Deze publicatie is onderdeel van een dubbelpublicatie. De onderzoekers beschrijven de doorontwikkeling van een hybride leeromgeving bij de Middelbare Horeca School (MHS) van het Koning Willem I College in ’s-Hertogenbosch. De Middelbare Horeca School ontwikkelde zich van een praktijkgerichte onderwijsafdeling tot een hybride leeromgeving, waar schoolse leerprocessen zich verweven met leerprocessen in de beroepspraktijk. Gedurende vier jaar (2010-2013) hebben de onderzoekers de ontwikkelingen binnen de MHS gevolgd, expliciet gemaakt en vastgelegd om lessen te kunnen trekken over het ontwerpen van hybride leeromgevingen. De dubbelpublicatie bestaat uit twee delen, gebundeld in één boek. In de digitale versie staan beide delen in één pdf-bestand. Dit is het eerste deel van de publicatie dat het praktijkgerichte onderzoek naar de achterliggende ontwerpprincipes beschrijft. Het tweede deel gaat in op het proces van ontwerpen en veranderen.
Hoofdstuk uit boek. Samenvatting van de hoofdtitel: Hoe kun je wetenschappelijk onderzoek doen dat direct een bijdrage levert aan de praktijk? Dat is de centrale vraag van dit boek. De auteurs presenteren een aanpak waarin ontwerpen en onderzoeken zijn gecombineerd. Deze methodologie levert niet alleen nieuwe kennis over praktijkvraagstukken op, maar biedt vaak ook concrete oplossingen zoals interventies, procedures, digitale media of fysieke ingrepen in de werk- of leefomgeving. Dit handboek gaat vooral in op ontwerpgericht wetenschappelijk onderzoek binnen sociale disciplines, zoals organisatiekunde, onderwijskunde en de interactie tussen mens en computer. Deze volledig herziene tweede druk van het handboek is geschreven door onderzoekers die elk vanuit hun eigen discipline en ervaring ingaan op de diverse aspecten van de methodologie van ontwerpgericht onderzoek. Dit handboek biedt concepten en modellen en geeft antwoord op praktische vragen zoals: Hoe structureer ik mijn onderzoek? Hoe kan ik ontwerpen een goede plek geven in mijn onderzoek? Wie betrek ik bij mijn onderzoek en op welk moment? Welke kennis kan ontwerpgericht onderzoek opleveren? Hoe kan ik mijn ontwerp valideren? Hoe kan ik de opbrengst van mijn onderzoek laten doorwerken in andere contexten? Wat is de rol van ontwerpgericht onderzoek in het onderwijs? Hoe ga ik om met complexiteit? Als naslagwerk of methodologieboek is dit werk een must read voor praktijkgerichte onderzoekers; van masterstudenten tot en met postdocs en promovendi bij hogescholen, universiteiten en onderzoeksinstellingen, en voor onderzoekende professionals in de praktijk.
Hoofdstuk 21 in K. Van Turnhout, D. Andriessen, & P. Cremers (Eds.), Handboek ontwerpgericht wetenschappelijke onderzoek (pp. 305–319). Boom. Dit hoofdstuk gaat nader in op de vraag hoe ontwerpen en onderzoeken in hbo-opleidingen met elkaar verbonden kunnen worden.
In dit project verricht het lectoraat Familiebedrijven van Hogeschool Windesheim samen met de Hogeschool Utrecht, Hogeschool van Amsterdam, CUMELA, de Jong & Laan en MKB familiebedrijven praktijkgericht onderzoek naar financiering en besluitvorming bij MKB familiebedrijven. Nu banken vanwege de economische crisis terughoudender zijn geworden in kredietverlening en hun financieringseisen hebben verzwaard, zijn meer bedrijven aangewezen op eigen middelen en familiekapitaal. Vormen van zelf-financiering worden steeds belangrijker om groei en continuïteit van MKB familiebedrijven te waarborgen. Met name bij de overdracht van kapitaalintensieve MKB familiebedrijven worden complexe financieringsconstructies bedacht om de overname mogelijk te maken. Vaak wordt hierbij onvoldoende nagedacht over het onderscheid tussen de verschillende rollen die familieleden kunnen hebben als ze met hun vermogen in het bedrijf zitten (eigenaar of andere vermogensverschaffer, familielid, directielid, werknemer). Hierdoor kan onduidelijkheid ontstaan over onderwerpen zoals besluitvorming, rendement op vermogen, zeggenschap en beloningsstructuren, waardoor op termijn conflicten kunnen ontstaan. Daarnaast kan de besturing van ondernemingen door de verschillende belangen van vermogensverschaffers in negatieve zin worden beïnvloed en kan dit (op termijn) de continuïteit, wendbaarheid en groei van ondernemingen in gevaar brengen. Zowel in de praktijk als in het onderzoek ontbreekt het aan kennis over hoe met deze problematiek kan worden omgegaan. Dit project heeft daarom tot doel om samen met de projectpartners nieuwe kennis te ontwikkelen rond zelf-financiering en besluitvorming in MKB familiebedrijven. Door middel van ontwerpgericht praktijkonderzoek wordt bestaande en nieuwe kennis over de rol van zelf-financiering en de positie van eigenaren omgezet in oplossingsrichtingen ter verbetering van de besluitvorming in MKB familiebedrijven. Door het monitoren van de uitgevoerde interventies zal worden vastgesteld of de oplossingsrichtingen in de praktijk werken. De kennis die uit dit project voortkomt beoogt daarmee het handelingsvermogen van eigenaren en directieleden te vergroten en zelf-financiering als mogelijke financieringsbron effectiever te maken.
Kwetsbare thuiswonende ouderen met een acute zorgvraag worden regelmatig opgenomen in het ziekenhuis. Het voorkómen van een onnodige acute opname is belangrijk. Een acute opname leidt namelijk vaak tot negatieve uitkomsten voor ouderen, zoals het vergroten van kwetsbaarheid, lichamelijke achteruitgang en functieverlies. Uit meerdere gespreksrondes met wijkverpleegkundigen blijkt dat zij het lastig vinden om de medische urgentie van een acute zorgvraag van ouderen goed in te schatten, en zodanig over te dragen naar de huisarts, zodat deze de urgentie begrijpt en oppakt. Ambulancezorgprofessionals geven aan dat zij de medische toestand juist goed in beeld hebben, maar de ondersteuningsbehoefte bij kwetsbare oudere moeilijk in kunnen schatten en niet weten wiens verantwoordelijkheid het is om de ondersteuningsbehoefte aan over te dragen. Beide disciplines kunnen van elkaar leren. Met dit project beogen wij door ontwerpgericht onderzoek kennisuitwisseling tot stand te brengen en nieuwe toepasbare kennis en handvatten te ontwikkelen om de handelingsverlegenheid van wijkverpleegkundigen en ambulancezorgprofessionals bij kwetsbare ouderen te verminderen. Hiermee dragen we bij aan het oplossen van de knelpunten in de acute zorgverlening voor kwetsbare ouderen in de thuissituatie en ondersteunen we maatschappelijke ontwikkelingen gericht op het organiseren van zorg dicht bij de patiënt. De eerste stap van het plan van aanpak is om knelpunten en oorzaken verder in kaart te brengen, met behulp van een PRISMA-analyse van echte ‘vastgelopen’ casuïstiek van kwetsbare ouderen met een acute zorgvraag. Vervolgens worden instrumenten in kaart gebracht via een rapid literatuurreview, aangevuld met via een enquête verkregen gegevens onder professionals in Nederland. Deze informatie wordt verwerkt in een drietal ontwerpsessies, waarbij handvatten voor wijkverpleegkundigen en ambulancezorgprofessionals in co-creatie worden ontwikkeld. Vervolgens worden deze handvatten in een pilot getest op haalbaarheid. Met deze uitkomsten worden handvatten zo nodig aangepast en vervolgens verspreid onder betrokken professionals via diverse kanalen, kennissessies en in het HBO-onderwijs opgenomen.
Hoe kun je een koper stimuleren om niet perse de -op het eerste gezicht- goedkoopste machine of equipment aan te schaffen, maar ook te kijken naar lange termijn waardebehoud en duurzaamheid? Of andersom, hoe vergelijk je aanbod van leveranciers op een mix van criteria waaronder emissies, maar ook het lange-termijn kostenplaatje? Dit project richt zich op mkb-bedrijven in de metaal- en maakindustrie, waar veel ‘kritieke grondstoffen’ bespaard kunnen worden als er ook naar refurbish, remanufacturing en product-as-a-service gekeken wordt op het moment dat een machine vervangen moet worden. Er zal onderzocht worden in hoeverre goed gepresenteerde en samenhangende informatie over ecologische en economische duurzaamheid kan helpen bij het maken van zulke keuzes. Deze informatie wordt gepresenteerd in een beslissingsondersteunende tool. De tool moet inzicht geven over zg. Total Cost of Ownership (TCO), in plaats van enkel de aanschafprijs, en in de eco-impact van verschillende alternatieven. Eco-impact wordt vaak bepaald d.m.v. een zg. Life Cycle Analysis (LCA), waarin de levenscyclus van een product of dienst bekeken wordt van ‘wieg tot graf’. De TCO brengt juist de financiële aspecten (investering, beheer, onderhoud, ‘end-of-life’) over de levensduur in kaart. Maar het komen tot vergelijkbare LCA/TCO berekeningen vraagt afspraken over uitgangspunten en presentatiemethoden in een keten. In het project worden bestaande (reken)methoden op een vernieuwende wijze gecombineerd worden en in co-creatie geschikt gemaakt worden voor sales engineers en inkopers uit het werkveld. Het ontwerpgerichte onderzoek naar bruikbare presentatiemethoden en het mogelijke effect op aankoopgedrag zal vooral plaatsvinden met behulp van zg. ‘mockups’ waarmee de functionaliteit en interface van de tool iteratief getest wordt. Het eindresultaat is een advies over hoe te komen tot implementatie van de methode door de betrokken partijen. Het project kan zo bijdragen aan het introduceren van nieuwe circulaire business modellen in deze sector.