Het onderzoek van de afstudeergroep SILO@live.nl is een poging tot aanvulling en verdieping van onderzoek van DAAD. Het architectenbureau verricht research naar een reeks industriële erfgoederen (in plattelandsgebieden) met de bedoeling een nieuwe ontwerpmethodiek te formuleren. Het bureau probeert op deze wijze de structurele leegstand van industriepanden tegen te gaan. De nieuwe ontwerpmethodiek moet het (financieel) aantrekkelijker moeten maken om de oude silo’s te herstructureren, en daarmee de dikwijls gebiedseigen panden behouden van sloop. DAAD heeft daartoe een aantal vragen opgesteld die als weegfactor kunnen dienen voor de verlenging van de levensduur van het erfgoed.
DOCUMENT
In deze literatuurstudie werden vier databanken doorzocht met behulp van trefwoorden zoals chronic disease, e-health, factors en suggested interventions. Kwalitatieve, kwantitatieve en mixed methods-studies werden meegenomen. Uit de data van de 22 artikelen die werden geïncludeerd in de studie, blijken leeftijd, geslacht, inkomen, opleidingsniveau, etnische achtergrond en woonplaats (stad of platteland) in meer of mindere mate van invloed te zijn op het gebruik van e-health. Het artikel is een Nederlandstalige samenvatting van het artikel: Reiners, Sturm, Bouw & Wouters (2019) uit Int J Environ Res Public Health 2019;16(4)
DOCUMENT
There is an increasing awareness that the landscape around cities can contribute significantly to the well-being of urban citizens. Various studies and experiences in the Netherlands and other countries show that the combination of agriculture with care and education has great potential. The number of care farms has increased from 75 in 1999 to 500 in 2005. In urban areas, a diversity of groups can benefit from care farms or other types of social services in the rural area. It concerns among others, people with mental problems, with (chronic) psychiatric demands, with addiction problems, elderly, children with behavior and/or psychological problems and long term unemployed. The city of Amsterdam recognizes the unique and valuable qualities of the rural area and its potential for the well-being of its citizens. In and around Amsterdam various organizations have initiated innovative projects that connect urban demands with agricultural entrepreneurs. A transition to a new kind of agriculture and landscape contributing to health and well-being of urban citizens is possible.
DOCUMENT
Het landelijk gebied staat voor ingrijpende veranderingen. In 2050 zal het een geheel ander aanzien hebben. Keuzes van nu, bepalen hoe het toekomstige landschap eruit zal zien. De Europese Commissie en het Rijk zetten hierin de toon waarbij provincies de cruciale uitvoerende regio’s gaan worden. Binnen dit dynamische kader moeten op gebiedsniveau maatwerkoplossingen worden gevonden waarbij publiek/private belanghebbenden samenwerken. Een van de grote landbouw-uitdagingen is de opgave om emissies te reduceren en integraal te verduurzamen. Er is onderzoek nodig om kringlopen (beter) te sluiten, reststromen te verwaarden en onze natuurlijke leefomgeving te beschermen. Uitstoot van CO2, stikstof en methaan heeft aantoonbare schadelijke gevolgen voor onze kwetsbare natuur en het milieu. Hoewel de landbouwsector thans negatief bijdraagt aan de staat van ons milieu kan zij tegelijkertijd ook onderdeel worden van voorgestane oplossingen. Door nabewerkingen van meststromen, kunnen kostbare nutriënten worden teruggewonnen en duurzaam biogas/groengas worden geproduceerd. Aeres, Saxion en VHL (SPRONG-groep), bedrijven en (semi-publieke) overheden kiezen voor een gezamenlijke profilering gericht op een Emissiearme Landbouw en MEstverwaarding iN een gebiedsgerichte contexT (ELEMENT). Het ELEMENT-programma biedt (agrarische) ondernemers uit de mestverwaardingsketen kennis over het hergebruik van meststoffen (verwaarding), sluiten van nutriëntenkringlopen, CO2-neutrale (voedsel)productie, samenwerkingsconcepten voor de optimalisatie van (individuele) bedrijfsresultaten en nieuwe handelingsperspectieven door best practices, business cases en fysieke (mestvergistings en mestverwaardings)installaties te ontwikkelen en te testen. Bovendien worden voornoemde handelingsperspectieven duurzaam verbonden én ingepast in het landelijk/provinciaal geformuleerde gebiedsbeleid en gestelde doelen. Het ELEMENT-programma levert waardevolle bijdragen aan maatschappelijke opgaven in de Sustainable Development Goals, missies van het Horizon Europe-programma gericht op ‘adaption to climate change’, het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) gericht op milieubescherming, levendige plattelandsgebieden, toekomstbestendigheid van de agrarische sector en aan de missies van de KIA-LWV, KIA-Energietransitie & Duurzaamheid én KIA-Sleuteltechnologieën. Het ELEMENT- programma onderscheidt zich door de actuele integrale aanpak voor nieuwe gebiedsgerichte (landbouw)concepten.
VraagstukPlattelandsgebieden in Noord-Nederland krimpen en vergrijzen sneller dan in de Randstad. Door het decentralisatiebeleid van de overheid worden taken en verantwoordelijkheden op bijvoorbeeld het vlak van een gezonde leefomgeving nu bij gemeenten gelegd. Kleine gemeenten hebben maar beperkte kennis en capaciteit om dit te realiseren. In GO! Noord Nederland hebben verschillende gemeenten, kennisinstellingen, GGD-en, het RIVM en een veiligheidsregio de handen ineengeslagen om gezamenlijk: 1. kansen voor een gezondere leefomgeving samen met lokale stakeholders te identificeren; 2. deze kansen te verbinden aan effectieve maatregelen voor zowel bewoners als andere lokale belanghebbenden.OnderzoekUitgangspunt voor het project is de Go! methode van het RIVM. Deze methode brengt op integrale wijze met data en interviews een dorp of buurt nauwgezet in kaart, waarna burgers en experts aan kunnen geven welke combinaties van maatregelen lokaal effectief zijn om een gezondere leefomgeving te realiseren.