Het stellen van open, onderzoekende vragen is een van de drie pedagogisch-didactische strategieën bij talentgericht onderwijs. In een pilotstudie is onderzochtin hoeverre deze aanpak toepasbaar is binnen instrumentale lespraktijken. Herman Veenker belicht de achtergronden en resultaten van deze studie.
DOCUMENT
Docenten in het beroepsonderwijs hebben te maken met frictie tussen twee werelden: onderwijs en arbeid. Je kunt die frictie constructief inzetten en zo het leren verder brengen. Dat stelt echter hoge eisen aan de docent. In de lerarenopleiding is nog maar weinig aandacht voor de specifieke aard van het beroepsonderwijs. Voor veel beroepsgerichte vakken bestaat zelfs geen lerarenopleiding. Rede, in verkorte vorm uitgesproken bij de openbare aanvaarding van het ambt van bijzonder hoogleraar Pedagogisch-didactische aspecten van het opleiden tot beroepsuitoefening vanwege Hogeschool Utrecht aan de Open Universiteit op vrijdag 29 maart 2019 door prof. dr. Elly de Bruijn.
DOCUMENT
Muziek = Taal + Rekenen is een project van DOK Educatie (Delft) voor onderzoekend leren in de basisschool. Om dit overdraagbaar te maken is een coachingsprogramma ontwikkeld vanuit de pedagogisch-didactische strategieën van de talentdriehoek en met video feedback als vorm. In dit artikel beschrijft Ellen de Vugt de uitgangspunten van het coachingsprogramma en de eerste bevindingen van ermee werken in de praktijk.
DOCUMENT
Democratie, politiek, verzorgingsstaat, de EU, het bankenstelsel, beleid omtrent klimaatverandering. Allemaal burgerschapsthema’s die complex zijn. Volgens sommigedocenten zijn deze onderwerpen zo ingewikkeld dat ze eigenlijk vooral in het vwo behandeld moeten worden en misschien ook in eenvoudigere vorm op het havo. In het vmbo zou dat niet mogelijk zijn. Vmbo-leerlingen zouden niet slim genoeg zijn, onvoldoende de complexiteit van de samenleving kunnen doorzien en onvoldoende abstractievermogen hebben. Velen zullen dit verhaal over vmbo-leerlingen herkennen. Wijhebben er ernstige moeite mee. Natuurlijk bestaan er verschillen tussen leerlingen. Vmbo-leerlingen hebben gemiddeld gezien minder burgerschapskennis dan vwo-leerlingen, vwo-leerlingen hebben vaak meer vermogen tot abstract denken dan hun peers in het vmbo. Maar álle leerlingen zijn in staat om na te denken over bovenstaandemaatschappelijke vraagstukken, zoals we hieronder zullen laten zien. Of leerlingen in de les in staat zijn om na te denken over maatschappelijke vraagtukken, hangt vooral samen met de door de docent gekozen pedagogisch-didactische strategieën en bijbehorende werkvormen. Uiteindelijk hangt de leeropbrengst van onderwijs samen met de vakinhoudelijke en pedagogisch-didactische kwaliteiten van docenten. Als een leraar zegt dat leerlingen te dom zijn om over dit soort onderwerpen na te denken, dan zegt de leraar misschien vooral iets over zijn of haar eigen capaciteiten. In dit hoofdstuk presenteren we op basis van praktijkervaringen en wetenschappelijke inzichten eenaantal uitgangspunten voor pedagogisch-didactische strategieën voor het behandelen van burgerschap in de klas
MULTIFILE
Dit artikel richt zich op het formuleren van een visie op het gebied van diversiteit in gedrag en talentontwikkeling.Hoe de school een visie kan ontwikkelen en bijhouden, wordt toegelicht aan de hand van een concreet voorbeeldvan een dagelijkse situatie in de groep. Dit voorbeeld gaat over leerkracht Joep en leerlingen Zarah en Joke (sectie 1).De centrale vraag in het artikel is:Hoe kan een schoolbrede visie worden opgesteld waarbij leerkrachten worden ondersteund om talentgericht te werken met alle leerlingen?In de tweede sectie wordt ingegaan op wat diversiteit is en wat de samenhang is met inclusie en met het opzetten van een talentgerichte bril in het handelen in de klas enop school. In sectie 3 wordt de achterliggende theorie (een model over leren en ontwikkeling) besproken. Daarbij komen drie pijlers naar voren: 1. Uitgaan van diversiteit, 2. Kijken en handelen en 3. Werken aan een positieve spiraal. In sectie 4 worden drie stellingen gepresenteerd, die gebaseerd zijn op de drie theoretische pijlers. Ze zijn bruikbaar om samen met het schoolteam te werken aan een visie. Ze zijn de basis voor een aantal concrete handvatten die voor het werken in de eigen groep als leerkracht kunnen worden gebruiken (beschreven insectie 5, praktische handvatten). Deze handvatten zijn ook bruikbaar voor het werken in het schoolteam en in relatie met ouders en andere professionals.Het artikel draagt hiermee hopelijk bij aan het werken vanuit een visie op diversiteit in gedrag en talentontwikkeling, waarbij de school samen de schouders zet onder het bieden van kansen voor alle leerlingen.
LINK
Bij autisme spelen twee kernkwetsbaarheden een rol: 🔹 Moeite met sociale interactie en communicatie 🔹 Beperkte en herhalende gedragingen, interesses of aanpakkenOm deze leerlingen talentgericht te begeleiden in de klas, zijn er drie sleutelprincipes: ▪️ Ruimte bieden – zie het unieke perspectief van het kind▪️ Structuur geven – creëer voorspelbaarheid en veiligheid▪️ Flexibel ondersteunen – sluit aan op individuele behoeften en mogelijkhedenDeze kennisclips brengen deze aanpakken helder in beeld aan de hand van drie ervaringen van leerlingen en hun leerkracht. Ze zijn compact, praktisch en direct inzetbaar in jouw onderwijs- of hulpverleningspraktijk.
LINK
In het debat over kansengelijkheid wordt gepleit voor het later selecteren van leerlingen (zie bijv. Volkskrant, 27 augustus 2022). Dit om te bevorderen dat alle leerlingen voldoende kansen krijgen op onderwijs dat recht doet aan hun capaciteiten en ontwikkeling (Onderwijsraad, 2021). Ook in de stad Utrecht is er een groeiende aandacht voor heterogeniteit in het onderwijs in het kader van kansengelijkheid (Utrechtse Onderwijs Agenda 2023-2026). Academie Tien is een school waar heterogeniteit kenmerkend is. Academie Tien is een brede school in Utrecht voor mavo, havo, en vwo voor leerlingen vanaf 10 jaar. Op deze school bestaat een klas uit leerlingen van hetzelfde leerjaar, die onderwijs volgen op verschillende niveaus. De primaire taak van Academie Tien is om het onderwijs voor leerlingen te verzorgen. De ontwikkeling van leraren wordt echter niet gezien als een aparte bezigheid en is onlosmakelijk verbonden met de ontwikkeling van de leerlingen. Niet alleen omdat de nieuwe kennis en inzichten die leraren opdoen, teruggebracht worden naar de leerlingen (bijvoorbeeld in hoe de lessen ontworpen worden), maar ook omdat de school wil voorleven wat het betekent om onderdeel te zijn van een leergemeenschap. De ontwikkeling van leraren, die wordt begeleid door opleiders in het zogenoemde ‘Opleidingshuis’, is daarmee een krachtig voorbeeld voor de leerlingen.
DOCUMENT
Kennis heeft een landschap met wegen, routes en mogelijkheden nodig om te bewegen, kortom: een infrastructuur. Om de landelijke kennisinfrastructuur rond IOMC te versterken hebben we vanuit SPRONG Meertaligheid het Kennisnetwerk IOMC inzichtelijk gemaakt. De belangrijkste conclusie over de gezamenlijke reis die we in dit consortium hebben afgelegd, is dat kennisinfrastructuur in de eerste plaats gaat over mensen. Dit hoofdstuk is tot stand gekomen in samenwerking met Arienne van Staveren, Ada van Dalen, Vital Hanssen, Lyske van den Berg en Jantje Timmerman.
LINK
In dit hoofdstuk oogsten wij de vruchten van vier jaar SPRONG Meertaligheid, in de vorm van een onderzoeksagenda gericht op het verder gestalte geven aan IOMC. De onderzoeksagenda geeft een beschrijving van de zeven meest urgente onderzoeksthema’s voor de komende jaren.
LINK
Over welke onderwerpen leven er vragen in het onderwijsveld op het gebied van IOMC? En welke van die vragen verdienen prioriteit in wetenschappelijk onderzoek én praktijkonderzoek? Voor een antwoord op die vragen is een vragenlijst ontwikkeld en uitgezet onder onderwijsprofessionals buiten het SPRONG Meertaligheid-consortium: leraren, directeuren, intern begeleiders, (taal)coördinatoren in po/vo/mbo, en lerarenopleiders.
LINK