Ontwerpen van Technische Innovaties biedt studenten een ontwerpmethode voor het doen van onderzoek en het maken van innovatieve ontwerpen in multidisciplinaire teams. Steeds vaker immers werken verschillende disciplines in één team aan een innovatie samen met opdrachtgevers en ontwikkelpartners. Ontwerpen van Technische Innovaties concentreert zich op het ontwerpproces vanaf de innovatievraag tot en met het ontwikkelen en testen van een effectieve oplossing. In dit deel van het innovatieproces wordt het product gedefinieerd, het ontwerp bepaald en worden alle kritische problemen en risico’s onderzocht en zo innovatief mogelijk opgelost.
Sinds januari 2020 moet volgens het Deltaplan Ruimtelijke Adaptatie de factor hitteworden meegenomen in het beleid en ontwerp van de openbare ruimte. In de praktijk blijkthet moeilijk om concrete passende maatregelen te nemen: de implementatie van het planis een zoektocht. Op welke locaties moet je wat dan doen om ervoor te zorgen dat dewoon-, werk- en leefomgeving hittebestendig wordt? Wanneer is het goed genoeg? DeCoolKit kan als ontwerptool worden ingezet om maatregelen tegen hittestress op eenstrategische wijze in het ontwerp van de openbare ruimte te realiseren.
MULTIFILE
‘Ontwerpen met biobased plastics’ is de eindpublicatie van het project “Design Challenges with Biobased Plastics”. In dit onderzoeksproject deed de HvA, samen met diverse mkb-bedrijven onderzoek naar de kennis een tools die ontwerpers nodig hebben om biobased plastics, kunststoffen van hernieuwbare materialen, toe te passen. De publicatie gaat in op de kansen die biobased plastics bieden en biedt praktische tools, inspirerende voorbeelden en handreikingen die het ontwerpen met deze materialen makkelijker maken.
Inholland zet in 2021 de Impuls2020 gelden in om de infrastructuur van praktijkgericht onderzoek voor de doorwikkeling van de Inholland labs te verstevigen. Daarbij hanteren we twee invalshoeken die direct verbonden zijn met de twee Sprong aanvragen die we als trekkende hogeschool in voorbereiding hebben voor maart 2021. De eerste Sprong aanvraag richt zich op ICT, Data en Digitale onderzoeksmethoden (thema: Sleuteltechnologieën), de tweede Sprong aanvraag richt zich op het verbinden van Transitiedenken, Complexiteitsdenken en Ontwerpdenken ( thema: Maatschappelijk Verdienvermogen). Het doel van de inzet van de Impuls middelen is het verstevigen van de Inholland brede infrastructuur voor lab-ontwikkeling rondom inhoudelijke clusters in Inholland domeinen en onderzoeksgroepen. Met deze aanpak werken we toekomstgericht aan: a) Een Inholland brede infrastructuur voor labs op de twee doorsnijdende thema’s van het missie gedreven innovatiebeleid. Deze infrastructuur vormt een basis en voedingsbodem voor de doorontwikkeling van onze lab en CoE aanpak en versterkt onze responsiviteit en samenwerkingscapaciteit ten aanzien van onze (inter)nationale en regionale partners, b) Een stevige basis voor innovatieve cross-overs met onze partners. Dit doen we door de Inholland onderzoeksgroepen goed met elkaar te verbinden via een lab infrastructuur zodat we beter in staat zijn om inter- en transdisciplinaire maatschappelijke vraagstukken op te pakken, c) De verbinding van deze lab infrastructuur met de vier thema’s van innovatiebeleid door specifieke invulling per Inholland domein/onderzoeksgroep (vanuit de profilering Duurzaam, Gezond en Creatief), d) Een versterkte basis voor de twee geplande Sprong aanvragen, Met deze inzet van de Impuls2020 middelen werken wij met onze partners aan een structurele bijdrage aan het missie gedreven innovatiebeleid. Zo wordt onze “Impuls voor Inholland Labs” een impuls voor regionale en landelijke innovatie. Over de inzet van de Impuls2020 middelen hebben we structurele afstemming met partnerhogescholen.
De Nederlandse maakindustrie staat voor de uitdaging om met een afnemend aantal technici te blijven voldoen aan de groeiende klantvraag. Robotisering biedt een oplossing, maar de implementatie ervan is complex en vereist specifieke ontwerpkracht. Vooral midden- en kleinbedrijven (mkb’ers) missen de ervaring en middelen om robotisering effectief door te voeren. Er zit nog veel onbewuste en onbenutte ontwerpkracht in de groep praktische-geschoolde technici. Dit project plant een zaadje dat moet ontkiemen in een betere benutting van de ontwerpkracht van praktische-geschoolde technici. Hetgeen om andere onderwijsinvulling vraagt. Niet alleen op het middelbaar beroepsonderwijs (mbo), maar ook op het hoger beroepsonderwijs (hbo). Om deze insteek haalbaar, opschaalbaar en duurzaam te maken, richt dit project zich specifiek op het vergroten van de ontwerpkracht van techniekdocenten en productieleiders. Dit zodat zij de huidige en komende generaties mbo- en hbo-technici beter kunnen voorbereiden op een actieve rol in robotiseringsprocessen. In samenwerking met hogescholen, vakscholen en het bedrijfsleven ontwikkelen we een robotiseringsclinic integraal ontwerpdenken, gebaseerd op Design Thinking en het VIDIRE-model. Dit gebeurt via een serie creatieve activiteiten waarin techniekdocenten en productieleiders aan de slag gaan met het integraal ontwerpen van robotsystemen. De informatie en tools voor deze robotiseringsclinic worden ingebracht vanuit een langlopend onderzoeksprogramma op het thema van integraal robotiseren en op creatieve wijze aangeboden. De door techniekdocenten en productieleiders opgedane kennis en ontwikkelde vaardigheden worden vervolgens geïntegreerd in het onderwijs, toegepast in maakbedrijven en breed gedeeld binnen de maakindustrie. Er wordt expliciet aandacht besteed aan de doorwerking. De centrale vraagstelling is als volgt: hoe ziet een robotiseringsclinic integraal ontwerpdenken eruit waarmee de ontwerpkracht van productieleiders en techniekdocenten op het thema van integrale robotisering vergroot kan worden? Dit project draagt bij aan een bredere inzetbaarheid van mbo-technici in robotiseringsprocessen, een verhoogde adoptie van robottechnologie in het mkb en een duurzame versterking van het maatschappelijk verdienvermogen.
Platform Studio21CS heeft een constructieve eerste periode afgesloten waarin onder andere de onderzoeksagenda “21st Century Skills voor Professionals” werd opgeleverd. In de tweede periode bouwt het platform hierop voort en legt daarbij de focus op het thema professionals en ontwerpdenken. Dit thema is het eerste uit de onderzoeksagenda en sluit direct aan op belangrijke beleidsagenda’s zoals het missiegedreven innovatiebeleid (KIA6), de Kennis en Innovatieagenda van CLICKNL en de expertise van HKU als leidende hogeschool van het platform. In de tweede periode bestaat het platform uit meerdere netwerkgroepen uit verschillende contexten met de thema’s Goed Werk, Complexiteit, Leven Lang Ontwikkelen en Kennisbenutting. Binnen het platform verbinden deze netwerken zich rondom het overkoepelende thema professionals en ontwerpdenken en passen ze deze manier van werken toe in hun onderzoeksactiviteiten. Het platform wordt verbonden door een kerngroep die de netwerken ondersteunt in het implementeren van ontwerpdenken in deze activiteiten. Daarnaast deelt de kerngroep de opgedane inzichten rondom ontwerpdenken met de aangesloten netwerken en het bredere werkveld. De activiteiten die in de netwerken georganiseerd worden zijn open voor geïnteresseerden die niet direct aangesloten zijn bij het platform. Bovendien houden we ruimte open voor het aansluiten van een extra netwerk van onderzoekers in de loop van de tweede periode van het platform. Door deze opzet ontstaat er vanuit dit platform een natuurlijke verbinding met de eigen onderzoekspraktijk van de individuele kernteamleden - en is de samenwerking gelijk onderdeel van de onderzoeksomgeving. Zo verwachten we dat de activiteiten een duurzaam onderdeel kunnen worden van de aangesloten netwerken.