De meerderheid van de gepromoveerden en postdocs komt terecht in een baan buiten de wetenschap. Toch weten we maar weinig over hoe ze dit ervaren. Nieuw onderzoek onder zowel gepromoveerden als hun niet-wetenschappelijke werkgevers laat zien dat de veronderstelde kloof tussen wetenschap en bedrijfsleven minder groot is dan dikwijls gedacht. Hoe kunnen we die verder dichten?
DOCUMENT
Op 8 januari 2020 verdedigde ik mijn proef - schrift bij de Rijksuniversiteit Groningen. Het proefschrift richt zich op het vergroten van inzicht in de aard en de omvang van potentiële complicaties na het toepassen van manueeltherapeutische handelingen aan de cervicale wervelkolom bij mensen met nekpijn en/of hoofdpijn. Zowel onder leken als onder zorgprofessionals bestaat de veronderstelling dat manueeltherapeutische handelingen die worden toegepast aan de cervicale wervelkolom, kunnen leiden tot complicaties. Er is tot nu toe geen duidelijk causaal verband gevonden tussen de handelingen en ernstige complicaties. Bovendien wordt slechts sporadisch gepubliceerd over casuïstiek met ernstige complicaties die tijdens of na manuele behandelingen van de cervicale wervelkolom ontstaan zijn. De schattingen van het voorkomen van complicaties variëren enorm. Daarnaast is niet duidelijk welke patiënten een hoger of lager risico lopen op dergelijke complicaties.
DOCUMENT
Op basis van een promotie-onderzoek van Van Kemenade concluderen de auteurs, dat hbo-docenten niet blij zijn met het huidige accreditatiesysteem.
DOCUMENT
Is dat nou eigenlijk wel leuk, onderzoek doen op een hbo? Die vraag krijg ik geregeld. Zo ook vorige week, tijdens een bijeenkomst waarin we onze inspiratiebundel presenteerden met daarin portretten van wetenschappers die na hun promotie of postdoc periode buiten de wetenschap zijn gaan werken. Ik sta al jaren met het ene been in het wetenschappelijke onderzoek en met het andere in de praktijk (lees: het onderwijs). En ik zou niet anders willen.
MULTIFILE
In dit artikel wordt beschreven wat een professional doctorate programma inhoudt en wat dit kan bijdragen aan de professionalisering van leraren in het onderwijs.
DOCUMENT
-
DOCUMENT
Abstract In the late medieval and early modern period, beer and herring emerged as the predominant export products from the coastal region of the Netherlands. The archaeological tangible evidence of these two products are represented by casks. Even though these casks are a common find during archaeological research determining the original contents of these casks remains a challenge. This makes it difficult to connect users of the casks to specific products and their trade networks. This study is focused on the identification of Dutch beer and herring casks that were produced between the 15th and 18th centuries. To address this goal, various types of sources were utilized. Information regarding cask construction was obtained from archival legislative records. During their use, the casks were subject to monitoring by urban authorities and guild councils, who employed gauge instruments that are now preserved in museum collections, which were used to ascertain their specifications. Additionally, the casks themselves provide valuable insights into the packing material of beer and herring. Both casks depicted in artwork and those recovered from maritime archaeology sites were examined to gain a comprehensive understanding of beer and herring casks
MULTIFILE
Leerlingen die hun hele schoolcarrière goede cijfers hebben gehaald voor vreemde talen, zoals Frans, Duits of Spaans, blijken toch slechts beperkt in staat om in die talen te communiceren. Wat zeggen deze cijfers dan? Wordt er wel op de juiste manier getoetst in het vreemdetalenonderwijs? En wat zegt het eigenlijk over de onderwijsactiviteiten die de leerlingen op deze toetsing voorbereiden? Dit is wat wij onderzocht hebben in de eerste fase van een promotie-onderzoek het vreemdetalenonderwijs?
DOCUMENT
Eerste resultaten van promotie-onderzoek
DOCUMENT
De resultaten van de eerste fase van het promotie-onderzoek in een power-point presentatie
DOCUMENT