AANLEIDING - Gemeenten en waterschappen hebben de taak om te zorgen voor een klimaatbestendige inrichting van de gebouwde omgeving om schade door hevige neerslag, hitte en droogte zoveel mogelijk te voorkomen. Om die reden zijn en worden zogenaamde groenblauwe oplossingen aangelegd, zoalsinfiltrerende stadsparken, wadi's en raingardens. Er zijn echter veel vragen over het functioneren en de risico’s van deze maatregelen. Inzicht in de kansen en risico’s ontbreekt om het adequaat lange termijn functioneren van groenblauwe oplossingen te garanderen. DOELEN - Professionals van gemeenten en waterschappen hebben behoefte aan meer inzicht in groenblauwe oplossingen, zoals: 1. kansen en risico’s 2. kennis over het lange termijn functioneren; 3. interdisciplinaire samenwerking van organisaties binnen de disciplines water, bodem en groen en 4. actuele richtlijnen voor ontwerp, aanleg en beheer. Op basis hiervan is de volgende onderzoeksvraag geformuleerd voor dit onderzoek: wat zijn de kansen en risico’s bij het lange termijn functioneren van groenblauwe klimaatadaptieve oplossingen?AANPAK - Om dit te onderzoeken hebben we op meer dan zestig locaties metingen gedaan naar het functioneren van groenblauwe oplossingen. Om te voorkomen dat appels met peren werden vergeleken is daarin de focus aangebracht op de wadi als de meest populaire en langst lopende groenblauwe oplossing in Nederland. Deze werden onderzocht op hydraulisch en milieutechnisch functioneren, maar ook op eigenschappen, beleving door omwonenden en beplanting. In zogenaamde ClimateCafés werden verschillende onderzoekinstrumenten en -methodes samen met studenten, onderzoekers en professionals toegepast. De data die daarin werd opgehaald wordt vertaald naar praktische richtlijnen, gevoed met ervaringen en lessen uit interviews met professionals van publieke en private partijen (met verschillende disciplines als water, bodem, groen en stedenbouw).SAMENWERKING - Het consortium dat aan dit onderzoek werkte bestond uit een multidisciplinaire samenwerking tussen hogescholen, gemeenten, waterschappen en provincies met diverse organisaties en bedrijven vanuit het hele land. Het consortium is ontstaan uit het Lectorenplatform Delta en Water en verstevigt de strategische samenwerking tussen praktijk professionals, onderzoek en onderwijs.UITKOMSTEN - In dit onderzoek is naar een aantal eindproducten toegewerkt. Allereerst een open source database op over groenblauwe oplossingen voor inspiratie en onderzoek: Climatescan. Hierin zijn voor alle groenblauwe oplossingen die onderdeel waren van dit onderzoek de belangrijkste eigenschappen en meetresultaten gedeeld ter terugkoppeling aan de praktijk. Ten tweede een opensource database met alle onderzochte locaties en de belangrijkste analyses. Tot slot is naar een inspiratieboek toegewerkt met illustraties van goede en slechte voorbeelden uit de praktijk.
DOCUMENT
In Nederland wordt het risico op brand steeds groter, zeker op de Veluwe. Het Nederlands lnstituut voor Publieke Veiligheid roept dan ook op om na te denken over de manier waarop we ons landschap zodanig kunnen inrichten dat het gevaar van natuurbranden binnen de perken gehouden kan worden. In dit artikel bekijken Derk Jan Stobbelaar en Freek Rurup, docenten Van Hall Larenstein, dat voor de situatie van de noordwestelijke Veluwe.
MULTIFILE
Mkb-winkeliers verkeren in zwaar weer door economische onzekerheid, veranderend consumentengedrag en online concurrentie. Een urgent probleem daarbij is dat door groeiende personeelstekorten het leveren van deskundig en persoonlijk productadvies – een belangrijk onderscheidend kenmerk van fysieke winkels – steeds lastiger wordt. Dit zet de dienstverlening in de winkels onder druk en schaadt de klanttevredenheid. Daarom zijn winkeliers op zoek naar innovatieve oplossingen om hun productadvisering te verbeteren. Een veelbelovende toepassing is de sociale robot, die klanten kan helpen door hen persoonlijk productadvies te geven. Uit ons eerdere onderzoek blijkt dat winkelende klanten sociale robots positief ervaren wanneer deze productadvies geven. Tot nu toe waren de meeste robots echter te beperkt in hun mogelijkheden om echt van waarde voor de mkb-winkelier te zijn. Ze werkten met eenvoudige keuzemenu’s en konden slechts algemene informatie geven over een klein aantal producten. Met de opkomst van conversationele AI zoals ChatGPT kunnen sociale robots nu veel natuurlijker met klanten communiceren en beter inspelen op de behoefte van de individuele klant. Ook kunnen ze dankzij nieuwe technologieën alle productdata van winkels inlezen en gebruiken. Winkeliers willen graag weten hoe ze sociale robots met ChatGPT en hun productdata het beste voor productadvies kunnen inzetten. In dit project onderzoeken de HvA en de VU samen met zeven mkb-winkels, een winkelketen en vijf brancheorganisaties hoe sociale robots, uitgerust met ChatGPT en verrijkt met productdata, klanten zo goed mogelijk productadvies kunnen geven. Wij integreren per winkel de sociale robot, ChatGPT en de productdata, en testen deze combinatie op de winkelvloer. Hierbij meten we hoe klanten, medewerkers en de winkelier de robot ervaren en welke impact deze heeft op klanttevredenheid en winkelbeleving. De resultaten van het onderzoek worden gedeeld via blogartikelen, wetenschappelijke publicaties, video’s, podcasts, en een afsluitend symposium over de meerwaarde van productadvies door sociale robots in de winkel.
Duurzame energie is een belangrijk thema binnen de Hanzehogeschool, maar ook in de regio Noord-Nederland. Alternatieve gassen zoals biogas en waterstof nemen daarbij een belangrijke plaats in. Veel aandacht gaat daarbij uit naar de energievoorziening op systeemniveau (als maatschappelijk vraagstuk) en naar concrete technologische oplossingen daarbinnen. Het is echter nog onduidelijk hoe vraag en aanbod van alternatieve gassen als waterstof aan elkaar gekoppeld moeten worden, hoe de infrastructuur eruit zal gaan zien en welke schaalgroottes daarbij passen. Dit roept binnen het regionale netwerk van bedrijven en binnen regionale overheden veel vragen op. Veel bedrijven zien kansen, maar zoeken naar de best passende plek binnen de energiewaardeketen. Informatie op dit gebied ontbreekt vaak of is gekleurd.Het voorgestelde onderzoek voorziet in deze leemte. Onderzocht zal worden welke biogas- en waterstofketens kansrijk zijn vanuit economisch en duurzaamheidsperspectief, gericht op de middellange termijn en de regio Noord-Nederland. De focus zal daarbij liggen op levelised cost of energy, energie-efficiëntie van de keten en CO2-reductie, waarbij de gehele energiewaardeketen van duurzame gassen beschouwd zal worden. Dit onderzoek past bij de lectoraten van de Hanzehogeschool rondom het thema Energie, en bij de lectoraten Energietransitie/Waterstoftoepassingen en Life Sciences & Renewable Energy in het bijzonder. Het is een logisch vervolg op eerdere onderzoeksprojecten van de kandidaat postdoc, die zich hebben gericht op ketenanalyses van het biogassysteem. Dit postdoc onderzoek sluit ook direct aan bij masteronderwijs dat aan de Hanzehogeschool gegeven wordt, waarbij studenten duurzame energieketens leren analyseren vanuit techno-economisch gezichtspunt, rekening houdend met duurzaamheidsaspecten. Het voorgestelde onderzoek draagt substantieel bij aan stevige verankering en continuïteit van het onderzoeksportfolio, dat op een natuurlijke en praktische manier verbonden is aan het onderwijs.
Het kabinet heeft 25 missies geformuleerd om maatschappelijke uitdagingen aan te pakken. Deze missies richten zich op gezondere levensjaren, voldoende schoon water en veilig voedsel, minder uitstoot van broeikasgassen, betaalbare duurzame energie en een veilig Nederland om in te wonen en te werken. Ambitieuze doelen moeten ondernemers en onderzoekers uitdagen tot baanbrekende oplossingen en bijdragen aan de concurrentiekracht van Nederland. Voor een klimaatbestendig, waterrobuust, duurzaam, gezond en veilig Nederland zijn zowel grote als kleine oplossingen nodig. De missies openen deuren voor nieuwe startups, mkb’ers, consortia van maatschappelijke organisaties en samenwerkingsverbanden met burgers. Het realiseren van deze missies vraagt ook om samenwerking over grenzen van topsectoren en landen heen. De Hogescholen voor Groen Onderwijs: Aeres, HAS, Inholland en Hogeschool Van Hall Larenstein werken samen in het Center of Expertise Groen om met voldoende focus en massa bijdragen te leveren aan maatschappelijke opgaven waarvoor de groene sectoren staan. Deze opgaven zijn vertaald naar meerjarige missies in de Kennis en Innovatie Agenda (KIA) voor het groene domein. Binnen de Missie Landbouw, Water en Voedsel wordt gewerkt aan noodzakelijke transities, die tevens een grote verwevenheid kennen met andere maatschappelijke sectoren. Samen met partners uit het groene domein alsook uit de publieke- en private sectoren, realiseert het CoE Groen een krachtige onderzoeksgroep die op maatschappelijk relevante thema’s nieuwe kennis ontwikkelt die daadwerkelijk van betekenis is. De onderzoeksgroep richt zich de eerstkomende jaren op 7 thema’s: (1) Veerkracht (resilience) van natuurlijke bronnen (2) Herontwerp (redesign) agrifood productiesystemen (3) Vitaliteit in stad en leefomgeving (4) Gezond voedsel met meerwaarde (5) Digitalisering en High tech (6) Nieuwe businessmodellen (7) Governance. Voor de SPRONG naar een krachtige onderzoeksgroep wordt ingezet op het vergroten van zichtbaarheid, het opleiden en verbinden van onderzoekslijnen, (regionale) netwerkontwikkeling, het verbeteren van kwaliteit van onderzoek en het realiseren van maatschappelijke impact.
Lectoraat, onderdeel van NHL Stenden Hogeschool