De onlinewereld speelt onder jongeren een grote rol in de beleving van seksualiteit. Hoogste tijd om aandacht te besteden aan de geneugten én risico’s, stellen Tineke Hendrikse en Krista Schram. https://www.volkskrant.nl/columns-opinie/bij-seksuele-voorlichting-hoort-ook-de-telefoon~bf129285 Artikel is alleen te lezen voor Volkskrant-abonnees.
DOCUMENT
Het ongewenst online verspreiden van naaktfoto’s en -filmpjes heeft grote gevolgen, vooral voor vrouwen met een migratieachtergrond. Docenten en ouders moeten jongeren helpen bij het vaststellen van regels en grenzen voor onlinecommunicatie.
LINK
Dit onderzoek gaat in op de vraag in hoeverre de APV mogelijkheden biedt voor het opnemen van regels die het mogelijk maken om op te treden tegen online aangejaagde ordeverstoringen. De gedachte is dat er mogelijk aanknopingspunten zijn binnen de huidige regels. Het doel van onderhavig project is het vergroten van handelingsperspectief van gemeenten bij het voorkomen van online aangejaagde ordeverstoringen. Daartoe zijn de mogelijkheden die de APV biedt, onderzocht en zo concreet mogelijk uitgewerkt aan de hand van de volgende onderzoeksvraag: In hoeverre kan de gemeente op grond van de APV (preventief) online optreden tegen online aangejaagde ordeverstoringen?
DOCUMENT
Juist in deze uitdagende tijd is het extra belangrijk dat jongeren voldoende contact hebben met ondersteunende volwassenen, die kunnen signaleren wanneer het minder goed met ze gaat en hen op het juiste moment hulp of advies kunnen geven. In deze rapportage bespreken we hoe jongerenwerkers tijdens de coronacrisis contact hebben onderhouden met jongeren, ondanks de restricties van de anderhalvemetersamenleving.
DOCUMENT
In dit rapport staat één van onderzoekslijnen van het lectoraat Stedelijke Voedselvraagstukken centraal: de eiwittransitie, met de boon in de hoofdrol. Want hoewel bonen voedzaam, duurzaam en veelzijdig zijn, spelen ze slechts een bescheiden rol in het Nederlandse eetpatroon. In eerste instantie als onderdeel van het project Boon van de Toekomst van Flevo Campus en na afronding daarvan als onderdeel van andere projecten, onderzochten we daarom hoe we de boon meer waarde en aandacht kunnen geven. Van sensorische tests in onze Gedragskeuken tot ‘een bonensafari’ in Almere, en van sociale media-analyses tot een landelijke enquête voor het netwerk Greenchain NH: we brachten in kaart wat consumenten beweegt, of juist tegenhoudt om bonen te eten. Met deze inzichten hopen we niet alleen bij te dragen aan de eiwittransitie, maar vooral ook aan iets fundamentelers: een voedselsysteem waarin gezondheid, duurzaamheid en plezier hand in hand gaan. Want als we de boon beter begrijpen, kunnen we hem ook beter vieren als smakelijk, toegankelijk en betekenisvol onderdeel van ons dagelijks eten.
DOCUMENT
Gemeenten hebben maatschappelijke taken en verantwoordelijkheden, speciaal de zorg voor openbare orde en veiligheid. De samenleving digitaliseert en dus doen gemeenten nu hun werk in een digitaliserende samenleving. Daarop moeten zij zich instellen. Gemeenten zijn sinds ongeveer 2013 bezig met een inhaalslag op dit vlak. De eerste fase in zo’n proces is bewustwording. Inmiddels hebben gemeenten vooral door online aangejaagde ordeverstoringen gezien welke rol de online wereld reeds speelt in openbare orde en veiligheid − én dat dit om aanpassingen vraagt. Gemeenten moeten hun typische gemeentetaken, dus hun werk aan openbare orde en veiligheid, nu doen in een digitale context. Daarover gaat dit essay. Meer in het bijzonder gaat het over een specifieke stap in deze ontwikkeling: een handelingskader dat ‘digibewuste’ gemeenten kunnen gebruiken bij het ontwikkelen van concrete werkwijzen.
DOCUMENT
Met dit onderzoek is getracht een indruk te krijgen van de overtuigingen die er in de praktijk bestaan ten aanzien van effectief ingrijpen om de ontwikkeling van ernstig crimineel gedrag in de adolescentie te voorkomen. Bij dit onderzoek is aan alle kanten de breedte opgezocht. Er is gekeken naar een brede range van factoren die van invloed zijn op een antisociale ontwikkeling en naar een heel scala aan inter-venties dat hierop aan kan grijpen. Dit heeft een breed overzicht van mogelijke aangrijpingspunten en daarop aansluitende, beschikbare interventies opgeleverd. De bij de praktijk opgehaalde resultaten dui-den op grote overeenstemming tussen respondenten over de prioritering van beschikbare interventies. Daarbij zien de respondenten duidelijk meerwaarde, voor de gehele ontwikkelingsperiode, in het ver-sterken van goed opgroeien (universele preventie) nog vóór er sprake is van problematisch antisociaal of delictgedrag. In grote lijnen zijn respondenten het ook eens over het inzetten van interventies gericht op het bijsturen in reactie op zorgwekkende signalen (primaire preventie) of op het stoppen en ombui-gen van delictgedrag (secundaire preventie). Wel is de mate van overeenstemming daarvoor iets min-der groot dan bij universele preventie. Praktijkprofessionals, onderzoekers en ervaringsdeskundigen sluiten met hun keuze voor deze interventies vooral aan bij interventies gericht op Familie, Kind en School om bijtijds in te grijpen op een antisociale ontwikkeling. Voor het bij bewoners versterken van gedeelde opvattingen rondom prosociaal gedrag in hun buurt is minder support, maar in de literatuur zijn er duidelijke aanwijzingen die het belang ervan onderschrijven. Tenslotte toont de literatuurstudie de meerwaarde om interventies multimodaal in te zetten, maar de wijze waarop dit het meest effectief is vraagt om aanvullend onderzoek. De resultaten van dit onderzoek bieden houvast voor beleidskeuzes, zowel landelijk als meer regionaal en lokaal. In respons op gesignaleerde problemen kan als eerste stap, met de praktijkprofessionals, lo-kaal informatie verzameld worden over: • beschikbare interventies voor 0-15 jarigen, gericht op Kind, Familie, School en Buurtfactoren op de verschillende preventieniveaus; • de wijze waarop deze interventies gecombineerd en multimodaal ingezet kunnen worden, best passend bij gesignaleerde problemen. • de keuze van interventies die ingezet kunnen worden als een antisociale ontwikkeling persistent en in toenemende mate ernstig blijkt te zijn. Ook kan er meer kennis opgedaan worden in het combineren van erkende interventies met ondersteunende vormen van advies, belangenbehartiging en begeleiding op dagelijkse stress verhogende om-standigheden. Beperkingen van het onderzoek liggen in: • de brede spreiding van respondenten waardoor zij als beroep of functie niet representatief zijn; • de beknopte vertaalslag van de interventies naar vragen in het Delphi-onderzoek die respondenten ruimte bood tot interpretatie; • de beperkte mate waarin respondenten op elkaars uitslag konden reageren.
DOCUMENT
Deze rede gaat over het verrichte werk en de eerste vervolgplannen van het NHL Stenden Thorbecke Academie lectoraat ‘Bestuur in een Digitaliserende Samenleving’. Dit lectoraat werkt actief samen en vormt samen met het lectoraat ‘digitale weerbaarheid van mens en organisatie’ en de cross-over ‘digital citizenship’ de onderzoeksgroep Cybersafety.
DOCUMENT
De wereld verandert snel. Hoe moeten wij ons op de toekomst voorbereiden? Dat begint met een goed begrip van hoe de wereld feitelijk in elkaar zit, wat de drijvende krachten zijn, hoe machtspolitiek van de grote mogendheden op andere landen inwerkt en aan welke eisen van volkenrecht en politieke ethiek goed beleid hoort te voldoen. Ook de werking van de mondiale economie en van internationale organisaties als de VN, de NAVO en de EU is erg belangrijk. Dit studieboek geeft een inleiding in de leer van de internationale betrekkingen. Deskundigen leggen helder uit hoe de huidige politieke wereld is ontstaan, wat er op de agenda van het buitenlands beleid staat, en in welke richting de mondiale problematiek zich ontwikkelt. Wat is het risico op nieuwe oorlogen? Zou de Europese Unie uiteen kunnen vallen? Waarom is er ontwikkelingssamenwerking? Hoe op te treden tegen agressie en schendingen van het volkenrecht en de rechten van de mens? Hoe kunnen kleine, maar welvarende en moderne landen als Nederland en België zich staande houden en voor een veilige toekomst helpen zorgen? Horen we vooral het nationale belang te behartigen of moeten we ons als echte wereldburgers opstellen? Hoe is er opbouwende invloed uit te oefenen, als burger, kiezer, politicus, belangenbehartiger of activist voor goede doelen? Dat zijn relevante vragen die steeds opnieuw, kritisch nadenkend, moeten worden beantwoord om betere resultaten te boeken. Wereld in Beweging is een handreiking daarvoor. Dit is de 2de druk van deze publicatie. De 3de druk is in 2021 verschenen: https://www.boomdenhaag.nl/webshop/wereld-in-beweging-2
MULTIFILE
Jonas Staal: In de kern beschouw ik het kunstenaarschap in termen van ‘visuele geletterdheid’: het is een engagement met als kern het vraagstuk van representatie. Hoe wij de wereld vertegenwoordigen, verbeelden, is een inherent politieke daad, want het is door die verbeelding dat wij ons capabel zien en de moed vinden om tot nieuwe vormen van handelen te komen. Artistieke verbeelding en politieke actie vormen in die zin elkaars voorwaarden. Aangepaste versie van het artikel ‘Een wereld maken’ dat verscheen in Metropolis M, nr.1 (2015).
MULTIFILE