Uit een inventarisatie blijkt dat er in Noord-Nederland 56 instituten bestaan waar in georganiseerd verband muziekles wordt gegeven door 2 of meer docenten; 9 in Drenthe, 23 in Friesland en 25 in Groningen. Er bestaan uiteenlopende organisatievormen zoals kunstencentra (11), collectieven (11)privéscholen (31) en netwerkorganisaties (3) waarbinnen docenten meer of minder intensief samenwerken. Lestarieven lopen uiteen van € 24,- tot € 52,- euro per uur. 20 instituten worden financieel ondersteund door de gemeente. Bij 12 van de 56 instituten zijn muziekdocenten in dienst. De manier waarop instituten zich profileren, of ze inzetten op samenspel of juist op de individuele les, of ze leerlinggericht zijn of met een centraal leerplan werken, loopt sterk uiteen.Onze conclusie is dat muziekles en de muziekschool niet zijn verdwenen. Gemeentelijke subsidies zijn in veel gevallen afgenomen of weggevallen en dat leidt vooral in de meer perifeer gelegen gebieden tot een onvoldoende gevarieerd aanbod. Tegelijkertijd tekenden we ook meer positieve geluiden op van docenten die energie krijgen van de nieuwe verschijningsvormen. Het gereorganiseerde werkveld nodigt uit tot het doen van verder onderzoek. We denken daarbij aan een verdieping van deze snelle inventarisatie waarbij we in gesprek gaan met meer vertegenwoordigers uit het veld, een inventarisatie van privédocenten en onderzoek naar de ‘fair pay’ van muziekdocenten. Het kan een opmaat zijn om met partners uit het veld praktijkgericht vervolgonderzoek vorm te geven, bijvoorbeeld gericht op de ontwikkeling van nieuwe praktijken van lesgeven of van professionele ontwikkeling.
DOCUMENT
Baarle. Zoals in een vorig artikel werd aangegeven (De Europese Gemeente jrg. 40, nr.2) is het besturen van Baarle vanwege de enclavesituatie nogal gecompliceerd en kostbaar. Om de bestuurlijke problemen en oplossingen van Baarle in kaart te brengen, is in opdracht van de provincie Noord-Brabant/Interreg/de Benelux een onderzoek verricht, waarvan kortgeleden rapport is uitgebracht.
DOCUMENT
Door bezuinigingen in de zorg, ontwikkelingen in de welzijnssector en veranderingen in het gemeentelijk jeugdstelsel is het nodig de aanpak van wijkvoorzieningen voor kinderen te herzien. Om zo de kwaliteit van jeugdgezondheidszorg, scholen, kinderopvang, kinderwerk, bibliotheek, clubs, muziekschool en sportvereniging op peil te houden. Ouders en kinderen moeten hier ook zelf actief aan bijdragen. Om te onderzoeken wat hiervoor nodig is gaat de innovatiewerkplaats ‘Kind In Wijk’ in de wijk aan de slag met (de mensen in) de wijk en samen met (de medewerkers van) de voorzieningen en de gemeente.
LINK