The increased cultivation of highly productive C4 crop plants may contribute to a second green revolution in agriculture. However, the regulation of mineral nutrition is rather poorly understood in C4 plants. To understand the impact of C4 photosynthesis on the regulation of sulfate uptake by the root and sulfate assimilation into cysteine at the whole plant level, seedlings of the monocot C4 plant maize (Zea mays) were exposed to a non-toxic level of 1.0 µl l−1 atmospheric H2S at sulfate-sufficient and sulfate-deprived conditions. Sulfate deprivation not only affected growth and the levels of sulfur- and nitrogen-containing compounds, but it also enhanced the expression and activity of the sulfate transporters in the root and the expression and activity of APS reductase (APR) in the root and shoot. H2S exposure alleviated the establishment of sulfur deprivation symptoms and seedlings switched, at least partly, from sulfate to H2S as sulfur source. Moreover, H2S exposure resulted in a downregulation of the expression and activity of APR in both shoot and root, though it hardly affected that of the sulfate transporters in the root. These results indicate that maize seedlings respond similarly to sulfate deprivation and atmospheric H2S exposure as C3 monocots, implying that C4 photosynthesis in maize is not associated with a distinct whole plant regulation of sulfate uptake and assimilation into cysteine.
DOCUMENT
Rationale: The goal of the PROVE (Protein enriched vegan products to fight malnutrition) project is to innovate the assortment of plant-based energy and protein enriched products for dietary treatment of (risk of) malnutrition. We aimed to explore preferences of dietitians for plant-based products in the treatment of malnutrition.Methods: In this design-based research project, the Double Diamond model was applied. Contextual interviews were performed with 9 dietitians experienced in treating clients using a vegan diet (1 omnivore, 3 flexi-vegetarian, 1 vegetarian, 1 pescetarian, 3 flexi-vegan). Interviews focused on preferences regarding product type, size, nutrients, taste, packaging, price. Affinity mapping was used to code and analyze the transcripted interviews. The results were summarized into concept products.Results: Four product concepts were developed that represent preferences of dietitians for a plant-based energy and protein enriched product for clients with (risk of) malnutrition. Overall, pea or soy were preferred as a protein source and addition of vitamins and minerals was not preferred.Conclusion: Preferences of dietitians for plant-based protein and energy rich products for patients with risk of malnutrition largely vary. Within PROVE, we will enrich these results with patient perspectives, as basis to develop and deliver plant-based energy and protein enriched products for treatment of (risk of) malnutrition.
DOCUMENT
Developing a reliable method to compare food sustainability is gaining traction, with efforts like those by the Food and Agriculture Organization (FAO). This research aims to contribute to a comprehensive scientific comparison of food categories based on CO2 emissions linked not to weight but to their primary function: nutrient availability and uptake in the consumer’s body. The study utilizes a multi-criteria evaluation for sustainability, incorporating the Nutrient Rich Food (NRF) score, protein digestibility, and essential amino acid content. A case study compares one serving of semi-skimmed milk (SSM) with various plant-based beverages (oat, soy, rice, coconut, and almond), considering their carbon footprints in relation to nutrient content and environmental costs. The analysis integrates protein quality through essential amino acid proportion and digestibility. Findings reveal that achieving an NRF11.3 score of 50 requires more servings of unfortified plant-based beverages than semi-skimmed milk, resulting in higher carbon footprints, except for soy drink. However, when considering emerging farm management measures, semi-skimmed and soy drinks show comparable carbon footprints for a given NRF score. Fortified plant-based beverages (soy, oat, and almond) exhibit lower footprints relative to the calculated NRF scores. Yet, when converting carbon footprints to euros using the European Union Emissions Trading System and adding them to retail prices per kilogram, semi-skimmed milk emerges as the option with the lowest “societal costs” (environment and consumer costs). The research underscores that understanding a food product’s nutritional value requires more than knowledge of its composition; uptake into the body maintenance and potential synergistic effects of other components in the food matrix play crucial roles.
LINK
Doel van dit project is om de verschillende ketenonderdelen te ondersteunen met betrekking tot het benutten van de eiwitrijke biomassa van kroos (Lemna) voor toepassingen in voedingsmiddelen. Aan eendenkroosteelt en de toepassing van de eiwitrijke biomassa in voedingsmiddelen is al het één en ander gebeurd in binnen- en buitenland, vaak op kleine schaal. De prakrijkrelevante innovatie waar nog het meest aan moet gebeuren is het bereiken van de markt van eendenkroos voor humane consumptie. Hoe kunnen B2C-bedrijven op eendenkrooseiwit gebaseerde voedingsmiddelen leveren, welke B2B is daarbij nodig, welke procestechnologische en sensorische (smaak-, kleur- en textuur-) elementen kunnen geoptimaliseerd worden? Tegelijk willen we in dit project de keten goed in beeld hebben om de teelt optimaal te laten aansluiten aan de marktvraag, de verteerbaarheid van het eiwit beter leren kennen en de business case voor elke schakel in de keten onderzoeken en optimaliseren. Hierbij worden de volgende resultaten opgeleverd die antwoord moeten geven op vragen die vanuit de deelnemende bedrijven aan de hogescholen in dit consortium zijn gesteld: Het opleveren van een duurzame teeltmethode voor de productie van food grade biomassa op industriële schaal van een bestaande vertical farm, inclusief inzicht in de business case en de milieu impact (Life cycle assessment). Een optimale bewerkingsmethode van de geproduceerde eiwitrijke biomassa door procestechnologische onderzoek, zoals drogen, extrusie en fermentatie. Inzicht in de nutritionele en functionele eigenschappen van het eiwit ingrediënt. Denk hierbij ook aan de voedselveiligheid en het belang van sensorisch onderzoek bij productontwikkeling. Samen met studenten en docent-onderzoekers zal bovenstaande kennis opgedaan worden, die relevant is voor de eiwittransitie in Nederland waarin nieuwe plantaardige eiwitten een steeds belangrijkere plek innemen. De opbrengst zal effectief gedissemineerd worden binnen het consortium via kenniscirculatie, tussen het consortium en de buitenwereld en in volle glorie naar de maatschappij, m.b.v. een breed scala aan communicatiemiddelen.
Een voedingspatroon gebaseerd op meer plantaardige in plaats van dierlijke bronnen wordt steeds belangrijker. Het heeft niet alleen positieve gezondheidseffecten die belangrijk zijn bij de preventie van chronische ziekten, maar heeft ook een positieve impact op het klimaat. Met deze kennis is het belangrijk te onderzoeken hoe de consument gestimuleerd kan worden om meer plantaardige voedingsbronnen te consumeren en daarnaast hoe dit op een gezonde manier mogelijk is. Met name de consument die bereid is om over te stappen van een voedingspatroon rijk aan dierlijke eiwitbronnen naar een voedingspatroon rijk aan plantaardige eiwitbronnen is vaak nog onvoldoende geïnformeerd over hoe met name plantaardige eiwitbronnen kunnen worden toegepast in een gezond en evenwichtig voedingspatroon. Het doel van dit project is om deze consument te helpen met een gezond voedingspatroon gebaseerd op meer plantaardige eiwitbronnen door het ontwikkelen van bruikbare tools die aansluiten bij de wensen en behoeften van de consument. Daartoe wordt onderzoek gedaan naar: 1) de kennis van de consument over plantaardige eiwitbronnen (o.a. op het gebied van soorten plantaardige bronnen, samenstelling, bereiding, gezondheid en milieu); 2) de behoeften en barrières van de consument om tot een meer plantaardig voedingspatroon te komen; 3) hoe gezond een plantaardig voedingspatroon is wat betreft eiwitinname en -kwaliteit, vitamines, mineralen en zoutgehalte; 4) de ontwikkeling van nieuwe (informatie)tools en voedingsconcepten om een gezond plantaardig voedingspatroon te stimuleren.
De consumptie van teveel zout zorgt voor significante gezondheidsschade. Mosterd is dé smaakmaker van belangrijke maaltijden in Nederland, maar bestaande strategieën om zout te reduceren in mosterd werken onvoldoende en zijn bovendien niet altijd toepasbaar. Daarom heeft de marktleider in de Nederlandse mosterdproductie, De Marne’s Fabrieken B.V., contact gezocht met het lectoraat Healthy Food and Nutrition van de Hanze.Natrium zorgt met name voor de gezondheidsschade van zout. Marne heeft geprobeerd natriumgehalten in mosterd te verlagen door natriumvervangers te gebruiken, maar dit had negatieve effecten op de smaaksensatie. Een mogelijk alternatieve strategie om natrium te reduceren is het variëren van de concentraties van ingrediënten, die reeds aanwezig zijn in een product en die ook significant bijdragen aan de smaak. Voor mosterd zijn dit primair glucosinolaten, een grote groep zwavelmoleculen, en secundair enkele andere moleculen. Daarom analyseert dit project hoe variatie in reeds aanwezige bestanddelen kan leiden tot een verlaging van natriumgehalten in mosterd.In het project wordt eerst op basis van literatuurstudie bepaald welke bestanddelen exact de smaak van mosterd bepalen. Hierna wordt bepaald wat de gehalten van deze bestanddelen zijn in de zaden van verschillende mosterdplanten, die Marne kan gebruiken. Vervolgens worden er testpotjes zoutarme mosterd gemaakt met in elk potje een andere concentratie smaakstoffen. Deze potjes wordt gemaakt door het zaad van verschillende planten te gebruiken. De testpotjes worden voorgelegd aan het smaakpanel van Marne om te bepalen welk zaad bruikbaar is voor zoutarme mosterd zonder in te leveren op smaak. Tot slot worden opgedane ervaringen verspreid onder levensmiddelenfabrikanten om de sector te inspireren. Zo wordt bijgedragen aan het verminderen van natrium in mosterd en daarmee aan het verbeteren van de volksgezondheid.
Lectoraat, onderdeel van HAS green academy