijving, conflicten en het bevestigen van (voor)oordelen over elkaar. Dat betekent dat er een groot beroep wordt gedaan op de pedagogische, didactische en sociale kwaliteiten van docenten. Het betekent ook dat docenten zich voortdurend bewust zijn van de wijze waarop ze zich verhouden tot (de opvattingen en gedragingen van) deze jongeren om verbindingen tussen en met deze jongeren te ontwikkelen. Om inzicht te krijgen in de wijze waarop de docenten van Vocal Statements via het muziekonderwijs verbindingen met jongeren in het vmbo tot stand brengen, welke handvatten daarvoor nodig zijn en tegen welke vragen ze daarbij oplopen, is een verkennend onderzoek uitgevoerd in de periode september 2021 – mei 2022 door het lectoraat Diversiteitvraagstukken. Dit rapport weerspiegelt de ervaringen en belevingen van docenten van Vocal Statements en geeft inzicht in de betekenisvolheid van hun werk, maar ook de complexe dynamiek waarin dit werk zich afspeelt.
DOCUMENT