Beroepsidentiteiten staan onder druk. Er is meer aandacht nodig voor beroepsidentiteit om de negatieve effecten van professionaliseren en flexibiliseren te voorkomen. Daarom schreef de Onderzoeksgroep Professionele Identiteit in het initiële onderwijs onder leiding van Manon Ruijters het Manifest voor de beroepsidentiteit. Het manifest is een noodkreet aan opleiders en begeleiders om er meer zorg en aandacht aan te besteden. Zonder dat vormt de huidige aandacht voor personaliseren en flexibiliseren een serieus risico. Dan werken we niet toe naar wendbare, sterke professionals, maar staan professionaliteit, interprofessionele samenwerking, en ook het persoonlijk en professionele welzijn van onze professionals op het spel.
MULTIFILE
Op woensdag 27 oktober 2021 vond een inspiratiesessie van Innovatiewerkplaats Healthy Workplace plaats over het customizen van hybride werken. Op basis van deze eerste themabijeenkomst hebben wij deze inspiratie paper geschreven.
DOCUMENT
In deze lectorale rede geeft Jan Jukema zijn visie op hoe hij, samen met de leden van de kenniskring van het lectoraat Verpleegkunde van Saxion, praktijkgericht onderzoek wil doen vanuit een benadering van co-creatie met zorgvragers, hun netwerk, verpleegkundigen en andere (zorg)professionals. Dit onderzoek is met name gericht op een bijdrage aan het ontwerpen, implementeren en evalueren van methodieken, interventies en tools die mensen als zorgvrager en verpleegkundige helpen bij het realiseren van gepersonaliseerde zorg, en aan het bewerkstelligen van een context waarin deze hoogwaardige zorg kan gedijen. Zij zijn daarbij ook geïnteresseerd in de plaats die technologie hierin heeft. Vragen die aan bod komen zijn: Wat is gepersonaliseerde zorg? Wat is co-creatie in de gezondheidszorg? Wat is haar belofte? Hoe kan co-creatie zorgvragers en (zorg)professionals helpen om te komen tot gepersonaliseerde zorg? Welke weloverwogen en methodische aanpak helpt hen daarbij? Deze lectorale rede schetst de inbedding en reikwijdte van deze vragen, en verkent de aanpak van het lectoraat om op deze en andere vragen een antwoord te geven.
MULTIFILE
De implementatie van blended learning – waarbij fysiek leren wordt gecombineerd met online leren – staat bij veel onderwijsinstellingen hoog op de agenda, om activeren, intensiveren, flexibiliseren, differentiëren en/of personaliseren mogelijk te maken (Bos, 2022). Als gevolg hiervan krijgt de online leeromgeving binnen onderwijsinstellingen een steeds nadrukkelijkere rol. Om te komen tot betekenisvol leren in deze online leeromgeving (vaak in de vorm van een leermanagementsysteem, ook wel LMS genoemd), is het belangrijk dat studenten hierin actief aan de slag gaan met de aangeboden onderwijsinhoud en geïnteresseerd en gemotiveerd zijn om dit te (gaan) doen (Michael, 2006; Alhazmi & Rahman, 2012; Derboven et al., 2017; Grant-Smith et al., 2019). Echter, in de praktijk blijkt dat lang niet altijd sprake is van deze gewenste student engagement. Deze resultaten zijn samengevat in twee overzichtelijke infographics. Bijlage 1: Infographic 2 bevat een stappenplan voor docenten om hun LMS te analyseren en te optimaliseren (laaghangend fruit). Bijlage 2: Infographic 1 omvat het gehele overzicht van de (mogelijk) te implementeren ontwerpprincipes. Bijlage 3: Dit artikel geeft de resultaten weer van een onderzoek naar mogelijkheden om student engagement in het LMS te vergroten.
MULTIFILE
De implementatie van blended learning – waarbij fysiek leren wordt gecombineerd met online leren – staat bij veel onderwijsinstellingen hoog op de agenda, om activeren, intensiveren, flexibiliseren, differentiëren en/of personaliseren mogelijk te maken (Bos, 2022). Als gevolg hiervan krijgt de online leeromgeving binnen onderwijsinstellingen een steeds nadrukkelijkere rol. Om te komen tot betekenisvol leren in deze online leeromgeving (vaak in de vorm van een leermanagementsysteem, ook wel LMS genoemd), is het belangrijk dat studenten hierin actief aan de slag gaan met de aangeboden onderwijsinhoud en geïnteresseerd en gemotiveerd zijn om dit te (gaan) doen (Michael, 2006; Alhazmi & Rahman, 2012; Derboven et al., 2017; Grant-Smith et al., 2019). Echter, in de praktijk blijkt dat lang niet altijd sprake is van deze gewenste student engagement. Deze resultaten zijn samengevat in twee overzichtelijke infographics. Bijlage 1: Infographic 1 omvat het gehele overzicht van de (mogelijk) te implementeren ontwerpprincipes. Bijlage 2: Infographic 2 bevat een stappenplan voor docenten om hun LMS te analyseren en te optimaliseren (laaghangend fruit). Bijlage 3: Dit artikel geeft de resultaten weer van een onderzoek naar mogelijkheden om student engagement in het LMS te vergroten.
MULTIFILE
De implementatie van blended learning – waarbij fysiek leren wordt gecombineerd met online leren – staat bij veel onderwijsinstellingen hoog op de agenda, om activeren, intensiveren, flexibiliseren, differentiëren en/of personaliseren mogelijk te maken (Bos, 2022). Als gevolg hiervan krijgt de online leeromgeving binnen onderwijsinstellingen een steeds nadrukkelijkere rol. Om te komen tot betekenisvol leren in deze online leeromgeving (vaak in de vorm van een leermanagementsysteem, ook wel LMS genoemd), is het belangrijk dat studenten hierin actief aan de slag gaan met de aangeboden onderwijsinhoud en geïnteresseerd en gemotiveerd zijn om dit te (gaan) doen (Michael, 2006; Alhazmi & Rahman, 2012; Derboven et al., 2017; Grant-Smith et al., 2019). Echter, in de praktijk blijkt dat lang niet altijd sprake is van deze gewenste student engagement. Bijlage 1: Dit artikel geeft de resultaten weer van een onderzoek naar mogelijkheden om student engagement in het LMS te vergroten. Deze resultaten zijn tevens samengevat in twee overzichtelijke infographics. Bijlage 2: Infographic 1 omvat het gehele overzicht van de (mogelijk) te implementeren ontwerpprincipes. Bijlage 3: Infographic 2 bevat een stappenplan voor docenten om hun LMS te analyseren en te optimaliseren (laaghangend fruit).
MULTIFILE
Na curatieve behandeling voor niet-gemetastaseerde borstkanker krijgen patiënten nacontrole (detectie van mogelijke terugkeer van borstkanker in het borstgebied) en nazorg ondersteuning bij mogelijke gevolgen van de ziekte en/of behandeling). Tot nu toe kregen alle patiënten vijf jaar lang een jaarlijks mammogram ongeacht hun risico op een recidief. Binnen de NABOR-studie worden in gedeelde besluitvorming nacontroleplannen gepersonaliseerd met behulp van de Borstkanker Nacontrolekeuzehulp, waarbij het individuele risico op recidief wordt berekend met het gevalideerde INFLUENCE-voorspellingsmodel. Gepersonaliseerde nazorgplannen worden ondersteund door de Nazorgkeuzehulp. Het doel van de studie is het bepalen van de (kosten)effectiviteit van gepersonaliseerde nacontrole en nazorg op zorgen van terugkeer van kanker en kwaliteit van leven. Het design is een ‘multiple interrupted time series’, waarbij ziekenhuizen via een transitiefase overstappen op het gebruik van beide keuzehulpen. De studie beoogt in 10 ziekenhuizen 1.040 patiënten te includeren die twee jaar worden gevolgd. Met toestemming overgenomen van NED TIJDSCHR ONCOL 2025;22:138-42. Summary: After curative treatment for non-metastatic breast cancer, patients receive surveillance (detection of possible recurrence of breast cancer in the breast area) and aftercare (support for possible consequences of the disease and/or treatment). Until now, all patients received an annual mammogram for five years, regardless of their risk of recurrence. Within the NABOR study, surveillance plans are personalized in shared decision-making using Breast Cancer Surveillance decision aid, in which the individual risk of recurrence is calculated using the validated INFLUENCE prediction model. Personal aftercare plans are supported by the Breast Cancer Aftercare decision aid. The aim of the study is to determine the (cost-)effectiveness of personalized surveillance and aftercare on patient-reported concerns about cancer recurrence and quality of life. The design is a multiple interrupted time series, in which hospitals switch to using both decision aids via a transition phase. The study aims to include in 10 hospitals 1,040 patients who will be followed for two years.
DOCUMENT
Tijdens de eHealth themadag georganiseerd op 7 maart 2018 werd aandacht besteed aan resultaten van het Voor iedereen een app?! project. Ook werden een aantal stellingen over sportapps bediscussieerd.
DOCUMENT
Tijdens de eHealth themadag georganiseerd op 7 maart 2018 werd aandacht besteed aan resultaten van het Voor iedereen een app?! project. Ook werden een aantal stellingen over sportapps bediscussieerd
DOCUMENT