De psychische stoornis depressie geldt wereldwijd als centraal probleem voor de volksgezondheid. De vraag echter wat depressie precies is, kent nogal uiteenlopende antwoorden. Bovendien ligt het dominante kader waarbinnen men geacht wordt psychische stoornissen te benaderen en te behandelen vanuit verschillende zijden onder vuur. In dit artikel wordt in plaats van een biomedisch en individualiserend perspectief een cultuurfilosofisch licht op het fenomeen geworpen. Wat zegt de zogeheten depressie-epidemie over de aard van onze hedendaagse cultuur en de plaats van het individu daarbinnen? Op welke wijze wordt het individu door deze cultuur beïnvloed of gevormd? Is deze ‘vorming’ wellicht depressogeen, maakt zij ons in zekere zin ontvankelijker voor datgene wat wij ‘depressieve stoornis’ noemen? Dat laatste is inderdaad het geval, zo luidt hier de gedachte. Depressie is in de grond niet zozeer extreme somberheid of geremdheid, maar existentieel isolement. En de hyperindividualistische en ultradynamische aard van onze laatmoderne, ultraliberale cultuur werkt zulk isolement in de hand.
Goede zorg voor mensen met ernstige psychische aandoeningen is gericht op herstel wat een persoonlijk proces is. Mensen proberen om, ondanks de ingrijpende gevolgen van hun aandoening, hun leven weer op te pakken. Herstelgerichte zorg sluit aan bij dit herstelproces met oog voor de eigen regie. Samenwerking met en ondersteuning van naasten is evenals samenwerking tussen professionals in de zorg en het sociaal domein voor herstelgerichte zorg essentieel.Dit bijzonder lectoraat ondersteunt de implementatie van herstelgerichte zorg in de dagelijkse praktijk en in het onderwijs. De effecten ervan voor cliënten, naasten en zorgprofessionals worden onderzocht, waarbij de doelgroep en ook aankomende zorgprofessionals nauw betrokken worden.Het lectoraat, verbonden aan de Hogeschool van Amsterdam bij de faculteit Gezondheid cluster Verpleegkunde, is een samenwerking met ggz instelling Parnassia Groep.
Met een beknopt kwalitatief onderzoek wilden we meer zicht krijgen op de ervaringen van kinderen met ouders met psychische problemen en de steun die zij daarbij hebben gehad of die ze gewenst zouden hebben. Het onderzoek is uitgevoerd in het kader van een afstudeeropdracht bij de opleiding Toegepaste Psychologie van de Hanzehogeschool Groningen. Het is gekoppeld aan onderzoek naar Ouderschap bij psychische aandoeningen vanuit het Lectoraat Rehabilitatie van de Hanzehogeschool Groningen. Volgens een aantal volwassenen dat terugkeek op hun jeugd zouden hun ouders met psychische problematiek, hun verwanten en de verantwoordelijken op school een belangrijker rol kunnen vervullen in het geven van emotionele steun en informatie over de problematiek.http://free-clinic.be/free-clinic/bubbels-babbels/nieuwsbrief/
Mensen die niet zelfstandig kunnen leven, zoals ouderen en mensen met een ernstige psychische aandoening, hebben vaak intensieve en langdurige zorg nodig, waaronder thuisverpleging en begeleid wonen. Voor deze zorgafhankelijke mensen is het lastig om een mondzorgverlener te raadplegen, terwijl deze groep een grotere kans heeft op het krijgen van mondziekten, zoals cariës, tandvleesaandoeningen en/of mondkanker: de behoefte aan preventieve en curatieve mondzorg is dus groot. Zowel de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) als het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) vinden het belangrijk dat de zorg rondom de patiënt effectief georganiseerd wordt. Digitale technologieën die (mond)zorg op afstand (buiten de klinische omgeving) mogelijk maken kunnen de toegang tot zorg vergroten, de zorg doelmatiger organiseren, interprofessionele communicatie verbeteren, mondziekten tijdig detecteren en de (mond)gezondheid verbeteren. Ondanks alle voordelen en het ruime aanbod van digitale technologieën ter verbetering van de mondzorg, zijn digitale technologieën om (mond)zorg op afstand te leveren nauwelijks in Nederland geïmplementeerd. De centrale onderzoeksvraag voor de onderzoeksactiviteiten luidt: “Hoe kunnen digitale technologieën om mondzorg op afstand te leveren binnen de Nederlandse geestelijke gezondheidszorg en ouderenzorg effectief worden geïmplementeerd?” Om dit te onderzoeken voert de postdoc een literatuuronderzoek uit om effectieve digitale technologieën die mondzorg op afstand leveren te inventariseren. Vervolgens voert de postdoc een kwalitatief onderzoek uit onder potentiële gebruikers (zoals (mond)zorgverleners, cliënten en mantelzorgers) en deskundigen om de opvattingen over de toepasbaarheid van nieuwe digitale technologieën binnen geestelijke gezondheidszorg en ouderenzorg te onderzoeken. De bevindingen van het postdoctoraal onderzoek worden in een adviesrapport en wetenschappelijk publicaties verwerkt. Het adviesrapport voorkomend uit het onderzoek wordt ter consultatie aan verschillende beroepsorganisaties aangeboden.
Naast een ongezonde leefstijl of chronische en psychische klachten en aandoeningen kunnen ook geldzorgen een grote impact hebben op de gezondheid. Veel zorgprofessionals zijn onbekend met signalen van geldzorgen en andere mogelijke uitdagingen binnen het sociaal domein, terwijl zeker in de eerstelijnszorg er nog veel winst te halen is. Zij kunnen een belangrijke laagdrempelige rol vervullen in het vroegtijdig signaleren van geldzorgen.Doel Het project leidt tot een product waardoor zorgprofessionals op een laagdrempelige manier het gesprek kunnen aangaan over geldzorgen. De zorgprofessional kan de burger doorverwijzen en verkrijgt extra informatie voor de aanpak van de gezondheidsproblemen. Resultaten Het beoogde projectresultaat is een vragenlijst waarmee zorgprofessionals op een snelle en efficiënte wijze kunnen signaleren of er geldzorgen zijn. Zo kan er bekeken worden of de geldzorgen de aanpak van de zorgvraag of gezonde leefstijl, danwel de burger belemmeren te participeren in de samenleving. De vragenlijst is intern gevalideerd. Ook is er is uitgezocht in welke vorm (app, website, papieren screening) de vragenlijst omgezet kan worden in een screeningsinstrument. Looptijd 01 februari 2021 - 01 februari 2022 Relevantie voor de beroepspraktijk en het onderwijs De ontwikkelde vragenlijst kan gebruikt worden door de studenten uit het gezondheidsdomein in het HU GEZOND&WEL Centrum en/of (bij Preventieve GezondheidsChecks) in de wijk. De inbedding van de vragenlijst in een interprofessionele context zorgt dat wij bijdragen aan het opleiden van toekomstbestendige T-shaped professionals. Daarnaast zien we dit project als een eerste stap naar een grotere samenwerking. Op termijn zou het instrument kunnen uitgroeien tot screeningsinstrument waar ook andere sociale problemen (huisvesting, eenzaamheid, relatieproblemen, opvoedkundige uitdagingen) in worden opgenomen. Alle kennis die we op doen in dit project willen we nadrukkelijk gebruiken voor deze vervolgstap. Cofinanciering Dit project wordt gefinancierd met subsidie van het Regieorgaan SIA in het kader van de subsidie call Kiem2020.
Meedoen, je welkom voelen, omgevingen waar je de weg in kunt vinden en die rekening houden met jou, jezelf kunnen zijn: voor mensen met een hersen- en/of psychische aandoeningen is een inclusieve samenleving, waarin je kunt deelnemen op de manier die voor jou passend is, nog lang niet vanzelfsprekend. Dit terwijl een kwart van de mensen in Nederland een psychische en/of hersenaandoening heeft. De SPRONG-groep Inclusie, Meedoen, Participatie, ACTief leven met Hoofdzaken (IMPACT-Hoofdzaken) heeft als missie een inclusieve samenleving, participatie en een goed leven voor en met mensen met een psychische- en/of hersenaandoening (kortweg ‘hoofdzaken’) te realiseren. De groep van lectoraten en partners bundelt de krachten op praktijkgericht onderzoek, onderwijs en innovatie. Ze richten een lange termijn samenwerking in om regionale kennis te delen en te bundelen op landelijk niveau, en netwerken met elkaar te verbinden. Daarnaast voeren ze gezamenlijk onderzoek uit en ontwikkelen onderwijs ter bevordering van een inclusieve samenleving, ook voor mensen met hoofdzaken. Er wordt nauw samengewerkt met regionale en landelijke partners, waarbij ervaringsdeskundigen een belangrijke rol vervullen. Door deze activiteiten wil de SPRONG-groep IMPACT-Hoofdzaken bijdragen aan een inclusieve samenleving waarin mensen met hoofdzaken volwaardig kunnen participeren. De SPRONG groep IMPACT-Hoofdzaken bestaat uit tien lectoraten en twaalf samenwerkingspartners, die elk vanuit hun eigen expertise bijdragen aan een goed leven van mensen met hoofdzaken en een samenleving die daartoe is ingericht. Het vertrekpunt hierbij is steeds de mens en de naaste omgeving. IMPACT-Hoofdzaken zal zich de komende acht jaar inzetten op profilering, professionalisering, versterken van het netwerk, kwaliteit van onderzoek en vergroten van impact. Deze elementen zijn ondergebracht in vijf werkpakketten. Binnen acht jaar wil IMPACT-Hoofdzaken een internationaal erkende onderzoeksgroep zijn met een duurzame en structurele samenwerkingsinfrastructuur waarbinnen inclusief en kwalitatief hoogwaardig praktijkgericht onderzoek wordt verricht, met doorwerking naar praktijk, samenleving, onderwijs en de wetenschap.