This article explores cooperation between a commercial supermarket chain and an environmental non-governmental organization linking it to consumer perception of the “The Super Animals” collectable cards promotion initiative. The case study focuses on one particular joint project involving Animal Cards that was initiated by the supermarket Albert Heijn and the World Wide Fund for Nature in The Netherlands. Based on this case, environmental non-governmental organizations’ strategic choices in the context of contesting discourses of sustainability and consumption, as well as implications for environmental education, are addressed. This article combines three strands of the literature – on sustainable consumption, on strategic cooperation between commercial companies and environmental non-governmental organizations and on environmental education. It is argued that the Animal Cards initiative presents an ambiguous case by both attempting to enhance environmental awareness and promoting consumption, opening up questions about the value of such cooperative ventures to the objectives of environmental education. It is concluded that cross-sector partnerships have the potential to lead to improvements in corporate social responsibility and environmental awareness among consumers but simultaneously pose the danger of undermining the critical stance toward consumption. https://doi.org/10.1177/1469540514556170 LinkedIn: https://www.linkedin.com/in/helenkopnina/
MULTIFILE
Oratie over het commercialiseringsproces op sportgebied, uitgesproken op 18 oktober 2006 bij de openbare aanvaarding van het ambt van bijzonder hoogleraar op het vakgebied van de Sportontwikkeling aan de Universiteit Utrecht in de faculteit Rechtsgeleerdheid, Economie, Bestuur en Organisatie, departement Bestuurs- en organisatiewetenschappen.
Sportverenigingen in Nederland dragen bij aan een gezonde leefstijl, sociale cohesie en inclusieve sportdeelname. Ondanks dat de sportparticipatie toeneemt, hebben de clubs het moeilijk om hun ledental op peil te houden. Diverse ontwikkelingen spelen daarbij een rol. De focus van het onderzoek in dit proefschrift richt zich op twee maatschappelijke ontwikkelingen, ‘individualisering’ en ‘digitalisering’. In zeven studies wordt antwoord gegeven op twee onderzoeksvragen: 1) hoe het clubgevoel van leden van sportvereniging kan worden geconceptualiseerd in termen van definitie, voorspellers en opbrengsten en 2) hoe sociaalnetwerksites van sportverenigingen kunnen bijdragen het ontwikkelen van het clubgevoel van leden? Die studies vormen samen een multimethode onderzoek. Resultaten laten zien dat clubgevoel verwijst naar de gevoelsband van leden met hun club op basis van participatie, relevantie en de sociale wereld van de club. Clubgevoel hangt samen met bindingsaspecten zoals de intentie om je in te zetten voor de club en te blijven. Sociaalnetwerksites van sportverenigingen kunnen helpen om dit clubgevoel te ontwikkelen, bij voorkeur door de kanalen in te zetten voor informatie en interactie over de club, de sport en de leden. De online kanalen vormen samen de virtuele community van de vereniging die, afhankelijk van de aanpak door de club en de leden, verschillende verschijningvormen kan hebben. Met hun virtuele community bieden sportverenigingen, naast de accommodatie, ook een ónline ontmoetingsplek voor sport en andere activiteiten waarmee ze het clubgevoel onder hun leden kunnen bevorderen. Met dit proefschrift geeft Nanny Kuijsters inzichten voor de ontwikkeling van virtuele community’s voor verenigingen, professionals en geïnteresseerden in de georganiseerde sport.