Fontys OSO heeft in de afgelopen jaren haar opleidingsconcept ontwikkeld dat wordt weergegeven in een visueel model: de triade. Deze triade wordt zowel door docenten als studenten veel gebruikt en ook gewaardeerd. Met de beschrijving van de triade in deze bundel hopen we een impuls te geven aan een kritische dialoog over dit opleidingsconcept.
DOCUMENT
De Utrechtse master- en bacheloropleiding (ecologische) pedagogiek is een gezamenlijke activiteit van de Faculteit Maatschappij en Recht (voorheen Faculteit Sociaal Agogische Opleidingen) en de Faculteit Educatie (voorheen Faculteit Educatieve Opleidingen) van de Hogeschool Utrecht (voorheen Hogeschool van Utrecht). De Hogeschool Utrecht wil met het aanbieden van deze opleidingen bereiken dat voldaan wordt aan de kwantitatieve en de kwalitatieve vraag naar pedagogische beroepskrachten op de regionale en landelijke arbeidsmarkt. Zij wil dat doen door studenten praktijknabij en leef- en werkkwaliteitengericht op te leiden vanuit een integraal concept van pedagogische hulp- en dienstverlening. Zij wil ook meer specifiek bijdragen aan het versterken van de pedagogische infrastructuur binnen de regio. Daartoe wordt nauwe samenwerking gerealiseerd tussen de Faculteiten en het pedagogisch werkveld. Hiertoe wordt betreffende het opleidingsconcept filosofie, het leerlandschap, de studenten en de coaches, de onderwijseenheden en de inhoudelijke domeinen intensief samengewerkt met het lectoraat Vernieuwende opleidingsmethodiek- en didactiek van de Faculteit Educatie onder leiding van de lector Hans Jansen.
DOCUMENT
Het Studieloopbaanbegeleidingsinstrument Master Ecologische Pedagogiek (SLB-MEP) is een web-based zelfassessment voor (potentiële) studenten, dat de mate van overeenstemming tussen opleidingswaarden en studentvoorkeuren inventariseert. Het instrument biedt de mogelijkheid om de keuzeprocessen van studenten en de studieloopbaanbegeleiding op afstand te ondersteunen. Dit kan daarom ook voor initiële lerarenopleidingen van belang zijn. Het ontwikkelproces combineerde een gecontextualiseerde, kwalitatieve benadering met een kwantitatieve validatiestudie 1. Het bleek dat de betrouwbaarheid en validiteit voldoende zijn. Tevens zijn de gebruikerservaringen positief.
DOCUMENT
HBO-opleidingen worden steeds taliger: veel opdrachten worden uitgevoerd in werkgroepen en afgesloten met een presentatie, een mondeling of schriftelijk verslag. Studenten volgen hun eigen ontwikkeling door middel van het schrijven van portfolios en reflectieverslagen. Zo is in de tweedegraadsopleidingen van Instituut Archimedes de Werk-Ervarings-Reflectielijn een centrale en tegelijk zeer talig onderdeel van de studie geworden. Bij het werken aan opdrachten in deze curricula moet de student voortdurend zijn kennis van de inhoud in relatie met taal- en studievaardigheden inzetten. Het contact met opleiders is intussen in de nieuwe opleidingsprogrammas afgenomen ten gunste van de zelfwerkzaamheid, individueel of in werkgroepen. Een scherp oog van opleiders voor de eisen aan communicatieve en reflectieve vaardigheden van studenten is van groot belang. Hoe gaat dit reflecteren in de WER-lijn studenten af en waar liggen mogelijkheden voor begeleiders om hen daarbij te ondersteunen? Uit eerder onderzoek van ons lectoraat bleek dat het nieuwe onderwijsconcept voor een deel van de allochtone studenten tot struikelblokken leidt (zie o.a. José Beijers publicaties), zoals in het reflecteren in de opleiding. Maar waarin zit dan het probleem? Empirische gegevens ontbraken. Gemma Barendregt beoogde licht te laten schijnen op de specifieke begeleidingsbehoeften van studenten met een niet-Nederlandse achtergrond, met name in de genoemde Werk-Ervarings-Reflectielijn van de tweedegraadsopleidingen. Hierbij hanteerde Gemma vanuit haar achtergrond als psycholoog het begrip Themagecentreerde Interactie. Het bleek een hele klus om het werken in deze WER-lijn in het algemeen systematisch in beeld te brengen. De verkennende studie geeft daardoor nog geen antwoord op de vraag naar etnische diversiteit en het opleidingsconcept maar is wel in een multiculturele context uitgevoerd. Met haar beschrijving geeft Gemma een aanzet tot systematischer studie van deze WER-activiteiten waarbinnen ook studentfactoren verder in beeld gebracht kunnen gaan worden.
DOCUMENT
Doelstellingen Het bewust maken van de praktijkkennis van de ervaren docenten, om inzicht te krijgen in VMBO-specifieke competenties. Het uitwisselen van de benoemde competenties tussen de teams binnen een school en in een volgende fase tussen de scholen om tot overeenstemming te komen. Het ontwerpen van een kader voor het begeleiden en professionaliseren vanuit VMBO-specifieke competenties. De implementatie van dit kader in het Instituut Archimedes. Algemene vraagstelling Is er een VMBO-specifieke didactiek en pedagogiek en kun je deze zichtbaar en benoembaar maken? Zijn daarvan VMBO-specifieke begeleidingsvaardigheden af te leiden?
DOCUMENT
In 1999 is bij Fontys de duale opleiding voor het Beroepsonderwijs en volwasseneneducatie (Bve) van start gegaan. In het artikel Duaal opleiden samen met ROC s: drie jaar maatwerk-ervaring (P.L.van der Plas, 2002) wordt deze opleiding nader toegelicht. In het onderwijsmodel vormt de opleiding tot onderwijsassistent de eerste fase. Bij het ontwerp van de opleiding is gekozen voor een nieuwe opleidingsmethode, producerend leren, die het leren op de werkplek verbindt aan het leren op de opleiding. Bij de start van de opleiding in september 1999 was het concept van producerend leren globaal uitgewerkt. In het drie-wekelijkse overleg van opleiders kwam de invulling van producerend leren in de praktijk veelvuldig aan bod. De projectleiding heeft besloten flankerend onderzoek te laten verrichten naar de vraag Wat is producerend leren voor dit duale opleidingstraject, hoe wordt het ingevuld en hoe zou het moeten worden ingevuld volgens de participanten? Participanten bij producerend leren zijn de duale studenten, ROC-coaches en Fontys-opleiders. In dit artikel wordt eerst ingegaan op de keuze voor producerend leren als opleidingsmethode. Vervolgens worden de onderzoeksaanpak toegelicht en de voornaamste onderzoeksresultaten gepresenteerd. Afsluitend wordt gekeken naar de invulling van producerend leren elders in het onderwijs alsmede naar de vraag of producerend leren een rol kan spelen voor het inrichten van de werkplek als krachtige leeromgeving.
DOCUMENT
In reactie op de adviezen van de Vernieuwingscommissie Hoger Sociaal Agogisch Onderwijs stellen de auteurs dat deze adviezen onhaalbaar zijn, en doen zij voorstellen om de opleidingen duurzaam te vernieuwen.
MULTIFILE
Onderzoek doen binnen het hbo. Hoe pakken we het aan? Nemen we het academisch onderzoek als uitgangspunt of gaan we op zoek naar een eigen manier van onderzoek doen? Loes Houweling vindt dat het hbo de universiteit niet moet willen nadoen; beter is het om een eigen weg te zoeken. Dialogisch onderzoek is een mogelijkheid. In dit dossier vertelt zij over wat dialogisch onderzoeken is, en hoe dit kan worden vormgegeven. Dialogisch onderzoek, waarbij kritisch, reflexief en samenwerkend onderzoek belangrijke invalshoeken zijn, is onderzoek voor en door mensen uit de praktijk. Iedereen is participant in het onderzoek, maar wel in verschillende rollen. Dialogisch onderzoek vertrekt vanuit dat wat zich in de praktijk voordoet, terwijl academisch onderzoek vaak vooral theorie gestuurd is. Ook vind je in dit dossier informatie over Houwelings promotieonderzoek over dit onderwerp. In dat onderzoek buigt ze zich niet alleen over de methodes van onderzoek maar ook over hoe je met elkaar, in de praktijk, het onderzoeksproces vormgeeft. Tot slot is er een aantal inspirerende voorbeelden verzameld van onderzoeken die dialogisch zijn opgezet. Dialogisch onderzoek is niet alleen interessant voor wie zich bezighoudt met ecologische pedagogiek, maar voor iedereen die bezig is met hbo-onderzoek.
DOCUMENT
Welkom bij de officiële installatie van het Lectoraat Beroepsonderwijs aan de Faculteit Educatie van de Hogeschool Utrecht. De eerste bouwfase van het lectoraat is achter de rug en vanmiddag kunt u kennisnemen van de ambities, werkwijze en reikwijdte van het lectoraat. Als vorm voor de presentatie van het lectoraat heb ik gekozen voor een compilatie van interne en externe bijdragen, van zowel betrokkenen als belang hebbenden. Ik geef daarbij als lector de aftrap.
DOCUMENT