Hoofdstuk 4 van Nieuwsvoorziening in de regio Dit verslag gaat over onafhankelijke lokale nieuws-websites. Daarvan zijn er honderden in Nederland. Dat is dus zonder de websites van kranten, nieuwsbladen, huis-aan-huisbladen en lokale omroepen. Ook aggregatie-sites zijn buiten beschouwing gelaten. Als we die ook mee zouden tellen zouden we op duizenden sites komen. Geen probleem met de lokale nieuwsvoorziening zou je zeggen. Maar op aggregatiesites staat alleen maar nieuws dat eerst ergens anders geplaatst is terwijl sites van printmedia en omroepen vooral het verlengstuk van die media zijn. De echte vernieuwing zou dus moeten komen van die onafhankelijk initiatieven, de één-pitters die op hun zolderkamer de lokale politiek willen coveren, de betrokken burgers die de aandacht van de reguliere media te mager vinden, de ondernemers die een gat in de lokale markt zien. Over die groep – zo’n 125 initiatieven die ruim 300 websites exploiteren – gaat dit rapport: wie zijn ze, waar zitten ze, waarom zijn ze met hun site begonnen, hoe verdienen ze hun geld, hoe komen ze aan hun nieuws, waar schrijven ze over, hoeveel mensen werken er…
Bijlage 7: Statistische berekeningen bij hypothese 1 Statistische SPSS Berekeningen Hypothesen Inwonertal Bijlage 8: Statistische berekeningen bij hypothese 2 Statistische SPSS Berekeningen Hypothesen rol lokale media
This study utilises a quantitative observation study on student journalists (n=47), as well as reconstruction interviews with experienced editors and reporters in newsrooms (n=12), to understand how Dutch journalists search, select, and verify sources online. Through the recording of screen activity, we show that search strategies are heavily influenced by how the search engine sorts and ranks potential sources. Eventual selection of sources remains relatively traditional, focused on legacy media and their websites. Moreover, online news production clearly challenges the verification process. Results suggest that journalists use no explicit but only so-called hybrid methods of verifications, such as background checks of websites and social media accounts, and cross-checking of sources.
LINK
31-05-2024Moderatie van lezersreacties onder nieuwsartikelen is erg arbeidsintensief. Met behulp van kunstmatige intelligentie wordt moderatie mogelijk tegen een redelijke prijs. Aangezien elke toepassing van kunstmatige intelligentie eerlijk en transparant moet zijn, is het belangrijk om te onderzoeken hoe media hieraan kunnen voldoen.Doel Dit promotieproject zal zich richten op de rechtvaardigheid, accountability en transparantie van algoritmische systemen voor het modereren van lezersreacties. Het biedt een theoretisch kader en bruikbare matregelen die nieuwsorganisaties zullen ondersteunen in het naleven van recente beleidsvorming voor een waardegedreven implementatie van AI. Nu steeds meer nieuwsmedia AI gaan gebruiken, moeten ze rechtvaardigheid, accountability en transparantie in hun gebruik van algoritmen meenemen in hun werkwijzen. Resultaten Hoewel moderatie met AI zeer aantrekkelijk is vanuit economisch oogpunt, moeten nieuwsmedia weten hoe ze onnauwkeurigheid en bias kunnen verminderen (fairness), de werking van hun AI bekendmaken (accountability) en de gebruikers laten begrijpen hoe beslissingen via AI worden genomen (transparancy). Dit proefschrift bevordert de kennis over deze onderwerpen. Looptijd 01 februari 2022 - 01 februari 2025 Aanpak De centrale onderzoeksvraag van dit promotieonderzoek is: Hoe kunnen en moeten nieuwsmedia rechtvaardigheid, accountability en transparantie in hun gebruik van algoritmes voor commentmoderatie? Om deze vraag te beantwoorden is het onderzoek opgesplitst in vier deelvragen. Hoe gebruiken nieuwsmedia algoritmes voor het modereren van reacties? Wat kunnen nieuwsmedia doen om onnauwkeurigheid en bias bij het modereren via AI van reacties te verminderen? Wat moeten nieuwsmedia bekendmaken over hun gebruik van moderatie via AI? Wat maakt uitleg van moderatie via AI begrijpelijk voor gebruikers van verschillende niveaus van digitale competentie?
Nieuwsmedia experimenteren steeds meer met nieuwe verhaaltechnieken, zoals 360-graden-video, augmented reality en virtual reality, om het publiek bij het verhaal te betrekken. Wij onderzoeken de journalistieke toegevoegde waarde en de impact op het publiek van deze nieuwe journalistieke producties.Doel Mediaorganisaties experimenteren met nieuwe technieken om verhalen te vertellen. Ze gebruiken 360-graden video, augmented reality (AR) en virtual reality (VR) om de gebruiker het verhaal te laten zien en voelen. Het opgaan in een verhaal noemen we immersiviteit. Maar werken die technieken voor immersiviteit ook echt? Vergroot het daarmee de emotionele betrokkenheid bij het verhaal? En wat betekent dit vervolgens voor de informatievoorziening aan het publiek? Resultaten Aan de hand van een interdisciplinaire literatuurstudie is een conceptueel model ontwikkelt, dat duidelijk maakt dat immersieve journalistiek meer is dan alleen de technologie. Het draait ook om de mate waarin de gebruiker kan interacteren in het verhaal en de mate waarin de gebruiker participant of toeschouwer is in het verhaal. Echter, uit een inhoudsanalyse van 200 producties in veertien landen en 15 interviews met makers bleek dat veel producties technologie-gedreven zijn, en amper de mogelijkheid bieden om het verhaal te ervaren als interactieve participant. Wat is het effect op de gebruiker? Aan de hand van vier experimenten onder 350 gebruikers en vier focusgroepen blijkt het tegenovergestelde van wat journalisten produceren. Niet zo zeer de technologie, maar de gebruiker als interactieve participant zorgen ervoor dat de gebruiker zich meer betrokken voelt bij het verhaal en meer empathie heeft voor het onderwerp. Het verhaal blijft daarmee beter hangen. Deze inzichten zijn door vertaald in concrete tools die toegepast worden bij nieuwsorganisaties en opleidingen die bezig zijn met immersieve journalistiek Looptijd 01 februari 2018 - 01 februari 2022 Aanpak Dit onderzoek is multi-methodisch. Eerst is een inhoudsanalyse van 200 immersieve journalistieke producties in veertien gedaan waarin het conceptuele model hebben getest. Vervolgens zijn 15 interviews gehouden met makers van immersieve producties. Daarna is het effect van immersiviteit op het publiek gemeten en zijn vier experimenten uitgevoerd onder 350 gebruikers. Daarbij is ook hartslag en huidgeleiding bij 50 mensen gemeten. Tot slot, zijn vier focusgroepen uitgevoerd. Meer informatie over het project vind je op: https://immersivejournalism.journalismlab.nl https://immersievejournalistiek.journalismlab.nl Wetenschappelijke paper over dit project Bekijk ook ons blogs op journalismlab.nl Dit project is genomineerd voor de RAAK-award 2020.
Tijdens de pandemie heeft het publiek meer dan ooit behoefte aan informatie. Tegelijkertijd wordt er zoveel informatie verspreid, dat het WHO zelfs spreekt van een infodemic. De overvloed van informatie en ruime keuze van nieuwsmedia kan leiden tot het (tijdelijk) vermijden van (bepaalde) nieuwsmedia of berichtgeving. Geldt dit ook tijdens de Covid-19 crisis? Mijden mensen het nieuws meer? Doel Dit onderzoek heeft als doel om na te gaan hoe de nieuwsconsumptie tijdens de eerste golf van de Covid-19 crisis is verlopen. Resultaten We zien dat in het begin van de pandemie het publiek veel behoefte had aan informatie. Niet alleen gingen ze vaker nieuws consumeren (61%) dan voorheen, ook deden ze dit bij meer verschillende nieuwsbronnen (51%). Tegelijkertijd zien we dat een grote groep (53%) aan gaf afstand of pauze te nemen van nieuws over Covid-19. Naarmate ze minder gingen consumeren verder in de crisis, neemt deze behoefte voor een pauze ook af (naar 44% in juni). Wel zien we dat hoe langer de crisis voortduurde méér mensen het nieuws in het geheel gingen vermijden. De voornaamste reden hiervoor is dat men het gevoel had overladen te worden met informatie (59%). Looptijd 01 april 2020 - 01 november 2020 Aanpak In dit onderzoek keken we naar de nieuwsconsumptie van het Nederlandse publiek in de eerste vier maanden van de Covid-19 crisis. Op drie momenten hebben we een panelsurvey uitgezet (onder een representatieve steekproef van +/- 1500 mensen): begin april, een paar weken na de lock-down, begin mei toen de scholen weer opengingen en halverwege juni, toen de horeca weer open was. Meer weten? Lees de volgende blog: Nieuwsgebruik en mijding tijdens de infodemic Luister naar de podcast van Trajectum: https://trajectum.hu.nl/podcast-je-hoort-t-bij-trajectum/ Kijk naar het debat van HU podium waarin lector Yael de Haan in gesprek gaat met adjunct- hoofdredacteur AD, Paul van den Bosch, ombudsman van de publieke omroepen Margo Smit, hoofdredacteur van Rijnmond Alex Beishuizen